PLC3
5
COMMUNICATIE VENTILATORMOTOR
Inleiding
De luchtverplaatsingssysteem van een Polairis™-toestel is gebaseerd op direct aangedreven radiale
ventilatoren.
LEPLC3-XXXE-XXX-KE
PLC3-XXXE-XXX-MP
PLC3-XXXE-XXX-MD
Als u voor het toestel staat:
•
draaien de PM- en AC-ventilatoren linksom
•
draaien de EC-ventilatoren rechtsom
Elke EC/PM-motor heeft een individuele geïntegreerde snelheidsregelaar die kan worden aangestuurd via een
analoog 0-10V-signaal of via een digitaal bussysteem (Modbus RS485). Deze beide mogelijkheden kunnen niet
tegelijkertijd worden gebruikt, zodat hier een keuze moet worden gemaakt.
Naast het regelen van het ventilatortoerental – en dus het koelvermogen van het toestel – kan met het digitale
bussysteem ook bijkomende informatie worden geëxtraheerd (zie hierna).
EC-ventilatoren aangestuurd via 0-10V-signaal
Bij 0-10V-aansturing zonder foutcontactoptie zijn er geen alarmen of waarschuwingen beschikbaar.
Bij sturing van 0-10V met foutcontactoptie, zal het volgende alarm worden gedetecteerd:
•
remfunctie: ingesteld bij externe aandrijving in tegengestelde richting bij hoge snelheid gedurende lange tijd
•
de werkelijke snelheid is lager dan de snelheidslimiet van het bewakingssysteem
•
open circuit bij analoge ingang of PMW-ingang voor vaste waarde
De ventilatorsnelheid is evenredig met de ingangsspanning. Bij 0 V draaien de ventilatoren met ongeveer 40
rpm als de functie verwarmingsweerstanden voor de EC-ventilator van 7 kW is ingeschakeld en er een voeding
van 400 V is aangesloten. Bij 10V draaien de ventilatoren op maximale snelheid. De maximale snelheid van de
ventilator wordt aangegeven in het aanvraagpakket op het Polairis™-instelblad.
5 Communicatie ventilatormotor
5 Communicatie ventilatormotor
Elektronisch gecommuteerde ventilatormotor
Ventilatormotor met permanente magneet
Wisselstroomventilatormotor
EC
PM
AC
W W W . B A L T I M O R E A I R C O I L . C O M
15