Schuinstand van het
maaidek (breedterichting)
en de messtand instellen
Controleer of het maaidek horizontaal staat telkens
wanneer u de maaier installeert of wanneer u een
ongelijke maaiplek in uw gras ziet.
Voordat u het maaidek horizontaal afstelt moet u
eerst controleren of er verbogen maaimessen zijn,
en eventueel verbogen maaimessen verwijderen en
vervangen; lees
Controle op kromme messen (bladz.
59)
voordat u dit doet.
Stel het maaidek eerst links/rechts horizontaal, en dan
kunt u voor/achter afstellen.
Eisen:
•
De machine moet op een egaal vlak staan.
•
Alle banden moeten de juiste spanning hebben,
zie
De bandenspanning controleren (bladz.
1.
Parkeer de machine op een horizontaal
oppervlak, schakel de aftakas uit en stel de
parkeerrem in werking.
2.
Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje
en wacht totdat alle bewegende onderdelen
tot stilstand zijn gekomen voordat u de
bestuurderspositie verlaat.
3.
Controleer de bandenspanning van de
aandrijfbanden; zie
controleren (bladz.
4.
Zet het maaidek in de vergrendelde
transportstand.
5.
Draai de messen voorzichtig heen en weer.
6.
Meet de afstand tussen de mespunt en het
vlakke oppervlak
meer dan 5 mm verschillen, stel dan de
schuinstand af; ga door met deze procedure.
De bandenspanning
49).
(Figuur
77). Als de afstanden
49).
1. Maaimessen evenwijdig
2. Uiteinde van mes
7.
Controleer de schuinstand van de maaimessen
in de lengterichting
voorste mespunt lager zit dan de achterste;
zie de tabel met blokhoogte en schuinte. Als
afstelling nodig is, gaat u verder met deze
procedure.
61
Figuur 77
3. Meet vanaf het uiteinde
van het mes tot het platte
oppervlak hier.
(Figuur
78). Zorg dat de
g329616
g229305