Het kompas kalibreren
Als de app aangeeft dat kompaskalibratie vereist is, tikt u op
instellingen, vervolgens IMU en Kompaskalibratie. Tik op Kalibratie in het kompaskalibratiegedeelte en volg de instructies op
het scherm.
Opgesloten lucht uit de slangen laten ontsnappen
De T30 is voorzien van een automatische ontluchtingsfunctie. Wanneer het nodig is om te ontluchten, houdt u de sproeiknop
twee seconden ingedrukt. De drone zal automatisch ontluchten totdat de luchtbellen volledig verdwenen zijn.
Kalibreren van de stroommeter
Zorg ervoor dat u de debietmeter kalibreert voordat u deze voor het eerst gebruikt. Anders kan de sproeiprestatie
negatief worden beïnvloed.
A. Voorbereiding
Vul het sproeireservoir met ongeveer 2 liter water.
1
Gebruik de functie voor automatische afvoer van opgesloten lucht om de opgesloten lucht af te voeren. Gebruikers
2
kunnen ook handmatig ontluchten. Druk op de sproeiknop om de opgesloten lucht te verstuiven en druk nogmaals op
de knop zodra alle opgesloten lucht is verwijderd.
B. Kalibratie
Tik in de app op Execute Task (Taak uitvoeren) om naar de Operation View (Gebruiksmenu) te gaan. Tik op
1
op
, veeg omhoog en tik op Calibration aan de rechterkant van het gedeelte stroommeterkalibratie.
Tik op Kalibratie starten om te beginnen. De kalibratie is na 25 seconden voltooid en de resultaten worden weergegeven
2
in de app.
● Gebruikers kunnen doorgaan zodra de kalibratie met succes is voltooid.
● Als de kalibratie mislukt, tik dan op "?" om het probleem te bekijken en op te lossen. Kalibreer opnieuw zodra het
probleem is opgelost.
5. Vliegen
Ga in de app naar Operation View (Gebruikersmenu). Zorg ervoor dat er een sterk GNSS-signaal is en dat de statusbalk van
het systeem Manual Route (GNSS) of Manual Route (RTK) aangeeft.* Anders kan de drone niet opstijgen.
Om de drone automatisch te laten opstijgen en een taak uit te laten voeren, wordt aanbevolen om voor het opstijgen een
planning voor het veld te maken en een taak te selecteren. Zie het gedeelte Starten van de werkzaamheden voor meer
informatie. Voor andere scenario's, handmatig opstijgen en landen.
Opstijgen
Voer een gecombineerd joystickcommando (Combination Stick Command - CSC) uit en duw de gashendel omhoog om op te
stijgen.
Landing
Trek, om te landen, de gashendel naar beneden om te dalen totdat de drone de grond raakt. Er zijn twee methoden om de
motoren te stoppen.
Methode 1: duw na het landen van de drone de linker joystick omlaag en houd deze vast. De motoren stoppen na drie
seconden.
Methode 2:: Als de drone geland is, duwt u de gashendel naar beneden waarna u dezelfde CSC uitvoert die gebruikt werd
om de motoren te starten. Laat beide joysticks los zodra de motoren zijn gestopt.
* RTK-positionering wordt aanbevolen. Ga in de app naar Operation View, tik op
schakelen, en selecteer een methode voor het ontvangen van RTK-signalen.
20
OF
, dan
en veeg naar beneden. Selecteer Geavanceerde
Joystick voor accelaratie
(linker joystick in modus 2)
, dan op RTK om Aircraft RTK in te
, dan