Spanning/frequentie
3 x 200 V / 50 Hz
3 x 200-210 V / 60 Hz
3 x 220-230 V / 50 Hz
3 x 220-240 V / 60 Hz
3 x 380-400 V / 50 Hz
3 x 380-415 V / 60 Hz
3 x 460-480 V-60 Hz
5.5.3
Externe beveiliging tegen kortsluiting
5.5.4
Aardlekschakelaar
Vereisten voor elektrische installaties
Met aardlekschakelaars (RCCB) -
Aanbevolen
5.6
Recirculatiekoeleenheid
Om een o ptimale koeling te garanderen, moet je de machine uitrusten met een
recirculatiekoeleenheid.
Minimumvereisten:
Pompcapaciteit
Discotom-10
Opmerking
De machine moet altijd worden beschermd door externe zekeringen.Zie de
elektrische tabel voor meer informatie over de vereiste grootte van de zekering.
Opmerking
Lokale normen kunnen voorrang hebben op de aanbevelingen voor de
hoofdstroomkabel. Neem altijd contact op met een gekwalificeerde elektricien om
te controleren welke optie geschikt is voor de lokale installatie.
ELEKTRISCH GEVAAR
Schakel de elektrische voeding uit voordat u elektrische apparatuur installeert.
De machine moet geaard zijn.
Controleer of de werkelijke elektrische voedingsspanning overeenkomt met de
spanning die op het typeplaatje van de machine staat vermeld.
Onjuiste spanning kan het elektrische circuit beschadigen.
Nominale belasting
14 A
15 A
12 A
14 A
7 A
8 A
7 A
Type A 30 mA (EN 50178/5.2.11.1) of beter
125 L/min (33 gal/min) bij 1 bar
5 Installatie
Max. belasting
20 A
23 A
18 A
20 A
11 A
12 A
11 A
29