Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Over de documentatie Over dit document................................Betekenis van de waarschuwingen en symbolen ......................Overzicht uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker..............2 Algemene veiligheidsmaatregelen Voor de installateur ................................ Voor de gebruiker ................................3 Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur Voor de gebruiker 4 Afstandsbediening: Overzicht Over de controller................................
Pagina 3
Inhoudsopgave 10.3.2 Elektrische bedrading aansluiten ........................40 10.4 Controller sluiten ................................41 10.4.1 Voorzorgsmaatregelen bij het sluiten van de controller................41 10.4.2 Controller sluiten............................41 10.5 Controller openen................................42 10.5.1 Voorzorgsmaatregelen bij het openen van de controller ................42 10.5.2 Controller openen ............................
Pagina 4
Inhoudsopgave 15.4.3 Demo-stand afsluiten ............................. 101 15.5 Functies ................................... 102 15.5.1 Overzicht: Functies ............................102 15.5.2 Firmware-update controller........................... 105 15.5.3 Meldingen............................... 105 15.5.4 Master/slave-status............................105 15.5.5 Scherm ................................105 15.5.6 Statusaanduiding ............................106 15.5.7 Datum en tijd veranderen ..........................107 15.5.8 Info..................................
▪ Conformiteitsverklaring: INFORMATIE: Conformiteitsverklaring Hierbij verklaart Daikin Europe N.V. dat de radioapparatuur van het type BRC1H conform de Richtlijn 2014/53/EU is. De originele conformiteitsverklaring is beschikbaar op de productpagina's van de BRC1H. De documentatieset is beschikbaar op de productpagina's van de BRC1H: ▪...
De Madoka Assistant app is beschikbaar op Google Play en in de Apple Store. Laatste herzieningen van de meegeleverde documentatie kunnen op de regionale Daikin-website of via uw dealer beschikbaar zijn. De documentatie is oorspronkelijk in het Engels geschreven. Alle andere talen zijn vertalingen.
Pagina 7
Over de documentatie Hoofdstuk Beschrijving Algemene Veiligheidsinstructies te lezen vóór de installatie voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de veiligheid Specifieke veiligheidsinstructies Veiligheidsinstructies te lezen door de voor de installateur installateur vóór de installatie Voor de gebruiker Afstandsbediening: Overzicht Overzicht van de afstandsbediening Werking Gebruik van de afstandsbediening Onderhoud en service...
Gebruik enkel accessoires, optionele apparatuur en uitrustingen en reserveonderdelen die door Daikin gemaakt of goedgekeurd werden. WAARSCHUWING Alle lokale bedrading en componenten MOETEN worden geïnstalleerd door een erkend elektricien en MOETEN voldoen aan de geldende wetgeving.
Algemene veiligheidsmaatregelen Indien u twijfels heeft over de installatie of de bediening van de unit, neem contact op met uw dealer. Na het voltooien van de installatie: ▪ Test de gebruikersinterface en controleer of er geen problemen zijn. ▪ Leg de klant het gebruik van de controller uit. ▪...
Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur 3 Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur Leef altijd de volgende veiligheidsinstructies en voorschriften na. VOORZICHTIG Raak de interne delen van de controller nooit aan. VOORZICHTIG Let er bij het sluiten van de controller op dat de bedrading niet geklemd geraakt. VOORZICHTIG Controleer alvorens het systeem op te starten: ▪...
Afstandsbediening: Overzicht 4 Afstandsbediening: Overzicht In dit hoofdstuk Over de controller................................... Knoppen....................................Statuspictogrammen ................................Statusaanduiding ..................................4.1 Over de controller Afhankelijk van de configuratie, kan de controller in een van drie standen worden gebruikt. Elke stand biedt verschillende controllerfuncties. Stand Functie Normaal De controller is volledig functioneel.
Het Bluetooth®-woordmerk en logo's zijn geregistreerde handelsmerken van Bluetooth SIG, Inc. en Daikin Europe N.V. gebruikt deze merken onder licentie. Andere handelsmerken en merknamen zijn de eigendom van hun respectievelijke eigenaars.
Pagina 14
Afstandsbediening: Overzicht Symbool Beschrijving Omschakeling onder gecentraliseerde besturing. Geeft aan dat het omschakelen tussen koelen en verwarmen onder gecentraliseerde besturing door een andere binnenunit gebeurt of door een optionele kiezer voor koelen/verwarmen die op de buitenunit is aangesloten. Ontdooien/Warme start. Geeft aan dat de stand ontdooien/ warme start actief is.
Afstandsbediening: Overzicht INFORMATIE ▪ Voor informatie over de symbolen van de bedrijfs- en ventilatiestand, zie respectievelijk "5.2 Bedrijfsstand" [ 18] en "Ventilatiestand" [ 30]. ▪ De meeste symbolen houden verband met in de Madoka Assistant app ingestelde items. Voor meer informatie, zie de app. 4.4 Statusaanduiding a Statusaanduiding BRC1H52W+K+S...
Bediening 5 Bediening In dit hoofdstuk Basisgebruik .................................... 5.1.1 Startscherm ................................5.1.2 Hoofdmenu ................................Bedrijfsstand ................................... 5.2.1 Over de bedrijfsstanden............................5.2.2 Bedrijfsstand instellen............................Instelpunt....................................5.3.1 Over het instelpunt ..............................5.3.2 Instelpunt instellen..............................Datum en tijd veranderen ..............................5.4.1 Over datum en tijd ..............................5.4.2 Datum en tijd instellen............................
Bediening Voorwaarde Actie Het systeem bestaat UITSLUITEND uit Ventilatiesnelheid veranderen ventilatie-units met warmteterugwinning. INFORMATIE ▪ Afhankelijk van de configuratie, wordt op het thuisscherm het instelpunt weergegeven door een numerieke waarde of door een symbool. Zie "Over het instelpunt" [ 24] voor meer informatie. ▪...
Bediening INFORMATIE ▪ Afhankelijk van het type van uw binnenunit, zijn meer of minder menu's beschikbaar. ▪ In het hoofdmenu geeft het symbool voor elk menu de actuele actieve instelling of stand weer. Het menu waarin u navigeert kan er anders uitzien dan in deze handleiding.
Bediening INFORMATIE Afhankelijk van de binnenunit, zijn meer of minder bedrijfsstanden beschikbaar. 5.2.1 Over de bedrijfsstanden INFORMATIE Als de binnenunit een model voor alleen koelen is, kan ze worden ingesteld op koelen, alleen ventilator of drogen. INFORMATIE Wanneer een bedrijfsstand niet beschikbaar is in het bedrijfsstandmenu, kunnen zij ook vergrendeld zijn.
Pagina 20
Bediening Werking Beschrijving Ontdooien Om een verlies van het verwarmingsvermogen door ijsvorming in de buitenunit te voorkomen, schakelt het systeem automatisch over naar de ontdooistand. In de ontdooistand wordt de ventilator van de binnenunit stilgelegd en verschijnt het volgende symbool op het thuisscherm: Na ongeveer 6 tot 8 minuten wordt de normale werking hervat.
Pagina 21
Bediening Automatisch INFORMATIE In het geval van instelpunt-logica van de binnenunit kan het systeem niet draaien in de automatische bedrijfsstand. Gebruik instelpunt-logica afstandsbediening om de automatische bedrijfsstand mogelijk te maken. Voor meer informatie, zie de Madoka Assistant app en "Instelpunt-logica" [ 110].
Bediening 5.3.1 Over het instelpunt Afhankelijk configuratie, wordt thuisscherm temperatuurinstelpunt weergegeven als een numerieke waarde of als een symbool. INFORMATIE Voor informatie over het instellen van het instelpunt thuisscherm, zie de Madoka Assistant app. Zie ook "Scherm" [ 105]. Instelpunt thuisscherm: Numeriek Als het temperatuurinstelpunt op het thuisscherm met een numerieke waarde wordt weergegeven, dan kunt u de kamertemperatuur regelen door het instelpunt in stappen van 1°C te verhogen of te verlagen.
Pagina 25
Bediening Bereik instelpunt Als er met de functie instelpuntbereik begrenzingen voor het standaard instelpuntbereik (16°C~32°C) zijn ingesteld (functie Madoka Assistant; zie "Bereik instelpunt" [ 113]), dan kan het instelpunt alleen tot de ingestelde maximum-/ minimumwaarden van het instelpuntbereik worden verhoogd of verlaagd. Voorbeeld: : bij een referentietemperatuur van 25°C kan het instelpunt normaal drie stappen worden verlaagd tot 22°C, maar als de minimumwaarde van het instelpuntbereik op 23°C is ingesteld, dan kan het instelpunt maar tot 23°C worden...
Bediening De gecentraliseerde controller of het Het opgelegde instelpunt wordt de programma legt een instelpunt op nieuwe boven-/onderlimiet van het buiten het normale instelpuntbereik van bereik van +3°C/–3°C en het volledige +3°C/–3°C. bereik verschuift ten opzichte van deze nieuwe limiet. Voorbeeld: het referentie-instelpunt is ingesteld op 25°C, wat het volgende instelpuntbereik geeft:...
Bediening Zomertijd Wintertijd Voor meer informatie, zie "Lokale instellingen binnenunit" [ 73] (instellingen afstandsbediening) en "Datum en tijd veranderen" [ 107] (instellingen app). 5.4.2 Datum en tijd instellen 1 Navigeer naar het menu datum en tijd. 2 Druk op te activeren. Gevolg: De velden kunnen worden veranderd.
Bediening Richting Scherm Vaste stand. De binnenunit blaast de lucht uit in 1 van 5 vaste standen. Draaien. De binnenunit wisselt af tussen de 5 standen. Auto. De uitblaasrichting van de binnenunit verandert afhankelijk van de door een bewegingssensor gedetecteerde beweging. INFORMATIE ▪...
Pagina 29
Bediening Over ventilatorsnelheid Afhankelijk van de binnenunit, heeft u de keuze tussen: Ventilatorsnelheid Scherm 2 ventilatorsnelheden 3 ventilatorsnelheden 5 ventilatorsnelheden Sommige binnenunits ondersteunen daarnaast automatische ventilatorsnelheid. In dat geval wordt de ventilatorsnelheid van de binnenunit automatisch veranderd op basis van het instelpunt en de kamertemperatuur. Ventilatorsnelheid Scherm Automatisch...
Bediening 5.6 Ventilatie INFORMATIE Ventilatie-instellingen zijn ALLEEN mogelijk voor ventilatie-units warmteterugwinning. 5.6.1 Ventilatiestand De ventilatie-unit met warmteterugwinning kan in verschillende bedrijfsstanden werken. Symbool Ventilatiestand ERV (ventilatie met energieterugwinning). De buitenlucht wordt door een warmtewisselaar gestuurd alvorens in de kamer te worden geblazen.
Bediening 3 Druk op om te activeren. Gevolg: De bedrijfsstand van de ventilatie-unit met warmteterugwinning verandert en het thuisscherm verschijnt weer op de controller. 5.6.2 Ventilatiesnelheid De ventilatiesnelheid is de ventilatorsnelheid in de ventilatiestand. Ventilatiesnelheid instellen 1 Navigeer naar het ventilatiesnelheidsmenu. 2 Stel de ventilatiesnelheid in met 3 Druk op om te bevestigen.
Onderhoud en service 6 Onderhoud en service 6.1 Overzicht: Onderhoud en service Neem contact op met uw dealer wanneer een component van het systeem toe is aan onderhoud of service. Wanneer onderhoud vereist is, verschijnt op het thuisscherm, en/of een waarschuwingsscherm zodra u op drukt om vanop het thuisscherm naar het hoofdmenu te gaan.
Opsporen en verhelpen van storingen 7 Opsporen en verhelpen van storingen In dit hoofdstuk Overzicht: Opsporen en verhelpen van storingen......................... Detectie koelmiddellek................................7.2.1 Over koelmiddellekdetectie........................... 7.2.2 Lekdetectie-alarm stoppen ............................ 7.1 Overzicht: Opsporen en verhelpen van storingen Neem contact op met uw dealer wanneer het systeem in storing staat. Bij een systeemstoring staat op het thuisscherm van de controller, en/of een storingsscherm zodra u op...
Opsporen en verhelpen van storingen Stand Normaal en Alleen alarm Master-controller Slave-controller De controller geeft het unitnummer van De controller geeft het unitnummer van de binnenunit met het lek weer de binnenunit met het lek niet weer A0-11 A0-11 A0-11 Unit 00 Supervisor-stand Master-controller...
Voor de installateur BRC1H52W+K+S Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker Madoka afstandsbediening met kabel 4P596266-1 – 2020.12...
Over de doos 8 Over de doos 8.1 Controller uitpakken 1 Open de doos. 2 Leg de accessoires apart. 1× 2× a Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing b Houtschroeven + muurpluggen (Ø4,0×30) BRC1H52W+K+S Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker Madoka afstandsbediening met kabel 4P596266-1 –...
Voorbereiding 9 Voorbereiding 9.1 Bedradingsvereisten Alle bedrading moet voldoen aan de volgende vereisten: Kabelspecificatie Waarde Type Ommanteld vinylsnoer of kabel (tweedradig) Doorsnede 0,75~1,25 mm Maximumlengte 500 m 9.1.1 Bedrading voorbereiden voor installatie 1 Strip de mantel af van het deel van de kabel dat door de binnenkant van de achterste behuizing (L) moet gaan, zoals te zien op de afbeelding en in de tabel.
Installatie 10 Installatie In dit hoofdstuk 10.1 Overzicht: Installatie ................................10.2 Controller monteren................................10.2.1 Over de montage van de controller........................10.2.2 Controller monteren .............................. 10.3 Aansluiten van de elektrische bedrading ..........................10.3.1 Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van elektrische bedrading ..............10.3.2 Elektrische bedrading aansluiten...........................
Installatie Als u de bedrading langs de achterkant wilt laten lopen, moet u niks verwijderen. INFORMATIE Voer de bedrading door de uitbreekopening als ze van de boven- of achterkant komt en monteer dan pas de achterste behuizing tegen de muur. 10.2.2 Controller monteren 1 Neem de schroeven en de pluggen uit de zak met accessoires.
Installatie 10.3 Aansluiten van de elektrische bedrading 10.3.1 Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van elektrische bedrading INFORMATIE Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de volgende hoofdstukken: ▪ Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de veiligheid ▪ Voorbereiding WAARSCHUWING Alle lokale bedrading en componenten MOETEN worden geïnstalleerd door een erkend elektricien en MOETEN voldoen aan de geldende wetgeving.
Installatie Langs de achterkant P1P2 Langs links P1P2 Langs de onderkant P1P2 10.4 Controller sluiten 10.4.1 Voorzorgsmaatregelen bij het sluiten van de controller VOORZICHTIG Raak de interne delen van de controller nooit aan. VOORZICHTIG Let er bij het sluiten van de controller op dat de bedrading niet geklemd geraakt. OPMERKING Om schade te voorkomen moet de voorkant van de controller stevig in de achterste behuizing worden geklikt.
Installatie 2 Wanneer de installatieplaats vrij van stof is, kunt u de bescherming verwijderen. 10.5 Controller openen 10.5.1 Voorzorgsmaatregelen bij het openen van de controller OPMERKING De printplaat van de controller zit in de voorste behuizing. Let op dat u de printplaat bij het openen van de controller niet beschadigt.
Het systeem starten 11 Het systeem starten VOORZICHTIG Controleer alvorens het systeem op te starten: ▪ De bedrading van de binnenunit en de buitenunit is voltooid. ▪ Het deksel van de schakelkast van de binnen- en buitenunits is gesloten. De controller krijgt zijn voeding van de binnenunit. Hij wordt opgestart zodra hij is aangesloten.
Het systeem starten INFORMATIE Als de slave-controller niet binnen de twee minuten na het toewijzen het thuisscherm weergeeft, schakel dan de spanning uit en controleer de bedrading. INFORMATIE Nadat u een controller opnieuw hebt toegewezen, moet de spanning van het systeem worden uit- en weer ingeschakeld.
Afstandsbediening: Overzicht 12 Afstandsbediening: Overzicht In dit hoofdstuk 12.1 Over de controller................................... 12.1.1 Controller configureren ............................12.2 Knoppen....................................12.3 Statuspictogrammen ................................12.4 Statusaanduiding ..................................12.4.1 Gedrag ..................................12.1 Over de controller Afhankelijk van de configuratie, kan de controller in een van drie standen worden gebruikt.
Afstandsbediening: Overzicht Voor meer informatie over het instellen van de controller voor gebruik in een bepaalde stand, zie "Controller configureren" [ 46]. In de "Supervisor"-stand moet het adres bewaakte kamer worden ingesteld zodat u weet voor welke binnenunit het koelmiddellekalarm geldt. Zie "Adres bewaakte kamer" [ 124] voor...
Testbedrijf. Geeft aan dat de Teststand actief is (alleen Sky Air). Het Bluetooth®-woordmerk en logo's zijn geregistreerde handelsmerken van Bluetooth SIG, Inc. en Daikin Europe N.V. gebruikt deze merken onder licentie. Andere handelsmerken en merknamen zijn de eigendom van hun respectievelijke eigenaars.
Afstandsbediening: Overzicht Symbool Beschrijving Inspectie. Geeft aan dat de binnenunit of buitenunit wordt geïnspecteerd. Periodieke inspectie. Geeft aan dat de binnenunit of buitenunit wordt geïnspecteerd. Back-up. Geeft aan dat in het systeem een binnenunit als back- up is ingesteld. Individuele uitblaasrichting. Geeft aan dat de instelling individuele uitblaasrichting actief is.
Afstandsbediening: Overzicht 12.4.1 Gedrag Het gedrag van de statusaanduiding hangt af van de lokale instelling R1-11 van de afstandsbediening (stand statusaanduiding). Afhankelijk van de ingestelde waarde van deze instelling, doet de statusaanduiding het volgende: Bedrijfsstatus Gedrag statusaanduiding 0 (Normaal) 1 (Hotelinstelling 2 (Hotelinstelling Werking AAN AAN (wanneer de...
Bediening 13 Bediening In dit hoofdstuk 13.1 Basisgebruik .................................... 13.1.1 Schermverlichting..............................13.1.2 Startscherm ................................13.1.3 Informatiescherm..............................13.1.4 Hoofdmenu ................................13.2 Bedrijfsstand ................................... 13.2.1 Over de bedrijfsstanden............................13.2.2 Bedrijfsstand instellen............................13.3 Instelpunt....................................13.3.1 Over het instelpunt ..............................13.3.2 Instelpunt instellen..............................13.4 Datum en tijd veranderen ..............................
Bediening 13.1.2 Startscherm Thuisschermstand Afhankelijk van de configuratie, geeft de controller een standaard of een gedetailleerd thuisscherm weer. Het standaard thuisscherm geeft slechts beperkte informatie weer, maar het gedetailleerde thuisscherm geeft allerlei informatie weer door middel van statuspictogrammen. Wanneer de controller een tijdje niet wordt gebruikt, keert hij terug naar het thuisscherm.
Bediening INFORMATIE De controller biedt een stroombesparingsfunctie die het scherm uitschakelt na een periode van inactiviteit. Druk op een toets om het scherm weer in te schakelen. 13.1.3 Informatiescherm De controller geeft bedrijfsinformatie weer in een informatiescherm. Wanneer er informatie weer te geven is, staat in de linkerbovenhoek van het thuisscherm van de controller.
Bediening 13.1.4 Hoofdmenu Druk in het thuisscherm op om het hoofdmenu te openen. Doorloop de menu's . Druk opnieuw op om een menu te openen. Menu Beschrijving Bedrijfsstand. Bedrijfsstand instellen. Datum en tijd. Datum en tijd instellen. Uitblaasrichting. Uitblaasrichting van de binnenunit instellen. Ventilatorsnelheid.
Bediening 13.2 Bedrijfsstand De binnenunit kan in verschillende bedrijfsstanden werken. Symbool Bedrijfsstand Koelen. In deze stand wordt koelen geactiveerd volgens de vereisten van het instelpunt of de setback-werking. Verwarmen. In deze stand wordt verwarmen geactiveerd volgens de vereisten van het instelpunt of de setback-werking. Alleen ventilator.
Bediening Koelen Bij een hoge buitenluchttemperatuur kan het even duren alvorens de kamertemperatuur de instelpunttemperatuur bereikt. Wanneer de binnenunit bij lage kamertemperatuur wordt ingesteld in de koelstand, dan kan ze eerst in de ontdooistand worden geschakeld (d.w.z. verwarmingsstand) om te voorkomen dat het koelvermogen van het systeem daalt door ijs op de warmtewisselaar.
Pagina 56
Bediening INFORMATIE ▪ Hoe lager de buitenluchttemperatuur, hoe kleiner het verwarmingsvermogen. Als het verwarmingsvermogen niet volstaat, wordt aanbevolen een ander verwarmingstoestel in de installatie te voorzien (verlucht de kamer regelmatig als u een verbrandingstoestel gebruikt. Gebruik het verwarmingstoestel ook niet waar de binnenunit er lucht op blaast).
Pagina 57
Bediening 0,5°C~2°C Lokaal instelbare temperatuurintervallen tussen instelpunten INFORMATIE De standaardwaarde van het instelbare temperatuurbereik (0,5°C~2°C) is 0,5°C. Omschakelen van de ene naar de andere bedrijfsstand gebeurt in de volgende gevallen: Geval 1: primaire omschakeling ( +C1) Het omschakelen gebeurt zodra de kamertemperatuur boven/onder het instelpunt omschakelen koelen/verwarmen gaat (C1) en de beveiligingstimer is afgelopen.
Bediening 13.3.1 Over het instelpunt Afhankelijk configuratie, wordt thuisscherm temperatuurinstelpunt weergegeven als een numerieke waarde of als een symbool. INFORMATIE Voor informatie over het instellen van het instelpunt thuisscherm, zie de Madoka Assistant app. Zie ook "Scherm" [ 105]. Instelpunt thuisscherm: Numeriek Als het temperatuurinstelpunt op het thuisscherm met een numerieke waarde wordt weergegeven, dan kunt u de kamertemperatuur regelen door het instelpunt in stappen van 1°C te verhogen of te verlagen.
Pagina 60
Bediening Bereik instelpunt Als er met de functie instelpuntbereik begrenzingen voor het standaard instelpuntbereik (16°C~32°C) zijn ingesteld (functie Madoka Assistant; zie "Bereik instelpunt" [ 113]), dan kan het instelpunt alleen tot de ingestelde maximum-/ minimumwaarden van het instelpuntbereik worden verhoogd of verlaagd. Voorbeeld: : bij een referentietemperatuur van 25°C kan het instelpunt normaal drie stappen worden verlaagd tot 22°C, maar als de minimumwaarde van het instelpuntbereik op 23°C is ingesteld, dan kan het instelpunt maar tot 23°C worden...
Bediening De gecentraliseerde controller of het Het opgelegde instelpunt wordt de programma legt een instelpunt op nieuwe boven-/onderlimiet van het buiten het normale instelpuntbereik van bereik van +3°C/–3°C en het volledige +3°C/–3°C. bereik verschuift ten opzichte van deze nieuwe limiet. Voorbeeld: het referentie-instelpunt is ingesteld op 25°C, wat het volgende instelpuntbereik geeft:...
Bediening Zomertijd Wintertijd Voor meer informatie, zie "Lokale instellingen binnenunit" [ 73] (instellingen afstandsbediening) en "Datum en tijd veranderen" [ 107] (instellingen app). 13.4.2 Datum en tijd instellen 1 Navigeer naar het menu datum en tijd. 2 Druk op te activeren. Gevolg: De velden kunnen worden veranderd.
Bediening Richting Scherm Vaste stand. De binnenunit blaast de lucht uit in 1 van 5 vaste standen. Draaien. De binnenunit wisselt af tussen de 5 standen. Auto. De uitblaasrichting van de binnenunit verandert afhankelijk van de door een bewegingssensor gedetecteerde beweging. INFORMATIE ▪...
Pagina 64
Bediening Over ventilatorsnelheid Afhankelijk van de binnenunit, heeft u de keuze tussen: Ventilatorsnelheid Scherm 2 ventilatorsnelheden 3 ventilatorsnelheden 5 ventilatorsnelheden Sommige binnenunits ondersteunen daarnaast automatische ventilatorsnelheid. In dat geval wordt de ventilatorsnelheid van de binnenunit automatisch veranderd op basis van het instelpunt en de kamertemperatuur. Ventilatorsnelheid Scherm Automatisch...
Bediening 13.6 Ventilatie INFORMATIE Ventilatie-instellingen zijn ALLEEN mogelijk voor ventilatie-units warmteterugwinning. 13.6.1 Ventilatiestand De ventilatie-unit met warmteterugwinning kan in verschillende bedrijfsstanden werken. Symbool Ventilatiestand ERV (ventilatie met energieterugwinning). De buitenlucht wordt door een warmtewisselaar gestuurd alvorens in de kamer te worden geblazen.
Bediening 3 Druk op om te activeren. Gevolg: De bedrijfsstand van de ventilatie-unit met warmteterugwinning verandert en het thuisscherm verschijnt weer op de controller. 13.6.2 Ventilatiesnelheid De ventilatiesnelheid is de ventilatorsnelheid in de ventilatiestand. Ventilatiesnelheid instellen 1 Navigeer naar het ventilatiesnelheidsmenu. 2 Stel de ventilatiesnelheid in met 3 Druk op om te bevestigen.
Configuratie 14 Configuratie In dit hoofdstuk 14.1 Installateurmenu ..................................14.1.1 Over het installateurmenu............................. 14.1.2 Scherminstellingen..............................14.1.3 Instellingen statusaanduiding ..........................14.1.4 Lokale instellingen..............................14.1.5 Allerlei instellingen..............................14.2 Software-update..................................14.2.1 Over software-updates ............................14.2.2 Software-update met app............................14.2.3 Software-update met updatetool.......................... 14.1 Installateurmenu 14.1.1 Over het installateurmenu In het installateurmenu kunt u het volgende doen: Categorie...
Configuratie Installateurmenu openen Voorwaarde: Op de controller staat het thuisscherm. 1 Houd ingedrukt tot het informatiescherm verschijnt: INFORMATIE ▪ De aanwezigheid van symbolen op het informatiescherm hangt af van de werkingsstatus. De controller kan meer of minder symbolen weergeven dan hier afgebeeld.
Configuratie 2 Verander het schermcontrast met 3 Druk op om te bevestigen. Gevolg: Het contrast van het scherm verandert en het installateurmenu verschijnt weer op de controller. 14.1.3 Instellingen statusaanduiding Helderheid statusaanduiding instellen Voorwaarde: U staat in het installateurmenu. 1 Navigeer naar het menu helderheid statusaanduiding. 2 Verander de intensiteit van de statusaanduiding met 3 Druk op om te bevestigen.
Configuratie De instelprocedure is dezelfde voor beide gevallen. Voor instructies, zie "Instelprocedure" [ 70]. Instelprocedure Lokale instellingen bestaan uit de volgende delen: Standen ("Mode"), Units ("Unit"), Instellingen ("SW"), en Waarden voor die instellingen. De menu's voor lokale instellingen hebben twee niveaus. Standen en units worden in het eerste niveau ingesteld, en instellingen en waarden in het tweede.
Pagina 71
Configuratie Niveau Beschrijving Tweede niveau Instelling (SW) Een instelling is een instelbare parameter. Dit zijn de instellingen die u uitvoert. In de tabellen van de lokale instellingen staan de beschikbare instellingnummers in de kolom "SW". Waarde Een waarde is een waarde van een vaste reeks waarden die u kunt kiezen voor een instelling.
Pagina 72
Configuratie 3 Druk op om de waarde van dat deel van de lokale instelling te wijzigen. 4 Druk op om die waarde te bevestigen. 5 In het eerste niveau, selecteer om naar het tweede niveau te gaan. 6 In het tweede niveau kunt u op dezelfde manier als in het eerste niveau navigeren en selecteren.
Configuratie Lokale instellingen binnenunit De instelprocedure is verschillend naar gelang u instellingen wil uitvoeren voor individuele binnenunits of voor groepen binnenunits. Individuele binnenunits ▪ Stel een Mode-nummer in om een stand te definiëren (nummer tussen haakjes) ▪ Stel een Unit-nummer in om de unit te definiëren waarvoor de instelling zal gelden ▪...
Pagina 74
Configuratie INFORMATIE ▪ Sommige lokale instellingen kunnen veranderen wanneer u op de binnenunit optionele accessoires aansluit. Voor meer informatie, zie de montagehandleiding van het optionele accessoire. ▪ Voor details over de specifieke lokale instellingen van elk type binnenunit, zie de montagehandleiding van de binnenunits.
Configuratie Mode Beschrijving SW Waarde Standaardwaarde Aanduiding aanraakknop 0: Geen (scherm) 1: Klein 2: Medium 3: Groot Stand afstandsbediening 0: Normaal 1: Alleen alarm 2: Supervisor Instelpunt thuisscherm 1: Numeriek 2: Symbool INFORMATIE Met lokale instelling R1-11 van de afstandsbediening kan de statusaanduiding worden veranderd, waardoor de controller ook in hotels kan worden gebruikt.
Pagina 77
Configuratie 4 Definieer het adres. 5 Controleer of is geselecteerd alvorens het adres te bevestigen. 6 Bevestig het adres. Gevolg: U hebt een adres toegewezen aan de groep binnenunits. Een adres toewijzen aan een individuele binnenunit Voorwaarde: U staat in het installateurmenu. 1 Navigeer naar het menu adresinstellingen.
Pagina 78
Configuratie 6 Controleer of is geselecteerd alvorens het adres te bevestigen. 7 Bevestig het adres. Gevolg: U hebt een adres toegewezen aan de binnenunit. Een adres verwijderen 1 Navigeer naar het adres dat u wilt verwijderen. 2 Verander naar 3 Bevestig uw keuze. Gevolg: Het adres wordt verwijderd.
Pagina 79
Configuratie 2 Selecteer "I/U" 3 Definieer de binnenunit waarvoor u het adres wilt instellen. 4 Bevestig uw keuze. 5 Definieer het adres. 6 Controleer of is geselecteerd alvorens het adres te bevestigen. 7 Bevestig het adres. Gevolg: U hebt een AirNet-adres toegewezen aan de binnenunit. Een Airnet-adres toewijzen aan een buitenunit Voorwaarde: U staat in het installateurmenu.
Pagina 80
Configuratie 3 Definieer de buitenunit waaraan u het adres wilt toewijzen. 4 Bevestig uw keuze. 5 Definieer het adres. 6 Controleer of is geselecteerd alvorens het adres te bevestigen. 7 Bevestig het adres. Gevolg: U hebt een AirNet-adres toegewezen aan de buitenunit. Een adres verwijderen 1 Navigeer naar het adres dat u wilt verwijderen.
Pagina 81
Configuratie Koppeling externe input Over koppeling externe input Met de koppeling van externe input kunnen externe contacten in de besturingslogica systeem worden geïntegreerd. Door sleutelkaartcontact en/of een raamcontact in de besturingssetup toe te voegen kan het systeem reageren op het invoeren/verwijderen van een sleutelkaart in/uit een kaartlezer en/of het openen/sluiten van een raam.
Pagina 82
Configuratie Overzicht instellingen koppeling externe input Parameter Beschrijving Mogelijke waarden Standaardwaarde B2 Vertragingstimer De timer begint te lopen 0-10 minuten "1 min" zodra de sleutelkaart wordt verwijderd. De unit blijft draaien tot de timer afloopt. B2 Reset Timer Deze timer begint te lopen 0-20 uur "20 uur"...
Pagina 83
Configuratie Logica raamcontact Raamcontact B1 Sleutelkaartcontact B2 Tijd Actie Contact gesloten (raam Contact gesloten — ▪ Normale werking gesloten) (sleutelkaart IN) binnenunit. ▪ De unit keert terug naar de vorige status voordat contact werd geopend. Contact open (raam open) Contact gesloten —...
Configuratie Raamcontact B1 Sleutelkaartcontact B2 Tijd Actie Contact gesloten (raam Contact open (sleutelkaart Tijd>Vertragingstimer De unit wordt geforceerd gesloten) UIT) uitgeschakeld: ▪ Setback worden gebruikt, afhankelijk van of de setback-functie is geactiveerd. ▪ De unit kan niet worden in-/uitgeschakeld met de AAN/UIT-knop van de controller.
Configuratie 3 U steekt de sleutelkaart weer in. Gevolg: De vorige status wordt geactualiseerd. De unit wordt geforceerd uitgeschakeld en de setback-functionaliteit blijft gedeactiveerd (zie "Logica raamcontact" [ 83]). ALS de resettimer nog NIET was afgelopen voordat u de sleutelkaart instak, is de vorige status dezelfde als de oorspronkelijke status omdat de oorspronkelijke status alleen maar werd veranderd.
Configuratie 2 Selecteer een binnenunitnummer. 3 Selecteer en druk op om de ventilatorwerking te forceren. Gevolg: De ventilator van de binnenunit die overeenstemt met het geselecteerde binnenunitnummer begint te draaien. Master-instelling koelen/verwarmen Over master-instelling koelen/verwarmen A Warmtepompsysteem B Systeem met warmteterugwinning a Buitenunit b Binnenunit c Afstandsbediening...
Pagina 87
Configuratie Wanneer meerdere binnenunits op een buitenunit zijn aangesloten, moet één van deze units (of een groep binnenunits in het geval van groepsbesturing) als master voor koelen/verwarmen worden ingesteld. De andere units/groepen worden dan slaves voor koelen/verwarmen en worden beperkt in hun werking door de master (bijv.
Pagina 88
Configuratie Voorwaarde: U gebruikt de controller van de binnenunit die u als master koelen/ verwarmen wilt instellen. 1 Navigeer naar het bedrijfsstandmenu. 2 Stel de bedrijfsstand in op koelen of verwarmen. Gevolg: De binnenunit is nu master koelen/verwarmen (het symbool "omschakelen onder gecentraliseerde besturing"...
Configuratie 3 Druk op om het alarm weer te stoppen. Gevolg: Het alarm stopt en op de controller verschijnt weer het installateurmenu. INFORMATIE Het koelmiddellekalarm kan ook worden getest via deMadoka Assistant app. Zie "Test koelmiddellekalarm" [ 124] voor meer informatie. Informatie Over het informatiemenu In het informatiemenu kunt u de volgende informatie raadplegen:...
Configuratie INFORMATIE ▪ Wanneer de software van een controller niet meer up-to-date is, zal de Madoka Assistant app een software-update voor die controller voorstellen zodra u de controller verbindt met de app. ▪ U kunt de actuele softwareversie van de controller raadplegen in het informatiescherm (zie "Informatiescherm" ...
Pagina 91
Configuratie 2 Sluit de controller aan op de pc. a Pc met Updater b USB-kabel c Printplaat controller d Naar binnenunit 3 Schakel de binnenunit in. 4 Open Updater. 5 In Updater, ga naar "Update Procedure". 6 Voer de modelnaam van de controller in. 7 Selecteer de gewenste updateprocedure.
Over de app 15 Over de app De Madoka Assistant app werkt met de BRC1H-controller. Met de controller kunnen alleen de basisfuncties worden gebruikt en ingesteld, maar de app biedt ook geavanceerde functies en instellingen. In dit hoofdstuk 15.1 Overzicht gebruik en configuratie............................15.2 Koppelen ....................................
Over de app 15.5.43 Instelling migratie..............................124 15.5.44 Adres bewaakte kamer ............................124 15.5.45 Test koelmiddellekalarm ............................124 15.1 Overzicht gebruik en configuratie De app zoekt continu BRC1H-controllers om verbinding mee te maken. Alle controllers binnen het bereik van uw mobiel apparaat worden in het thuismenu onder Apparaten in de buurt weergegeven.
Over de app 15.2.3 Bluetooth-verbinding tot stand brengen INFORMATIE De manier om een Bluetooth-verbinding tot stand te brengen hangt af van de stand waarop de controller is ingesteld. Stand afstandsbediening: "Normaal" Voorwaarde: U hebt een mobiel apparaat waarop de Madoka Assistant app draait. Voorwaarde: Bluetooth is ingeschakeld op dat mobiel apparaat.
Pagina 95
Over de app 7 Druk op op de controller om de cijferreeks te bevestigen. Gevolg: De controller en het mobiel apparaat zijn nu verbonden via Bluetooth. Standen afstandsbediening: "Alleen alarm" en "Supervisor" Voorwaarde: U hebt een mobiel apparaat waarop de Madoka Assistant app draait. Voorwaarde: Bluetooth is ingeschakeld op dat mobiel apparaat.
Over de app 7 Aanvaard het koppelverzoek in de app. 8 Druk op op de controller om de cijferreeks te bevestigen. Gevolg: De controller en het mobiel apparaat zijn nu verbonden via Bluetooth. 15.2.4 Bluetooth-verbinding verbreken INFORMATIE De manier om een Bluetooth-verbinding te beëindigen hangt af van de stand waarop de controller is ingesteld.
Over de app 3 Navigeer naar het Bluetooth-menu met 4 Druk op om het menu te openen. 5 Druk op om de afstandsbediening geen Bluetooth-signaal meer te laten uitzenden. Gevolg: 15.2.5 Bondinginformatie verwijderen INFORMATIE De manier om bondinginformatie te verwijderen hangt af van de stand waarop de controller is ingesteld.
Pagina 98
Over de app 4 Druk op om de bondinginformatie uit de afstandsbediening te verwijderen. Gevolg: Standen afstandsbediening: "Alleen alarm" en "Supervisor" 1 Houd op het thuisscherm ingedrukt tot het informatiescherm verschijnt. 2 Houd op het informatiescherm tegelijk ingedrukt tot het installateurmenu verschijnt.
Over de app 15.3 Gebruikerstoegangsniveaus 15.3.1 Over gebruikerstoegangsniveaus Het gebruikerstoegangsniveau bepaalt welke functies en instellingen zichtbaar zijn voor gebruiker app. gebruiker hoger gebruikerstoegangsniveau kan meer ingrijpende veranderingen maken in geavanceerde instellingen voor de werking en configuratie. Er zijn 3 mogelijke gebruikerstoegangsniveaus die overeenstemmen met 3 mogelijke standen: ▪...
Over de app 15.3.4 Installateurstand Over de installateurstand De installateurstand biedt toegang tot instellingen die niet beschikbaar zijn voor gewone eindgebruikers of gevorderde gebruikers. Voor een overzicht van de mogelijke instellingen in de installateurstand, zie "Overzicht: Functies" [ 102]. Installateurstand activeren Voorwaarde: U staat niet in de installateurstand.
Over de app Instellingen installateurstand Beschrijving Installateurstand Activeer of deactiveer de installateurstand. Tijdelijk / Onbeperkt Stel de duur van de installateurstand in. ▪ Tijdelijk: installateurstand 30 minuten actief. Na 30 minuten wordt de installateurstand automatisch gedeactiveerd. (standaard) ▪ Onbeperkt: de installateurstand blijft actief handmatig deactiveert.
Over de app 15.5 Functies 15.5.1 Overzicht: Functies OPMERKING Afhankelijk van het gebruikerstoegangsniveau, zijn in het menu van de instellingen unit meer minder instellingen zichtbaar. "15.3 Gebruikerstoegangsniveaus" [ 99] voor meer informatie over het veranderen van de stand. INFORMATIE Door op het stersymbool in de rechter bovenhoek in het menu van een bepaalde instelling te tikken, kunt u instellingen opslaan als favorieten.
Pagina 103
Over de app Categorie Bedienen Configuratie en geavanceerde werking Instellingen controller en binnenunit uitvoeren: Algemeen ▪ Firmware-update ▪ Meldingen Instellingen afstandsbediening ▪ Master/slave status ▪ Scherm Instelpunt thuisscherm: Numeriek of Symbool ▪ Statusindicator ▪ Datum en tijd veranderen ▪ Info ▪...
Pagina 104
Over de app Categorie Bedienen << vervolg Configuratie en geavanceerde werking Programmeren ▪ Programma ▪ Vakantie Configuratie en werking ▪ Instelpunt-logica Enkelvoudig instelpunt of Dubbel instelpunt ▪ Setback ▪ Individuele uitblaasrichting ▪ Actieve luchtstroomcirculatie ▪ Bereik instelpunt ▪ Master-instelling koelen/verwarmen ▪...
Over de app 15.5.2 Firmware-update controller Update de firmware van de controller. De firmware van de controller moet up-to- date blijven. Wanneer voor een controller nieuwe firmware beschikbaar is, laat de app een melding verschijnen op het scherm van die controller. Firmware van controller updaten Voorwaarde: U staat op het bedieningsscherm van één van de controllers en de app heeft een bericht gestuurd dat er nieuwe firmware beschikbaar is voor die...
Over de app Instelling Beschrijving Thuisschermstand Thuisschermstand instellen: ▪ Standaard: beperkte informatie over systeemwerking (beperkt aantal statuspictogrammen). ▪ Gedetailleerd: uitgebreide informatie over systeemwerking aan de hand van statuspictogrammen. Instelpunt thuisscherm Weergave van het instelpunt op het thuisscherm instellen: ▪ Numeriek: numerieke waarde.
Over de app 15.5.7 Datum en tijd veranderen Datum en tijd voor de controller instellen. In het menu datum en tijd stuurt u informatie over datum en tijd van de app naar de controller. U kunt de informatie over datum en tijd van uw mobiel apparaat sturen ("Synchroniseren met datum en tijd toestel") of deze informatie handmatig aanmaken en sturen.
Over de app INFORMATIE Deze functie wordt niet ondersteund wanneer het systeem Sky Air RR- of RQ- buitenunits omvat. INFORMATIE Deze functie kan niet worden gebruikt wanneer de binnenunits onder groepsbesturing staan. INFORMATIE Voor systemen waarin de binnenunits simultaan werken, wordt deze functie geregeld door de bewegingssensor in elke master-binnenunit.
Over de app 15.5.14 Instelpunt auto reset Een timer instellen voor een automatische regeling van de temperatuur op een ingestelde temperatuurwaarde. De timer kan afzonderlijk voor verwarmen en voor koelen worden geactiveerd of gedeactiveerd. Wanneer een timer geactiveerd is, begint hij te lopen telkens wanneer het systeem wordt ingeschakeld. Wanneer de timer afloopt, verandert het temperatuurinstelpunt altijd in de ingestelde waarde, ook als het temperatuurinstelpunt intussen werd veranderd.
Over de app 15.5.16 Vakantie Dagen van de week selecteren waarvoor het programma niet geldt. Op de geselecteerde dagen worden met de programmafunctie ingestelde acties niet uitgevoerd. De vakantiefunctie kan worden geactiveerd of gedeactiveerd. Wanneer ze geactiveerd is, geldt ze voor elk programma dat als actief is ingesteld. INFORMATIE Zie "Programma" [ 109] voor meer informatie.
Over de app DIFF 3°C 18º 19º 20º 21º 22º 23º 24º 25º 26º 27º 28º 29º DIFF 5°C 18º 19º 20º 21º 22º 23º 24º 25º 26º 27º 28º 29º DIFF Minimaal instelpuntverschil INFORMATIE Wanneer het systeem door een centrale regeling wordt geregeld, dan is de regeling van het systeem door de controller beperkt.
Over de app Instellingen Resultaat Koelen Setback- 35°C Als de kamertemperatuur boven 35°C instelpunt stijgt, begint het systeem automatisch koelen te koelen. Als de temperatuur na 30 minuten tot onder 33°C is gedaald, Herstelverschil –2°C stopt het systeem met koelen en wordt koelen de unit weer uitgeschakeld.
Over de app INFORMATIE De beschikbaarheid van deze functie hangt af van het type binnenunit. 15.5.20 Actieve luchtstroomcirculatie Schakel Actieve luchtstroomcirculatie voor meer gelijkmatige temperatuurverdeling in de ruimte. Wanneer Actieve luchtstroomcirculatie ingeschakeld, worden ventilatorsnelheid van de binnenunit en de uitblaasrichting automatisch geregeld; de ventilatorsnelheid en de uitblaasrichting kunnen dan niet handmatig worden veranderd.
Over de app Links Midden Rechts De bereiken komen overeen met de volgende draaipatronen van de luchtstroom: Links Midden Rechts Links draaien Breed draaien Rechts draaien INFORMATIE De beschikbaarheid van deze functie hangt af van het type binnenunit. INFORMATIE Voor systemen waarin de binnenunits simultaan werken, kan het bereik van de uitblaasrichting van individuele binnenunits worden ingesteld door de controller afzonderlijk op elke binnenunit aan te sluiten.
Over de app INFORMATIE Deze functie is alleen beschikbaar voor Sky Air binnenunits. INFORMATIE Deze functie wordt niet ondersteund wanneer het systeem Sky Air RR- of RQ- buitenunits omvat. 15.5.26 Koppeling externe input Met de koppeling van externe input kunnen externe contacten in de besturingslogica systeem worden...
Pagina 116
Over de app Functies ▪ Instelpunt ▪ Ventilatorsnelheid ▪ Bedrijfsstand ▪ Uitblaasrichting ▪ Systeem AAN/UIT ▪ Bereik instelpunt ▪ Setback ▪ Aanwezigheidssensor - aanpassing instelpunt ▪ Aanwezigheidssensor - Auto UIT ▪ Aanpassing instelpunt timer ▪ Uitschakeltimer ▪ Limiet stroomverbruik ▪ Programma ▪...
Over de app Werking Afstandsbediening Thuisscherm Wanneer u functies/knoppen die worden bediend op het thuisscherm van de controller vergrendelt, verschijnt op de controller een vergrendelscherm wanneer u deze functies/knoppen probeert te gebruiken. Hoofdmenu Wanneer u functies die hoofdmenu- items op de controller zijn, vergrendelt, worden deze functies doorstreept in het hoofdmenu en staat er een slotpictogram naast.
Over de app 15.5.32 Automatisch filter reinigen INFORMATIE Om deze functie te gebruiken moeten de binnenunits voorzien zijn van een zelfreinigend sierpaneel (optioneel accessoire). Automatisch reinigen van het filter van de binnenunit activeren en een tijdsduur ervoor instellen. Onderhoudstimer stofverzamelbak resetten Wanneer de stofverzamelbak van het zelfreinigend sierpaneel moet worden leeggemaakt, geeft de app een melding in het bedrijfsscherm weer.
Over de app 15.5.36 Lokale instellingen Lokale instellingen voor de binnenunit en controller uitvoeren. Voor een overzicht van de mogelijke lokale instellingen, zie "Lokale instellingen binnenunit" [ 73] en "Lokale instellingen afstandsbediening" [ 75]. Instelprocedure Lokale instellingen bestaan uit de volgende delen: ▪...
Over de app Type lokale instellingen Procedure Afstandsbediening ▪ Stel het type lokale instelling in op "Afstandsbediening". ▪ Definieer een stand. ▪ Tik op het rechtervlak in de app om de instelling te definiëren. In de tabel met lokale instellingen staan de instellingen in de kolom SW.
Over de app wordt een actieve unit inactief (unitrotatie). Omdat de units slechts afwisselend werken, wordt de levensduur van het systeem verlengd. ▪ Backup: een reserve-unit zorgt voor systeemredundantie. Als een actieve unit in storing gaat, schakelt de unitrotatie een inactieve unit in. A Inactieve reserve-unit B Unit in storing INFORMATIE...
Pagina 122
Over de app Typische werkstroom Een testbedrijf bestaat doorgaans uit de volgende stappen: De teststand activeren (Madoka Assistant app), De functies van de binnenunit testen volgens de in "Testdraaien" [ 122] beschreven instructies. De teststand deactiveren (Madoka Assistant app), De storinghistoriek controleren op storingen.
Over de app 7 Tik op "Testbedrijf starten". Gevolg: De binnenunit(s) begint/beginnen met testdraaien, en de normale werking is dan niet mogelijk. 8 Keer terug naar het bedieningsscherm. 9 Tik op "Verticale uitblaasrichting". 10 Tik op "Vast". 11 Test de vijf vaste uitblaasrichtingen en controleer of de stand van de kleppen van de binnenunit ook verandert.
Over de app Wanneer Actieve luchtstroomcirculatie ingeschakeld, worden ventilatorsnelheid van de binnenunit en de uitblaasrichting automatisch geregeld; de ventilatorsnelheid en de uitblaasrichting kunnen dan niet handmatig worden veranderd. 15.5.43 Instelling migratie Sommige functies maken het mogelijk om instellingen op uw mobiele apparaat op te slaan en ze in andere afstandsbedieningen te laden.
Onderhoud 16 Onderhoud In dit hoofdstuk 16.1 Voorzorgsmaatregelen voor het onderhoud ......................... 125 16.2 Over onderhoud ..................................125 16.3 Waarschuwingsscherm verwijderen ............................126 16.4 Controller schoonmaken ................................ 127 16.5 Aanduiding Reinig filter aub ..............................127 16.5.1 Aanduiding Reinig filter aub verwijderen ......................127 16.1 Voorzorgsmaatregelen voor het onderhoud WAARSCHUWING Leg het systeem stil met de controller en schakel de voedingsschakelaar uit alvorens...
Onderhoud De procedure om het waarschuwingsscherm weer te geven verschilt naar gelang de ingestelde stand van de statusaanduiding ("Normaal", "Hotel 1" of "Hotel 2"). INFORMATIE Standaard staat de controller in de stand statusaanduiding "Hotel 2". Stand statusaanduiding: "Normaal" Voorwaarde: Op de controller staat het thuisscherm, en geeft een onderhoudsbeurt aan.
Onderhoud INFORMATIE De procedure om het waarschuwingsscherm weer te geven verschilt naar gelang de ingestelde stand van de statusaanduiding ("Normaal", "Hotel 1" of "Hotel 2"). Zie "16.2 Over onderhoud" [ 125] voor meer informatie. 16.4 Controller schoonmaken 1 Veeg het scherm en andere delen van de controller af met een droge doek. 16.5 Aanduiding Reinig filter aub Wanneer het filter van de binnenunit vuil is en moet worden gereinigd, verschijnt op de controller...
Opsporen en verhelpen van storingen 17 Opsporen en verhelpen van storingen In dit hoofdstuk 17.1 Storingscodes van de binnenunit ............................128 17.2 Detectie koelmiddellek................................130 17.2.1 Over koelmiddellekdetectie........................... 130 17.2.2 Lekdetectie-alarm stoppen ............................ 130 17.1 Storingscodes van de binnenunit Wanneer het systeem in storing staat, staat op het thuisscherm en wordt een storingsscherm gegenereerd.
Pagina 129
Opsporen en verhelpen van storingen INFORMATIE Als de controller op de "Supervisor"-stand is ingesteld, dan voegt de controller het "adres bewaakte kamer" van de binnenunit met de storing toe aan het storingsscherm. In de "Supervisor"-stand moet voor elke binnenunit een uniek "adres bewaakte kamer"...
Opsporen en verhelpen van storingen 17.2 Detectie koelmiddellek Wanneer het systeem een koelmiddellek detecteert, wordt een alarm op de controller geactiveerd en stuurt de Madoka Assistant app een melding. Stop het alarm en wis de melding. 17.2.1 Over koelmiddellekdetectie De informatie die de controller weergeeft bij een koelmiddellek hangt af van de stand waarop de controller is ingesteld.
Pagina 131
Opsporen en verhelpen van storingen INFORMATIE Als de controller op de 'Supervisor'-stand is ingesteld, dan geeft de controller het adres van de bewaakte kamer van de binnenunit met het lekdetectie-alarm aan. Het alarm van de controller van de binnenunit (ingesteld op de stand "Normaal" of "Alleen alarm") kan echter niet worden gestopt vanop de controller in de "Supervisor"-stand.
Technische gegevens 18 Technische gegevens Een subset van de meest recente technische gegevens is beschikbaar op de regionale website van Daikin (publiek toegankelijk). De volledige set meest recente technische gegevens is beschikbaar op de Daikin Business Portal (authenticatie vereist). 18.1 Aansluitschema 18.1.1 Typische lay-out...
Pagina 133
Technische gegevens P1 P2 P1 P2 P1 P2 P1 P2 Groepsbesturing: master- en slave-controller P1 P2 P1 P2 P1 P2 P1 P2 P1 P2 BRC1H52W+K+S Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker Madoka afstandsbediening met kabel 4P596266-1 – 2020.12...
Door Daikin gemaakte of goedgekeurde apparatuur en uitrustingen die met het product volgens de instructies in de meegeleverde documentatie gecombineerd mogen worden. Ter plaatse te voorzien NIET door Daikin gemaakte apparatuur en uitrustingen die met het product volgens de instructies in de meegeleverde documentatie gecombineerd mogen worden. BRC1H52W+K+S...
Pagina 136
4P596266-1 2020.12 Verantwortung für Energie und Umwelt...