NL
8
Installatie
8.1
Veiligheidsmaatregelen bij de installatie
Houd bij de maatregelen die in het hoofdstuk Installatie worden beschreven rekening met de vol-
gende veiligheidsaanwijzingen.
Gevaar
Levensgevaar door elektrische schok!
• Alleen erkende monteurs mogen de maatregelen uitvoeren die in het hoofdstuk Installatie wor-
den beschreven.
• Voorafgaand aan werkzaamheden aan de omvormer altijd alle DC- en AC-leidingen als volgt
loskoppelen:
1. De AC-stroombreker uitschakelen. Voorzorgsmaatregelen tegen onbedoeld opnieuw inscha-
kelen nemen.
2. Zet de DC-schakelaar op de omvormer op de stand 0. Voorzorgsmaatregelen tegen onbe-
doeld opnieuw inschakelen nemen.
3. De Multi-Contact MC4-verbindingen van de DC-kabels overeenkomstig de handleiding van de
fabrikant loskoppelen. Hiervoor is speciaal gereedschap nodig.
Waarschuwing: De DC-leiding staat onder spanning als de zonnepanelen verlicht zijn.
4. Trek de AC-stekker uit de omvormer zoals beschreven in paragraaf 8.9, pag. 72.
5. Controleer of alle polen van de AC-stekker spanningsvrij zijn. Hiervoor een geschikte span-
ningszoeker gebruiken (geen fasetester).
• Sluit de kabels pas aan op de omvormer als u in de handleiding wordt gevraagd om dat te doen.
• Open de behuizing van de omvormer niet.
• Sluit op de RJ45-bussen (RS485-interface) alleen SELV-stroomkringen aan.
• Kabels zodanig leggen dat verbindingen niet per ongeluk los kunnen raken.
• Bij de installatie van de leidingen erop letten dat de technisch bouwkundige maatregelen ten
aanzien van de brandveiligheid niet worden beperkt.
• Zorg ervoor dat er geen ontvlambare gassen aanwezig zijn.
• Houd rekening met alle geldende installatievoorschriften en -normen, nationale wetten en aan-
sluitwaarden van het desbetreffende energiebedrijf.
Attentie
De omvormer kan beschadigd raken of het vermogen kan dalen!
• De montageplek moet aan de volgende voorwaarden voldoen:
– Het montage-oppervlak en de naaste omgeving is stationair, verticaal, vlak, moeilijk ontvlam-
baar en niet permanent onderhevig aan trillingen.
– Aan de toegestane omgevingsvoorwaarden moet worden voldaan; zie Technische gegevens
Omvormer, pag. 83.
– Rondom de omvormer moet voldoende ruimte vrij zijn:
aan de boven-/onderkant: minstens 200 mm
aan de zij-/voorkant: minstens 60 mm
• Installeer geen omvormers in stallen waar dieren worden gehouden.
• De op het typeplaatje aangegeven aansluitwaarden in acht nemen.
• De DC-leidingen mogen niet met aardpotentiaal worden verbonden (DC-ingangen en AC-uitgang
zijn niet galvanisch gescheiden).
Opmerking
• De omvormer mag niet aan direct zonlicht worden blootgesteld.
• Als het toestel geïnstalleerd is, moet het display kunnen worden afgelezen.
64
742.697 | 12.27