4 Functie
4.3.3
Uitblaasrichting
Wanneer. Stel de uitblaasrichting in naar wens.
Wat. Het systeem blaast de lucht uit in de door de gebruiker
ingestelde richting (variabele of vaste stand). De horizontale of
verticale kleppen worden hiervoor bewogen.
Instelling
Beweegt omhoog en omlaag.
Verticaal automatisch
draaien
Beweegt van links naar rechts.
Horizontaal
automatisch draaien
Beweegt tegelijk omhoog en omlaag en
+
3-D
van links naar rechts
uitblaasrichting
[—]
Blijft in een vaste stand.
VOORZICHTIG
▪ Verander de stand van de horizontale en verticale
kleppen
ALLEEN
met
Wanneer u de horizontale en verticale kleppen met de
hand verplaatst terwijl ze draaien, geraakt het
mechanisme defect.
Het draaibereik van de horizontale klep hangt af van de
bedrijfsstand. De horizontale klep stopt in de bovenste stand
wanneer de luchtstroomsnelheid bij het omhoog en omlaag draaien
op laag wordt ingesteld.
Uitblaasrichting regelen
1 Druk op om automatisch draaien in te stellen.
Gevolg:
verschijnt op het scherm.
Gevolg: De horizontale klep begint te draaien.
2 Om de klep niet meer te laten bewegen, druk op wanneer de
klep de gewenste stand heeft bereikt.
Gevolg:
verdwijnt van het scherm.
Verticale kleppen regelen
4.3.4
Comfort-functie
Deze functie kan worden gebruikt bij verwarmen of koelen. Het
resultaat is een comfortabele luchtstroom die NIET in rechtstreeks
contact met mensen komt. Het systeem stelt de positie van de vaste
luchtstroomrichting naar omhoog in bij koelen en naar omlaag bij
verwarmen.
Koelstand
Verwarmstand
INFORMATIE
De Powerful- en Comfort-functie kunnen niet tegelijk
worden gebruikt. De laatst geselecteerde functie heeft
voorrang.
Als
automatisch
geselecteerd, wordt de Comfort-functie geannuleerd.
Comfort-functie starten/stoppen
1 Druk op om te starten.
Gebruiksaanwijzing
6
Stand
Koelen/Drogen
Uitblaasrichting
Verwarmen
2 Druk op om te stoppen.
Gevolg: De horizontale klep keert terug naar de stand van vóór de
Comfort-functie;
4.3.5
Deze functie maximaliseert snel het koel-/verwarmingseffect in een
willekeurige stand. U krijgt het maximale vermogen.
een
gebruikersinterface.
Powerful-functie starten/stoppen
1 Druk op om te starten.
2 Druk op om te stoppen.
Opmerking: Powerful kan alleen worden ingesteld wanneer de unit
draait. Druk op
van het scherm.
4.3.6
Dit is een functie die een efficiënte werking mogelijk maakt door het
maximale stroomverbruik te beperken. Deze functie is nuttig voor
gevallen waarbij een stroomonderbreker zou worden geactiveerd
wanneer het product samen met andere toestellen wordt gebruikt.
Econo-functie starten/stoppen
1 Druk op om te starten.
Gevolg:
2 Druk op om te stoppen.
Gevolg:
verticaal
draaien
is
Gevolg: De stand van de horizontale klep verandert,
verschijnt op het scherm en de luchtstroomsnelheid wordt op
automatisch ingesteld.
Stand van de horizontale
klep...
Omhoog
Omlaag
verdwijnt van het scherm.
Powerful-functie
INFORMATIE
De Powerful-functie kan NIET met de Econo- en Comfort-
functie worden gecombineerd. De laatst geselecteerde
functie heeft voorrang.
De Powerful-functie vergroot het vermogen van de unit
NIET als de unit al op maximaal vermogen draait.
Gevolg:
wordt weergegeven op het scherm. De Powerful-
functie werkt 20 minuten; hierna gaat het systeem verder in de
eerder ingestelde stand.
Gevolg:
verdwijnt van het scherm.
om deze stand te annuleren;
Econo-functie
INFORMATIE
▪ De Powerful- en Econo-functie kunnen NIET tegelijk
worden gebruikt. De laatst geselecteerde functie heeft
voorrang.
▪ De Econo-functie beperkt de draaisnelheid van de
compressor om het stroomverbruik van de buitenunit te
verlagen. Als het stroomverbruik al laag is, verlaagt de
Econo-functie dit niet verder.
wordt weergegeven op het scherm.
verdwijnt van het scherm.
verdwijnt
FTXP20~35M5V1B
R32 Split-reeks
3P520336-6B – 2018.12