Inhoudsopgave
Advertenties
14-1. Specificaties RS-232C-interface
(1) Datatransmissiemethode:
(2) Baud rate:
(3) Data:
(4) Signaalpolariteit:
MARK: "1"
SPACE "0"
14-2. Pen en signaal
Pen
Signaalnaam
1
FG
2
TXD
3
RXD
4
RTS
5
niet gebruikt
6
DSR
14. RS-232C-interface
Asynchroon start-stop
4800, 9600, 19200, 38400 bps (instelbaar met DIP-schakelaar)
1 startbit
7 of 8 databits (instelbaar met DIP-schakelaar)
Oneven, even of geen pariteit (instelbaar met DIP-schakelaar)
1 stopbit
RS-232C
Mark: Logische "1" (-3 V tot -15 V)
Space: Logische "0" (+3 V tot +15 V)
b0
b1
A
Richting
−
Chassisaarde
OUT
Transmission data
IN
Receive data
OUT
Zelfde als DTR
−
niet gebruikt
(1) STAR lijnmodus
niet gebruikt
(2) ESC/POS-modus
1) DIP SW3-7 = OFF
a) DTR/DSR-modus
Geeft aan of de host data kan ontvangen.
(Exclusief datatransmissie met de commando's <DLE> <EOT> en <GS a>.)
IN
SPACE: De host kan data ontvangen.
MARK: De host kan geen data ontvangen.
b) X-ON/X-OFF-modus
Status van dit signaal niet gecontroleerd.
2) DIP SW3-7 = ON
Werkt als een extern resetsignaal.
Een mark-signaal met een puls van 1 ms of langer zorgt voor een reset van de
printer.
b2
b3
b4
b5
B
- 51 -
b6
(b7)
C
D
A: Startbit
B: Databit
C: Pariteitsbit
D: Stopbit
Functie
Advertenties
Inhoudsopgave
