Bedieningsom-
standigheden
Transport- en
opbergomstan-
digheden
Belangrijke informatie voor de
bediening en veiligheid van het
product.
Dit apparaat is, wanneer het wordt
gebruikt waarvoor het bedoeld is,
ontworpen voor een probleemloze
werking zonder beperkingen, tenzij
anders aangegeven in deze gebruiks-
aanwijzingen.
Temperatuur: –20° tot +60° Celsius
(–4° tot +140° Fahrenheit).
Vochtigheid bij transport: tot 90%
(nietcondenserend).
Vochtigheid bij opslag: 0% tot 70%,
wanneer niet gebruikt.
Atmosfeerdruk: 200 hPA tot 1500 hPa.
89