1 Inktvenster
2 Elektronische contactpunten
e. Veeg enkel de contactpunten met een droog wattenstaafje of een pluisvrij doekje schoon.
Let op
op de cartridge veegt.
f.
Zoek aan de binnenkant van het apparaat de contactpunten in de printkop. De contactpunten zien eruit als
een set van vier koper- of goudkleurige pinnen die zo zijn geplaatst dat ze op de contactpunten op de
printcartridges passen.
g. Gebruik een droog wattenstaafje of een pluisvrije doek om de contactpunten mee schoon te wrijven.
h. Installeer de printcartridge opnieuw.
i.
Sluit de toegangsklep voor de printcartridges en controleer of het foutbericht weg is.
j.
Als u nog steeds een foutbericht krijgt, schakelt u het apparaat uit en vervolgens opnieuw in.
3.
Probeer de cartridges te vervangen aIs uw probleem nog steeds niet is opgelost. Zie
meer informatie.
Klik hier voor meer informatie
SETUP-cartridges
Bij de eerste installatie van de printer moet u de cartridges installeren die in de doos met de printer zitten. Deze
cartridges hebben het label SETUP, en ze kalibreren uw printer voor de eerste afdruktaak. Het niet plaatsen van
de SETUP-cartridges tijdens de eerste installatie veroorzaakt een fout.
Als u een set normale cartridges hebt geplaatst, verwijder ze dan en plaats de SETUP-cartridges om de
printerinstallatie te voltooien. Na het voltooien van de printerinstallatie kunt u gewone cartridges gebruiken.
Waarschuwing
drogen ze snel uit. Toch zal er nog wat inkt verdampen, maar minder wanneer de cartridges geen dop meer
hebben. U kunt de oranje doppen van de SETUP-cartridges gebruiken indien nodig.
Als u nog steeds een foutbericht krijgt, neem dan contact op met HP Ondersteuning voor hulp.
Klik hier voor meer informatie
Zorg ervoor dat u enkel de contacten aanraakt, en geen inkt of andere verontreiniging elders
online.
U moet de oranje doppen terugplaatsen op de gewone cartridges die u verwijdert, anders
online.
Vervang de cartridges
voor
SETUP-cartridges
39