5.4.1. Bovenkant.
Op de bovenkant van de PLEXTALK zitten 27 rubbertoetsen. Ze
zitten gegroepeerd in 5 blokken – een kolom met 4 toetsen links, een
rechthoekig blok met 12 toetsen centraal, een rij van 3 toetsen onder
het rechthoekig blok, een rij van 3 toetsen boven het rechthoekig blok
en een kolom van 5 toetsen helemaal rechts.
In de kolom met vier toetsen links heeft de bovenste toets een ovale
en de onderste toets een driehoekige vorm. De twee overige toetsen
in het midden zijn ruitvormig.
Van onder naar boven gaat het om volgende toetsen:
'Menu'-toets – wordt gebruikt om naar het Hoofdmenu te gaan.
'Boekenrek'-toets – wordt gebruikt om van medium te
wisselen.
'Ga naar'-toets - wordt gebruikt voor pagina- en kopnavigatie.
'Bladwijzers'-toets – wordt gebruikt voor het navigeren naar
bladwijzers (bladwijzers) en het inlassen en verwijderen van
bladwijzers.
Het rechthoekige blok met 12 toetsen wordt over het algemeen het
'Cijfer'-blok genoemd en staat centraal bovenaan. Het heeft dezelfde
vorm als het klavier drukknoppen van een telefoon met 4 rijen van 3
toetsen. Op de eerste rij staan de cijfers 1, 2 en 3. Op de tweede rij
staan de cijfers 4, 5 en 6. Op de derde rij staan de cijfers 7, 8 en 9.
De vierde rij tot slot biedt plaats aan de toets 'Sterretje', de toets '0'
en de toets 'Hekje'. Op de toets met het cijfer 5 zit een kleine
verhoging zodat u die toets makkelijker kunt terugvinden.
Met de toets 'Hekje', rechts onderaan het cijferblok, kunt u
opdrachten bevestigen. In dit handboek wordt deze toets dan ook de
'Enter'-toets genoemd. Zo wordt ook de toets 'Sterretje', links
onderaan het cijferblok, gebruikt om opdrachten te wissen. Deze
toets wordt verder in dit handboek dan ook de toets 'Annuleren'
genoemd.
19