De juiste temperatuur
De juiste temperatuur
. . . in de koelruimte
Het is voor de houdbaarheid van de le-
vensmiddelen zeer belangrijk dat de
juiste temperatuur wordt ingesteld.
Door micro-organismen bederven de le-
vensmiddelen erg snel. De tempera-
tuur beïnvloedt de snelheid waarmee
de micro-organismen groeien. Hoe la-
ger de temperatuur, des te langer het
duurt voordat de levensmiddelen be-
derven.
Wanneer u voor het bewaren van le-
vensmiddelen de juiste temperatuur
instelt kunt u daarmee bederf voorko-
men of vertragen.
Daarom adviseren wij een koeltempe-
ratuur van 5 °C.
De temperatuur in het apparaat wordt
hoger, naarmate
– de deur van het apparaat vaker
wordt geopend en de deur langer
geopend blijft;
– er meer levensmiddelen worden op-
geslagen;
– de temperatuur van de net opgesla-
gen levensmiddelen hoger is;
– de omgevingstemperatuur hoger is.
De koelkast is geconstrueerd voor
een bepaalde klimaatklasse. Een kli-
maatklasse is een temperatuurbe-
reik, waarbinnen de kamertempera-
tuur zich moet bewegen en waar
deze niet boven of onder mag liggen.
10
Het instellen van de tempera-
tuur
De temperatuur kunt u instellen met be-
hulp van de temperatuurregelaar.
Draai de temperatuurregelaar op
een stand tussen de 1 en 7.
Hoe hoger de stand aan de tempera-
tuurregelaar, des te lager de tempera-
tuur in het apparaat.
Wij adviseren één van de middelste
standen.
Wanneer de deur van het apparaat
zeer vaak open wordt gedaan, grote
hoeveelheden levensmiddelen in de
koelruimte worden gelegd of de omge-
vingstemperatuur hoog is, adviseren
wij een stand van 4 tot 7.
Temperatuuraanduiding
De temperatuuraanduiding geeft bij
normaal gebruik de gemiddelde tempe-
ratuur in het apparaat aan.
Ligt de temperatuur in het apparaat
niet in het bereik dat in de temperatuur-
aanduiding mogelijk is, d.w.z. tussen
de 2 en 9 °C, brandt er in de tempera-
tuuraanduiding alleen een streep.
Door de natuurlijke luchtcirculatie zijn
er in het apparaat plaatsen die warmer
of kouder zijn dan de aangegeven tem-
peratuur. Dat is geen storing, maar nor-
maal.
Gebruik deze verschillende tempera-
tuurzones om de levensmiddelen op
de juiste plek in de koelkast op te slaan.