Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Dell V505 Gebruikershandleiding pagina 13

Inhoudsopgave

Advertenties

5. Volg de aanwijzingen op het scherm om de installatie te voltooien.
Optioneel XPS-stuurprogramma installeren
Het XPS-stuurprogramma (XML Paper Specification; XML-papierspecificatie) is een optioneel printerstuurprogramma dat is
ontworpen voor de geavanceerde XPS-functies voor kleuren en afbeeldingen die beschikbaar zijn voor gebruikers van
Windows Vista. Als u deze XPS-functies wilt gebruiken, moet u het XPS-stuurprogramma installeren als extra
stuurprogramma nadat u de printer hebt geïnstalleerd.
OPMERKING:
voor u het XPS-stuurprogramma installeert, voert u de procedure op de poster Printer instellen uit om de
printer te installeren op uw computer.
OPMERKING:
Voor u het XPS-stuurprogramma installeert, moet u de QFE-patch van Microsoft installeren en de
stuurprogrammabestanden uitpakken vanaf de cd Drivers and Utilities. U hebt beheerdersrechten op de computer nodig
als u de patch wilt installeren.
U kunt als volgt de QFE-patch van Microsoft installeren en het stuurprogramma uitpakken:
1. Plaats de Drivers and Utilities CD in de computer en klik op Annuleren als de installatiewizard wordt weergegeven.
2. Klik op
® Computer
3. Dubbelklik op het pictogram van het cd-rom-station en dubbelklik op Drivers.
4. Dubbelklik achtereenvolgens op xps en op setupxps.
De XPS-stuurprogrammabestanden worden gekopieerd naar de computer en de benodigde Microsoft XPS-bestanden
worden gestart. Volg de aanwijzingen op het scherm om de patch te installeren.
U installeert als volgt het stuurprogramma:
® Configuratiescherm.
1. Klik op
2. Klik bij Hardware en geluiden op Printer en op Een printer toevoegen.
3. Voer een van de volgende handelingen uit in het dialoogvenster Printer toevoegen:
Als u een USB-verbinding gebruikt, controleert u of de USB-kabel stevig is aangesloten op de computer en de
printer en gaat u als volgt te werk:
a. Klik op Een lokale printer toevoegen.
b. Selecteer Virtuele printerpoort voor USB in de keuzelijst Bestaande poort gebruiken en klik op
Volgende.
Als u een draadloze of Ethernet-verbinding gebruikt, controleert u of de printer is verbonden met het netwerk en
gaat u als volgt te werk:
a. Klik op Netwerkprinter, draadloze printer of Bluetooth-printer toevoegen.
b. Selecteer de printer in de lijst.
c. Klik op De printer die ik wil gebruiken, staat niet in de lijst. als de printer niet wordt weergegeven.
d. Selecteer Een printer met behulp van een TCP/IP-adres of hostnaam toevoegen en klik op
Volgende.
e. Druk een netwerkconfiguratiepagina af via Netwerkconfiguratie in het menu Instellen op de printer om
het IP-adres van de printer te achterhalen.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave