Oplossen van problemen
Vele problemen worden slechts veroorzaakt door een verkeerde bediening of verkeerde verbindingen. Kontroleer
voordat u uw handelaar raadpleegt eerst de volgende lijst voor een mogelijke oplossing van uw probleem.
Algemeen
?
Spanning wordt niet ingeschakeld.
✔ De zekering is doorgebrand.
☞ Nadat u de kabels op kortsluiting heeft gekontroleerd
moet u de zekering door een van hetzelfde type
vervangen.
✔ Autokontakt heeft geen ACC stand.
☞ Verbind dezelfde kabel met het kontakt als de accukabel.
?
Er gebeurt niets na het drukken op toetsen.
✔ De computerchip in het toestel functioneert niet normaal.
☞ Druk op de resettoets van het toestel (blz. 4).
?
De monitor opent niet.
✔ Het toestel is niet aangesloten op de detectieschakelaar van
de parkeerrem.
☞ Breng de juiste aansluitingen tot stand volgens de
aanwijzingen van <Aansluitingen>. (See blz. 42)
✔ De parkeerrem is niet aangetrokken.
☞ Veiligheidshalve kan de monitor niet worden geopend
zolang het voertuig in beweging is. Trek de parkeerrem aan.
?
Het scherm is donker.
✔ Het toestel bevindt zich op een plaats waar het zeer koud is.
☞ Als het koud wordt, zal het scherm iets donkerder zijn wanneer
het toestel wordt ingeschakeld, hetgeen wordt veroorzaakt door
de eigenschappen van de vloeibare kristallen. Wacht na het
inschakelen van het toestel enkele minuten om de temperatuur
te laten oplopen. De normale helderheid keert dan weer terug.
?
Het geheugen wordt gewist wanneer het kontakt wordt
uitgeschakeld.
✔ De accukabel is niet met de juiste aansluiting verbonden.
☞ Sluit de kabels juist aan de hand van het gedeelte
<Aansluitingen> aan.
✔ De kabel van het kontakt en de accu zijn niet juist verbonden.
☞ Sluit de kabels juist aan de hand van het gedeelte
<Aansluitingen> aan.
?
Er is geen loudness-effect.
✔ U gebruikt de niet-fader gestuurde voorversterker-uitgang.
☞ De niet-fader gestuurde voorversterker-uitgang wordt
niet door loudness beïnvloed.
?
De telefoondempingfunctie werkt niet.
✔ De telefoondempingkabel is niet juist verbonden.
☞ Sluit de kabels juist aan de hand van het gedeelte
<Aansluitingen>> aan.
?
De telefoondempingfunctie wordt geaktiveerd maar de
telefoondempingkabel is niet aangesloten.
✔ De telefoondempingkabel raakt een metalen deel van de
auto.
☞ Zorg dat de telefoondempingkabel geen kontakt met een
metalen deel maakt.
?
Zelfs als Toonversterking ingeschakeld is, kunnen schelle
tonen niet gecompenseerd worden.
✔ De Tuner is als geluidsbron geselecteerd.
☞ Schelle tonen kunnen niet gecompenseerd worden in de
functie met Tuner als geluidsbron.
?
Geen geluidsweergave of zeer laag volume.
✔ De instellingen van de Fader of Balans zijn altijd naar één
kant ingesteld.
☞ Centreer de instellingen van de Fader en de Balans.
✔ De in- en uitgangskabels of bedradingsbundel is/zijn niet juist
verbonden.
☞ Sluit de in- en uitgangskabels en/of bedradingsbundel
opnieuw juist aan. Zie het gedeelte <Aansluitingen>.
✔ De waarden van de volumeafwijking zijn laag.
☞ Verhoog de waarden van de volumeafwijking. (blz. 17)
?
Slechte geluidskwaliteit of vervormd geluid.
✔ Een luidsprekerkabel wordt mogelijk afgekneld door een
schroef in de auto.
☞ Kontroleer de bedrading van de luidsprekers.
✔ De luidsprekers zijn niet juist aangesloten.
☞ Sluit de luidsprekerkabels opnieuw juist aan zodat iedere
uitgangsaansluiting met een andere luidspreker is
verbonden.
?
Niet-fader gestuurde uitgang, niet-fader gestuurde
lagedoorgangsfilter en niet-fader gestuurde instellingen
kunnen niet worden kunnen niet worden uitgevoerd.
✔ De <Niet-fader gestuurde uitgang> (blz. 20) is uitgeschakeld.
☞ Schakel deze in.
✔ De <Dubbele zonesysteem> (blz. 17) is ingeschakeld.
☞ Schakel deze uit.
?
Er is geen effect van het hogedoorgangsfilter op de voorste
en achterste kanalen.
✔ De niet-fader gestuurde voorversterker-uitgang wordt
gebruikt.
☞ De niet-fader gestuurde voorversterker-uitgang wordt
niet beïnvloed.
?
Het menu-tem voor de Mask Key wordt niet in het
menusysteem weergegeven.
✔ De Mask Key-functie is al ingeschakeld.
☞ Wanneer de Mask Key-functie is ingeschakeld, wordt
deze functie niet in het menu weergegeven.
?
De pieptoon van de aanraaksensor wordt niet weergegeven.
✔ De voor-uitgangaansluiting wordt gebruikt.
☞ De pieptoon van de aanraaksensor kan niet via de
voorversterker-uitgang gaansluiting worden
weergegeven.
?
De klok kan niet worden ingesteld hoewel de
kloksynchronisatie is ingeschakeld.
✔ De RDS-zender waarop is afgestemd, verzendt geen
tijdsignaal.
☞ Stem af op een andere RDS-zender.
Tuner als geluidsbron
?
Ontvangst van radio-uitzendingen is slecht.
✔ De auto-antenne is niet uitgetrokken.
☞ Trek de antenne geheel uit.
✔ De antennekabel is niet aangesloten.
☞ Sluit de kabel juist aan de hand van het gedeelte
<Verbinden van kabels met aansluitingen> aan.
?
De gewenste frequentie kan niet worden ingevoerd met
direct afstemmen.
✔ Er is een zender ingevoerd die niet te ontvangen is.
☞ Voer een zender in die wel ontvangen kan worden.
✔ U voert een frequentie in in eenheden van 0,01 MHz.
☞ Op FM kunt u frequenties invoeren in eenheden van 0,1
MHz.
?
Het is niet de ingestelde geluidssterkte voor de
Verkeersinformatie.
✔ De ingestelde geluidssterkte is lager dan de geluidssterkte
van de Tuner.
☞ Als de geluidssterkte van de Tuner hoger ingesteld wordt
dan de ingestelde geluidssterkte, dan dient de
geluidssterkte van de Tuner gebruikt te worden.
45