Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Speciale Beeld- En Geluidseffecten - JVC XV-N316S Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

Druk de functieschakelaar
naar "DVD" indien u de
DVD-speler met de
afstandsbediening wilt
bedienen.

Speciale beeld- en geluidseffecten

Inzoomen van de beelden
1
Druk tijdens afspelen of in de pauzestand op
ZOOM.
ZOOM x 1.5
Bij indrukken van ZOOM wordt het beeld ingezoomd.
Linksboven op het scherm wordt de huidige vergrotingsfactor
voor ongeveer 5 seconden getoond.
Telkens wanneer u op ZOOM drukt, wordt de
vergrotingsfactor veranderd (1,5, 2 en 4 maal).
Wanneer het beeld van een DVD VIDEO disc op een normaal
TV-scherm (4:3, letterbox) wordt weergegeven, kunnen er
zwarte balken boven en onder op het scherm zijn.
2
Druk op 5/∞/2/3 om het ingezoomde
gedeelte te verschuiven.
Terugkeren naar normaal afspelen
Druk enkele malen op ZOOM om het normale formaat te
selecteren.
OPMERKINGEN
• Bij inzoomen kan het beeld van minder goede kwaliteit zijn.
• De functie werkt niet met sommige DVD VIDEO discs.
Instellen van het beeldkarakter (VFP)
Met de VFP (Video Fine Processor) functie kunt u het
beeldkarakter wijzigen overeenkomstig het type programma, de
beeldtinten en uw persoonlijke voorkeur.
1
Druk tijdens afspelen op VFP.
Het VFP-functie selectievenster verschijnt op het TV-scherm.
46
2
Druk op 2/3 om de gewenste instelling te
selecteren.
Bij enkele malen indrukken van de toets verandert de VFP-
functie zoals hieronder is aangegeven.
Selecteer het beeldtype dat het meest geschikt is voor het
huidige programma en de omstandigheden in de kamer.
NORMAL
CINEMA
Geselecteerde instelling
USER 1
GAMMA
MID
BRIGHTNESS
+ 4
CONTRAST
+10
SATURATION
+10
+10
TINT
LOW
SHARPNESS
+ 2
Y DELAY
Parameter
[NORMAL]: Voor het kijken naar de TV in een normale
kamer.
[CINEMA]: Voor het kijken naar een speelfilm in een kamer
met gedempte verlichting.
[USER 1] [USER 2]: U kunt de parameters die het
beeldkarakter bepalen zelf instellen en het resultaat als
een gebruiker-instelling opslaan. Zie de volgende stap
voor nadere bijzonderheden.
3
Om een gebruiker-instelling op te geven,
selecteert u met 5/∞ de parameter die u wilt
wijzigen.
• GAMMA
Stel af als de neutrale kleurvlakken erg helder of donker
zijn. De helderheid van de andere donkere en heldere
partijen blijft bewaard.
Instelbereik: LOW/MID/HIGH.
• BRIGHTNESS
Stel af als het totale beeld te helder of te donker is.
Instelbereik: –16 (donker) tot +16 (helder).
• CONTRAST
Stel af als het contrast van het beeld onnatuurlijk is.
Instelbereik: –12 tot +12.
• SATURATION
Stel af als het beeld wit- of zwartachtig is.
Instelbereik: –16 (zwart) tot +16 (wit).
• TINT
Stel af als de huidtinten onnatuurlijk zijn.
Instelbereik: –16 tot +16.
• SHARPNESS
Stel af als het beeld niet scherp is.
Instelbereik: LOW/HIGH.
• Y DELAY
Stel af als het beeld overlapt of gescheiden lijkt.
Instelbereik: –2 tot +2.
4
Druk op ENTER.
Er verschijnt een venster voor het instellen van de parameter.
SATURATION
+ 4
Geselecteerde parameter
5
Druk op 5/∞ om de parameter in te stellen.
Bij een hogere waarde is het effect sterker, met uitzondering
van [GAMMA] en [SHARPNESS].
6
Druk op ENTER.
Herhaal de stappen 3 t/m 6 om nog andere parameters in te
stellen.
USER 1
USER 2

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Rx-e51bRx-e5sXv-n315b

Inhoudsopgave