20. Opbouw machine
Zie afbeelding H
1. Zaagarm
2. Zaagblad
3. Geleiderarmen
4. Geleiderblokken
5. Klem van geleiderarm
6. Knop voor zaagbladspanning
7. Hoofdmotor
8. Hydraulische cilinder
9. Wieldeksel
10. Klemdeel (vast)
11. Klemhendel van klem
12. Handwiel van klem
13. Scharniersteun
Beschrijving onderdelen
1. Zaagarm (zaagframe). Op de zaagarm vindt u de hoofdmotor, tandwielkast en de zaagbladwielen die de
beweging overbrengen op het zaagblad.
2. Zaagblad. Het zaagblad is een aaneengesloten blad, dat om de zaagbladwielen gelegd wordt.
3. Geleiderarmen. Op deze armen zijn de geleiderblokken gemonteerd. U kunt de armen verschuiven om ze
zo dicht mogelijk op het werkstuk te plaatsen.
4. Geleiderblokken. Op de geleiderblokken vindt u rollagers en geleiderplaatjes om het zaagblad in de juiste
stand te houden ten opzichte van het werkstuk.
5. Klem van geleiderarm. Draai de klem vast om de arm op zijn plaats te houden. Draai de klem los om de
arm te kunnen verstellen.
6. Knop voor zaagbladspanning. Verdraai deze knop om de zaagbladspanning te verhogen of verlagen.
Ontspan het zaagblad om het te kunnen verwijderen.
7. Hoofdmotor. De aandrijfbeweging wordt overgebracht op de tandwielkast.
8. Hydraulische cilinder. Middels de hydraulische cilinder kunt u de daalsnelheid variëren.
9. Wieldeksel. Open dit deksel om toegang te krijgen tot de zaagwielen en het zaagblad.
10. Vast klemdeel. U kunt dit naar links of rechts verplaatsen ten opzichte van het zaagblad bij verstekzagen.
11. Snelspanhendel van klem. Met deze hendel kunt u de klem snel spannen of ontspannen.
12. Handwiel van klem. Verplaats de vaste bek naar of van het werkstuk.
13. Scharniersteun voor verstekzagen. Hierop is het scharnier bevestigd voor omhoog of omlaag kantelen
van de zaagarm. Als de klemhendel los is, kan de arm op deze steun gedraaid worden voor verstekzagen.
U hoeft dus niet de klem te draaien voor verstekzagen.
14. Klemhendel voor verstekstellen. Verplaats de klemhendel om de arm in verstek te kunnen zetten.
15. Onderstel.
16. Bedieningspaneel. Hierop vindt u de drukknoppen, schakelaars en de draaiknop voor de daalsnelheid
(hydraulische klep).
17. Zwenksteun van bedieningspaneel. Als u de twee gekartelde knoppen losdraait, kan het
bedieningspaneel naar een veilige positie voor de operateur gedraaid worden.
18. Elektrische kast. In deze kast zijn alle elektrische componenten van de machine ondergebracht die
spanningsgevaar opleveren.
19. Hoofdschakelaar. Draai de hoofdschakelaar naar de "uit"-stand om de machine uit te schakelen. De
hoofdschakelaar kan in de stand vergrendeld worden met een hangslot.
20. Koelmiddelreservoir/koelpomp. Deze kunnen samen verwijderd worden voor schoonmaken en
onderhoud.
21. Kraan voor koelmiddeltoevoer. Verdraai de kraan om de toevoer van koelmiddel te regelen.
22. Eindschakelaar (1). Deze eindschakelaar zorgt ervoor dat de machine wordt uitgeschakeld als de
zaagbladspanning te laag is of als het zaagblad breekt.
23. Eindschakelaar (2). De machine wordt door deze eindschakelaar uitgeschakeld als de zaagsnede
voltooid is en de zaagarm de onderste positie bereikt.
24. Veiligheidsschakelaar voor wieldeksel. Schakelt de machine uit als het wieldeksel geopend wordt.
14. Klemhendel voor verstek stellen
15. Onderstel
16. Bedieningspaneel
17. Scharniersteun van
bedieningspaneel
18. Elektrische kast
19. Hoofdschakelaar
20. Koelpomp/reservoir
21. Kraan koelmiddeltoevoer
22. Eindschakelaar (1)
23. Eindschakelaar (2)
24. Veiligheidsschakelaar
zaagbladbeschermkap
-13-
25. Hefopening vorkheftruck
26. Lengteaanslag
27. Borgpen voor verstekpositie
28. Balansveer
29. Zaagbladwiel (aandrijfwiel)
30. Zaagbladwiel (vrijloopwiel)
31. Spanenborstel
32. Gradenverdeling
33. Toevoerslangen koelmiddel
34. Mondstukken koelmiddel
35. Zaagbladbeschermkap
36. Beweegbare bek van klem