TOP [EX]
Montage-, installatie- en gebruikershandleiding
9.3
Binnenkant van het apparaat reinigen
Alle luchtvoerende elementen (binnenvlakken van het apparaat, uitstroom-/uitblaaselementen etc.) moeten tijdens het on-
derhoud op verontreinigingen of afzettingen worden gecontroleerd en evt. met normaal in de handel verkrijgbare middelen
worden verwijderd.
26
GEVAAR!
Letselgevaar door verbranding
Op de elektronicabehuizing van de -ventilator komen hoge temperaturen voor. Directe aanraking vermijden!
AANWIJZING!
Gebruik geen agressieve reinigingsmiddelen!
Voor de -ventilator mogen geen agressieve, lakoplossende reinigingsmiddelen worden gebruikt. Er mag
geen water in de motor en de elektronica binnendringen (bijv. door direct contact met afdichtingen of mo-
toropeningen), let op de beschermingsgraad (IP). Controleer of de voor de inbouwstand geschikte conden-
saatboringen (indien aanwezig) vrij doorgankelijk zijn. Om vochtophoping in de motor te vermijden, moet
de -ventilator vóór de reiniging ten minste één met 80-100% van het maximale toerental worden gebruikt!
Na de reiniging moet de -ventilator om te drogen ten minste 2 uur met 80 tot 100% van het maximale toe-
rental worden gebruikt!
GEVAAR!
Explosiegevaar door ondeskundig(e) onderhoud/reparatie
De ondeskundige uitvoering van onderhouds-/reparatiewerkzaamheden kan ernstig of dodelijk letsel veroor-
zaken.
Onderhouds- resp. reparatiewerkzaamheden aan apparaten mogen alleen met inachtneming van de bij-
behorende handleiding en uitsluitend met originele reserveonderdelen van Kampmann GmbH & Co.KG
worden uitgevoerd.
AANWIJZING!
Voorkom elektrostatische oplading!
Om elektrostatische oplading te voorkomen, mogen apparaten op explosiegevaarlijke plaatsen alleen met
een vochtige doek worden gereinigd.
Bij vochtige reiniging: gebruik water of milde, niet-schurende reinigingsmiddelen.
Apparaten mogen nooit met een krachtige waterstraal, bijv. met een hogedrukreiniger worden gereinigd.