I (SHIFT)
©(CAPS)
<— BS (BACK SPACE,
spatie terug)
«-I (RETURN)
GRPH
CODE
'
~ (accenttoets)
De functie van deze toets is in de eerste alinea van deze sectie
al beschreven.
Wanneer u deze toets indrukt, gaat er een indicatielampje
branden. Alle lettertoetsen verschijnen nu als hoofdletters op
uw scherm. Als u nog een keer op CAPS drukt, gaat het
indicatielampje uit en komen de letters weer gewoon als kleine
letters op het scherm. (CAPS is een afkorting van het Engelse
woord "capitals", dat ''hoofdletters'' betekent.)
Als u op deze toets drukt, gaat de cursor één positie naar links
en wist het teken dat op die plaats staat.
Deze toets wordt gebruikt nadat u een instructie of commando
van MSX-BASIC hebt getypt. Door op RETURN te drukken,
wordt de instructie of het commando ingevoerd. In plaats van
RETURN wordt ook wel gesproken van ENTER (invoer).
Wanneer u deze toets samen met een tekentoets indrukt, dan
verschijnt er een grafisch symbool in onderkast op uw scherm.
Wanneer u GRPH samen met de SHIFT-toets en een
tekentoets indrukt, dan verschijnt er een grafisch symbool in
bovenkast op uw scherm. (Zie bijlage B.)
Wanneer u deze toets samen met een tekentoets indrukt, dan
verschijnt er een speciaal teken in onderkast (kleine letter) op
uw scherm. Wanneer u CODE samen met de SHIFT-toets
en een tekentoets indrukt, dan verschijnt er een speciaal teken
in bovenkast (hoofdletter) op uw scherm. (Zie bijlage B.)
Deze toets wordt gebruikt om een accent op een letter te
zetten:
■ Om een letter met een accent grave (') te typen, drukt u
eerst op de accenttoets. Er verschijnt nu nog niets op uw
scherm. Wanneer u daarna echter op de tekentoets met de
22