3 Installatie
3
Installatie
3.1
De buitenunit monteren
3.1.1
De installatiestructuur voorzien
Leg 4 sets met ankerbouten, moeren en vulringen klaar (lokaal te
voorzien):
(mm)
a
Blokkeer de afvoeropeningen niet af.
INFORMATIE
De aanbevolen hoogte van het bovenste uitstekend deel
van de bouten bedraagt 20 mm.
OPMERKING
Maak de buitenunit vast aan de ankerbouten met moeren
met plastic vulringen (a). Als de coating op het
bevestigingsdeel weg is, zullen de moeren sneller gaan
roesten.
a
3.1.2
De buitenunit installeren
Installatiehandleiding
4
4× M12
a
4× M12
3.1.3
Afvoer voorzien
Controleer of het condenswater goed kan worden afgevoerd.
INFORMATIE
Indien nodig kunt u een afvoerblindpropkit (lokaal te
voorzien) gebruiken om druppelend afvoerwater te
voorkomen.
OPMERKING
Als de afvoeropeningen van de buitenunit geblokkeerd
worden door een installatiebasis of het oppervlak van de
vloer, moet u de unit hoger plaatsen zodat er een vrije
ruimte van meer dan 150 mm onder de buitenunit ontstaat.
Afvoeropeningen (afmetingen in mm)
A
160
620
B
36
61
262
416
595
A
Uitblaaszijde
B
Afstand tussen ankerpunten
C
Onderkant frame
D
Afvoeropeningen
E
Uitbreekopening voor sneeuw
Sneeuw
In koude streken kan er zich sneeuw ophopen en bevriezen tussen
de warmtewisselaar en de buitenste plaat. Hierdoor kan de unit
minder efficiënt werken. Om dit te voorkomen:
1 Boor (a, 4×) en open de uitbreekopening (b).
4× Ø6 mm
b
2 Verwijder de bramen en breng reparatieverf aan op de randen
en de delen rond de randen om roestvorming te voorkomen.
RZQG71~140L_V1+Y1 + RZQSG100~140L_V1+Y1
160
C
D
E
a b
Splitsysteem airconditioners
4P3855211 – 2014.08