20. Informatie over de batterij
■ Opladen en ontladen
Het apparaat werkt op een oplaadbare batterij. De volledige capaciteit van een nieuwe
batterij wordt pas benut nadat de batterij twee of drie keer volledig is opgeladen en
ontladen. De batterij kan honderden keren worden opgeladen en ontladen, maar na verloop
van tijd treedt slijtage op. Wanneer de gesprekstijd en stand-by-tijd aanmerkelijk korter zijn
dan normaal, is het raadzaam de batterij te vervangen. Gebruik alleen batterijen die door
Nokia zijn goedgekeurd en laad de batterij alleen opnieuw op met laders die door Nokia zijn
goedgekeurd en bestemd zijn voor dit apparaat.
Als een vervangingsbatterij de eerste keer wordt gebruikt of als de batterij een lange tijd niet
is gebruikt, moet u mogelijk de lader aansluiten, verwijderen en opnieuw aansluiten om het
opladen te starten.
Haal de lader uit het stopcontact wanneer u deze niet gebruikt. Laat een volledig opgeladen
batterij niet in een lader zitten. De gebruiksduur van de batterij kan afnemen wanneer deze
wordt overladen. Als een volledig opgeladen batterij niet wordt gebruikt, wordt deze na
verloop van tijd automatisch ontladen.
Gebruik de batterij alleen voor het doel waarvoor deze bestemd is. Gebruik nooit een
beschadigde lader of batterij.
Let op dat u geen kortsluiting veroorzaakt in de batterij. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren
wanneer een metalen voorwerp zoals een munt, paperclip of pen direct contact maakt met
de positieve (+) en negatieve (-) poolklemmen van de batterij. (De poolklemmen zien eruit
als metalen strips.) Dit kan bijvoorbeeld gebeuren wanneer u een reservebatterij in uw zak of
tas hebt. Kortsluiting veroorzaakt schade aan de batterij of aan het item waarop deze is
aangesloten.
Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
148