2. Aan de slag
Uw SmartHub verbinden met het internet
Met de SmartHub, die verbinding met uw thuisnetwerk maakt, kunt u uw
camerastreams vanaf elke locatie bekijken.
1. Sluit de SmartHub met een ethernetkabel
op uw router aan.
2. Sluit de netvoedingsadapter aan op de
SmartHub en een stopcontact.
Het ledlampje op de voorkant van de
SmartHub gaat branden.
Het ledlampje van de SmartHub
Het ledlampje van de SmartHub geeft de status van de SmartHub aan. Het ledlampje
knippert één keer wanneer de SmartHub wordt ingeschakeld. Vervolgens gaat het
ledlampje als volgt branden:
• Continu blauw. De SmartHub is verbonden met het internet.
• Knippert langzaam blauw. De SmartHub is gereed om te synchroniseren en te
koppelen met een camera of maakt verbinding met een camera.
• Knippert snel blauw. De SmartHub is gekoppeld met een camera.
• Continu oranje. Er is een fout opgetreden of er is iets mis met de verbinding.
• Knippert langzaam oranje. De SmartHub kan geen verbinding maken met
de camera. De camera kan niet worden gevonden, is buiten bereik of er is een
andere verbindingsfout opgetreden.
• Knippert afwisselend blauw en oranje. Er wordt een firmware-update of reset
uitgevoerd.
8