Onderhoud na lekkage
(lekkage begint meestal
langzaam)
Gepland onderhoud
Smering
(gebruik vet of olie die
voor voedingstoepassin-
gen zijn goedgekeurd)
Controle voorafgaand aan gebruik
VOORZICHTIG
Monteer de elektrische aansluitingen correct, als ze van de motor verwijderd zijn geweest tijdens
onderhoud. (Zie controle vóór ingebruikname in hoofdstuk
Let met name goed op waarschuwingen!
1. Start en stop de motor kortstondig.
2. Controleer of de pomp goed werkt.
5.2 Reinigingsprocedure
Reinigingsprocedure voor verontreinigd tapgat van waaiermoer:
WAARSCHUWING
Volg altijd de instructies in het veiligheidsinformatieblad voor het reinigingsmiddel.
1. Verwijder pompas (7) volgens hoofdstuk 4 van de Servicehandleiding.
2. Dompel pompas gedurende 5 minuten in COP-tank met 2% bijtende vloeistof.
3. Reinig het blinde tapgat van de waaiermoer grondig door een schone rager met een diameter van
1/2" gedurende twee minuten door het gat te halen (in ondergedompelde toestand).
4. Dompel pompas (7) gedurende 5 minuten in zuur ontsmettingsmiddel, reinig het blinde tapgat
daarna zoals beschreven in stap 3 hierboven.
5. Spoel daarna goed met schoon water en blaas het tapgat met schone lucht droog.
6. Test de binnenzijde van het tapgat met een wattenstaafje om te bepalen of deze schoon is.
7. Als de test met het wattenstaafje niet wordt doorstaan, herhaalt u stap 2 t/m 6 hierboven totdat de
test wordt doorstaan.
200007897-1-NL
Asafdichting
Vervangen aan het eind
van de dag:
Complete asafdichting
•
Regelmatig inspecte-
ren op lekkage en goe-
de werking
•
Houd een logboek bij
van de pomp
•
Gebruik de statistieken
voor het plannen van
inspecties
Vervangen na lekkage:
Complete asafdichting
Vóór montage
O-ringen insmeren met si-
liconevet of siliconenolie
Rubber afdichtingen
Vervangen bij vervanging
van de asafdichting
Vervangen bij vervanging
van de asafdichting
Vóór montage
Siliconenvet of siliconen-
olie
3
Installatie).
Onderhoud 5
Motorlagers
Jaarlijkse inspectie aanbe-
volen
•
Vervang het complete
lager indien versleten
•
Zorg dat het lager in de
werkrichting van de as
is vergrendeld (zie mo-
torinstructies)
Zie hoofdstuk
6.2 Smee-
rintervallen
NL
33