bedieningspaneel
Power (Aan/uit)
Hiermee kunt u
de printer aan-
en uitzetten.
Save (Opslaan)
Hiermee kunt u fotobestanden en
andere bestanden op een
geheugenkaart op de vaste schijf
van de computer opslaan,
wanneer de printer is aangesloten
op een computer.
12
LCD
In dit venster worden de
status van de printer en de
huidige afdrukinstellingen
weergegeven.
Scroll Up (+)/Scroll Down (-)
(Omhoog (+)/Omlaag (-))
Druk op deze toetsen en houd
deze ingedrukt om door de
afdrukinstellingen te lopen.
Printerlampje
Als dit lampje groen is, staat de printer
aan (een knipperend lampje geeft aan dat
de printer bezig is). Als dit lampje rood is,
is er iets mis met de printer.
X
Tab
Met deze toets gaat u naar een
volgende sectie bij het selecteren
van afdrukinstellingen.
Print (Afdrukken)
Hiermee start u het
afdrukken van de
geselecteerde foto's
vanaf een geheugen-
kaart.
Cancel (Annuleren)
Hiermee zet u het
afdrukken stop of
wijzigt u de afdruk-
instellingen.