Pagina 1
Installatie- en onderhoudshandleiding CTC EcoZenith i255 400V 3N~ / 230V 1N~ / 230V 3~ Vertaling van de oorspronkelijke gebruiksaanwijzing. Bewaren voor toekomstig gebruik. Voor gebruik zorgvuldig lezen. 162 508 67-6 CR00879 2024-05-16...
Pagina 2
Tabel 230 1N~/230V 3~ .............. 14 15.2 Plaatsing van elektrische onderdelen ........100 Afmetingen ................... 15 15.3 Elektrische aansluiting op warmtepomp ......101 CTC EcoZenith i255 constructie ........17 15.4 Extra laagspanningsbeveiliging ..........103 15.5 Instellingen die door de installatie-elektricien uitgevoerd Parameterlijst EcoZenith i255 ..........18 moeten worden .................105...
Pagina 3
Gefeliciteerd met de aankoop van uw nieuwe product! U heeft zojuist een CTC EcoZenith i255 aangeschaft en we hopen dat u er blij mee zult zijn. Op de volgende pagina's kunt u lezen hoe u voor uw ketel moet zorgen.
Pagina 4
• Plaats het product op een stevige fundering, bij voorkeur van beton. van CTC onder Als het product op zacht tapijt moet worden geplaatst, moeten er de betreffende platen onder de poten worden geplaatst.
Pagina 5
Kinderen mogen niet met het apparaat spelen. Reinigen en onderhoud mogen niet door kinderen worden gedaan als er geen toezicht is. Als deze instructies niet worden opgevolgd bij het installeren, gebruiken en onderhouden van het systeem, vervalt de aansprakelijkheid van CTC onder de betreffende garantievoorwaarden.
Pagina 6
• Vorkheftruck. • Hijsoog op de hijsbus bovenop de EcoZenith i255. Er is een extra bus in het midden, onder de isolatie. • Hijsband om de pallet. LET OP: Kan alleen worden gebruikt als het product in de verpakking zit.
Pagina 7
(ingebouwd in de fabrieksversie) (accessoire) • Verwarmingskring 1 • Zonnebesturing • Verwarmingskring 2* • SWW- circulatie • Verschilthermostaat* • Zwembad • Passieve koeling* • CTC SMS* • Afstandsbediening • SmartGrid * Vereist accessoires, zoals: Extra sensor, mengkraan groep 2 enz.
Pagina 8
De onderstaande punten moeten worden afgevinkt: Installatie van de leidingen De CTC EcoZenith i255 is gevuld, geplaatst en afgesteld op de juiste manier volgens de instructies. Het product CTC EcoZenith i255 is zo geplaatst dat er onderhoud aan kan worden uitgevoerd.
Pagina 9
De verwarmingsinstallatie van uw huis De stookcurve van het huis De stookcurve is het centrale gedeelte van het besturingssysteem van het product. De stookcurve Kijk voor meer informatie over het instellen bepaalt de benodigde watertemperatuur voor uw huis van de stookcurve in de sectie ”Stookcurve” afhankelijk van de buitentemperatuur.
Pagina 10
Geschikte standaardwaarden Tijdens de installatie kunt u vrijwel nooit meteen een precieze instelling verkrijgen voor de stookcurve. In dit geval kunnen de hieronder gegeven waarden een goed startpunt bieden. Voor verwarmingen met kleine warmte-afgevende oppervlakken is een hogere vertrektemperatuur nodig. U kunt de gradiënt (gradiënt van de verwarmingscurve) aanpassen voor uw verwarmingssysteem in het menu "Installateur ...
Pagina 11
Voorbeelden van verwarmingscurves In het onderstaande schema kunt u zien hoe de verwarmingscurve verandert met verschillende hellingsinstellingen. De gradiënt van de curve laat de temperaturen zien die nodig zijn voor de verwarmingen bij verschillende buitentemperaturen. Curve helling De hellingswaarde die is ingesteld, is de Vertrektemperatuur vertrektemperatuur wanneer de buitentemperatuur -15°C Buitentemperatuur...
Pagina 12
Zomerseizoen Vertrektemperatuur ºC Verwarming Alle huizen hebben interne warmtebronnen uitgeschakeld (lampen, oven, lichaamswarmte enz.), waardoor de Verwarmen verwarming kan worden uitgeschakeld wanneer de buitentemperatuur lager is dan de gewenste kamertemperatuur. Hoe beter het huis is geïsoleerd, hoe eerder de verwarming van de warmtepomp kan worden uitgeschakeld.
Pagina 14
Tabel 230 1N~/230V 3~ CTC EcoZenith i255 L CTC EcoZenith i255 L Elektrisch gegevens 1 x 230V 3 x 230V Elektrische aansluiting 230V 1N~ 50Hz 230V 3~ 50Hz Nominaal vermogen Groepszekering Elektr. weerstand boven (aanpasbaar) 2 - 9 1.2 - 7.05 (0/2/3/4/5/6/7/9) (0/1.2/2.4/3.5/4.6/5.8/7.05)
Pagina 15
Afmetingen Laag model - CTC EcoZenit i255L Hoog model - CTC EcoZenit i255H Erforderlig reshöjd: 1628mm då ställfot har min Erforderlig reshöjd: 1628mm då st 80,50 80,50 Reservdelsstruktur: 586767008 Re Reservdelss Distr till/Antal Distr till/Antal Ytjämnhet RA Ytjämnhet RA 80,50...
Pagina 16
Veiligheidsklep/aansluiting afvoerleiding 3/4” 22 Koudwateraansluiting Ø22 SWW Ø22 Radiator vertrek klemring Ø22 Radiator retour Ø22 /expansie aansluiting Van warmtepomp Ø22 (CTC EcoZenith i255L) Naar warmtepomp Ø22 (CTC EcoZenith i255L) Hijsbus 3/4" BSP Stopcontact voor het aansluiten van externe systemen/EnergyFlex (achter de voorplaat)
Pagina 17
CTC EcoZenith i255 constructie Op de onderstaande afbeelding staat de basisconstructie van de CTC EcoZenith i255. Als er een warmtepomp is aangesloten, wordt de energie in de lucht of gesteente/ aarde verzameld door het koelsysteem. De compressor verhoogt de temperatuur dan tot een bruikbaar niveau.
Pagina 18
Parameterlijst EcoZenith i255 De tabellen tonen fabrieksinstellingen voor belangrijke productparameters. Fabrieksinstelling Fabrieksinstelling Verwarmingskring Warmtepomp Programma Economisch Compressor Toegestaan Aanpassing ruimtetemp. °C -2.0 Stopt bij buiten °C Vertraging verwarming uit Tarief WP SmartGrid Blokkering Tarief WP schema Programma Comfort Minimale werkingstijd Aanpassing ruimtetemp.
Pagina 19
Fabrieksinstelling Bovenste tank Programma SWW Economisch/ Normaal/ Comfort Stop temp WP °C 50/59/60 Stop laden onderste tank, Verw. uit °C 60/60/60 El. ketel boven °C 40/40/50 Onderste tank min °C 35/40/45 Start/stop diff. boven °C Start/stop verschil, verwarming uit °C Max.
Pagina 20
Deze waarden zijn eenvoudig te veranderen zoals en wanneer dat nodig is. Vraag uw Op het scherm staat informatie over de werking met de CTC EcoAir installateur u te helpen bij het bepalen van de juiste warmtepomp aangesloten.
Pagina 21
10.1 Snelstart touchscreen De onderstaande afbeelding toont de meest voorkomende functies die u als eindklant kunt instellen en gebruiken. Startmenu waarde verhogen Schuiven en vegen Enkele klik = Selecteren Terug Selecteren en opslaan Dubbelklikken = waarde waarde waarde verlagen Openen verlagen verhogen Startmenu...
Pagina 22
Schema "Extra SWW" Tip: Stel de tijd ongeveer een uur vroeger in dan wanneer u het warme water nodig heeft, omdat het even duurt om op te warmen. Timer additioneel SWW starten SWW-programma selecteren Economisch – Weinig behoefte aan SWW Normaal –...
Pagina 23
10.2 Installatiewizard Bij het opstarten van het systeem en tijdens opnieuw installeren (zie het hoofdstuk "Installateur/Service") moeten verschillende systeemopties worden geselecteerd. De dialoogvensters die vervolgens verschijnen, worden hieronder beschreven. De waarden in de screenshots van de menu's hieronder zijn slechts voorbeelden. 1.
Pagina 24
Het serienummer (12 cijfers) staat achter Zie het Probleemoplossen-overzicht helemaal achteraan deze installatiehandleiding. het display. Dit nummer is nodig voor de installatiemonteur en CTC support bij het Neem in eerste instantie contact op met de melden van een fout. installatiemonteur...
Pagina 25
11.3 Verwarming/Koeling In het menu "KR- Verwarming/koeling" kunnen de volgende instellingen worden gemaakt: 11.3.1 Setpoint-instelling met ruimtevoeler Stel de gewenste ruimtetemperatuur (setpoint) in met de knoppen "min" en "plus". In het voorbeeld in het menu "KR1 Verwarming/koeling" zijn het programma "Economisch" en "Vakantie" (V) actief voor Klik op verwarmingskring 1 of 2 om naar het menu van de betreffende verwarmingskring 1.
Pagina 26
11.3.2 Programma Druk op de knop "Programma" en het verwarmingsprogramma dat u wilt activeren (Economisch, Normaal, Comfort of Aangepast). Het is ook mogelijk om de programma's in te plannen. Zie het hoofdstuk "Installateur/Instellingen/ Verwarmingskring /Programma" voor informatie over het instellen van temperatuurverhogingen/verlagingen en uitsteltijden voor de programma's.
Pagina 27
11.3.5 Instelling van ruimtetemperatuur zonder ruimtevoeler Je kunt “Ruimtevoeler - Nee” selecteren in het menu “Installateur/Definieer/Verwarmingskring”. Dit wordt gebruikt als de ruimtevoeler moeilijk te plaatsen is, als de vloerverwarming een eigen ruimtevoele heeft of als je een houtkachel/open haard gebruikt. De alarm-LED op de ruimtevoeler werkt zoals gewoonlijk.
Pagina 28
11.3.7 Nachtverlaging van de temperatuur Nachtverlaging betekent het verlagen van de binnentemperatuur via ofwel de afstandsbediening ofwel tijdens geplande perioden. In het menu ”KR Nachtverlaging” kunnen in een week perioden gepland worden met nachttemperatuurverlaging. Het pictogram ”Nachtreductie” in het menu ”Verwarming/koeling”...
Pagina 29
11.5 Ventilatie Kijk in de "Installatie- en Onderhoudshandleiding" voor meer informatie over CTC EcoVent. Gebruik de Terug-knop om te wisselen tussen instellingen en voorvertoning. Een verticale blauwe balk geeft aan wanneer "Extra SWW" actief is. Een horizontale gele lijn geeft de huidige tijd aan. Op...
Pagina 30
11.6 Schema In een schema kunnen tijden worden ingesteld waarop een functie actief of inactief is tijdens de dagen van de week. Het systeem staat niet toe dat sommige functies tegelijkertijd actief zijn op hetzelfde schema, zoals de functies “Nachtverlaging” en “Extra SWW”, maar de meeste functies kunnen hetzelfde schema delen.
Pagina 31
11.6.3 Een schema bewerken Ga naar de eerste rij en druk op "OK" om de bewerkingsmodus in te schakelen. Tijd Gebruik de pijltoetsen om de tijd (respectievelijk uren en minuten) te wijzigen. Dag per dag Gebruik de pijltoetsen (pijl-omhoog /pijl-omlaag) om actieve dagen vet te markeren.
Pagina 32
11.7 Werkingsdata Op het scherm staat informatie over de werking met de CTC EcoAir Op het scherm staat informatie over de werking met de CTC EcoPart aangesloten. Wanneer de pompen in werking zijn, roteren ook de aangesloten. Wanneer de pompen in werking zijn, roteren ook de pictogrammen van de pompen op het scherm.
Pagina 33
11.7.1 Werkingsdata, Sturing Status WP boven Huidige laadmode, zie onderstaande tabel. Tank boven °C 49 (60) Temperatuur en instelling in het bovenste gedeelte van de tank. Tank onder °C 42 (50) Temperatuur en instelling in het onderste gedeelte van de tank.
Pagina 34
11.7.2 Werkingsdata, Verwarmingskring* Mode Aangepast Toont het actieve SWW-programma. Status verwarming Toont de werkingsstatus van de verwarmingskring. Zie de onderstaande tabel. Vertrek °C 42 (48) Temperatuur en instelling (tussen haakjes) geleverd aan verwarmingskring Menu "Werkingsdata, Verwarmingskring". Het menu geeft de huidige temperaturen en status van gedefinieerde verwarmingskringen weer.
Pagina 35
11.7.3 Werkingsdata, Warmtepomp (lucht-water) Staus Aan, verwarming Status warmtepomp, zie onderstaande tabel. Model EcoAir 622M Toont het warmtepompmodel. Compressor: 65RPS Toont de compressorsnelheid. "R" staat voor "Gereduceerde modus" (bijvoorbeeld tijdens "Stille modus"). Laadpomp Toont de werkingsstatus van de laadpomp ("Aan" of "Uit") en de flow in procenten (0-100).
Pagina 36
11.7.4 Werkingsdata, Warmtepomp (vloeistof/water) Status Aan, verwarming Status warmtepomp, zie onderstaande tabel. Model EcoPart 410 Toont het model van de geselecteerde warmtepomp. Compressor: Aan (Aan/Uit) Geeft aan of de compressor werkt of niet. Laadpomp Het menu toont gedetailleerde werkingsdata van de geselecteerde Toont de werkingsstatus van de laadpomp ("Aan"...
Pagina 37
11.7.5 Opgeslagen werkingsdata In dit menu staan de cumulatieve werkingswaarden. De werkingsdata in de screenshots van de menu’s zijn slechts voorbeelden. De gepresenteerde historische werkingsinformatie is afhankelijk van de taalkeuze. Totaal werkingsuren h 3500 Geeft de totale tijd weer dat het product ingeschakeld is geweest.
Pagina 38
Zie voor meer informatie en voorbeeld van klikken. Prijsbeheer slimme elektriciteit/SmartGrid de website www.ctc-heating.com/Products/ Download. 11.7.9 Extern signaal Het menu toont de functies die actief zijn via externe sturing. De functies kunnen worden geactiveerd met: •...
Pagina 39
Installateur Dit menu heeft vier submenu's: • Display Instellingen • Definieer • • Service Voor "Systeeminformatie" klikt u op de knop "i" in de rechterbenedenhoek van het menu "Installateur". Dit toont het serienummer van het product, het MAC-adres Menu: "Installateur". en de versies van de toepassing en de opstartlader.
Pagina 40
11.8.2 Taal Klik op een vlag om de taal te selecteren. De geselecteerde taal wordt gemarkeerd met een groen vierkant. Als u meer taalopties wilt bekijken dan in het menu worden weergegeven, scrolt u omlaag op de pagina of drukt u op de pijl-omlaag. 11.8.3 Land Klik op het symbool ”Land”...
Pagina 41
11.9 Instellingen Hier kunnen instellingen worden gemaakt voor, onder andere, de verwarmings- en koelingsbehoeften van het huis. Het is belangrijk dat deze basisinstelling voor de verwarming juist is voor uw huis. Waarden die niet goed zijn ingesteld, kunnen tot gevolg hebben dat uw huis niet warm genoeg is of dat er onnodig veel energie wordt gebruikt om uw huis te verwarmen.
Pagina 42
Programma Druk op "OK" in de menubalk van "Programma" om instellingen te maken voor de verwarmingsprogramma's "Economisch", "Comfort" en "Aangepast". Het geselecteerde programma is gemarkeerd met een "X". Om een verwarmingsprogramma te activeren of een schema in te stellen, drukt u op de knop "Programma" in het menu "Verwarming/Koeling".
Pagina 43
Stookcurve De stookcurve bepaalt de vertrektemperatuur (en dus de binnentemperatuur) naar de verwarmingskring bij verschillende buitentemperaturen. Raadpleeg het hoofdstuk "De verwarmingsinstallatie van uw huis" voor meer informatie over het aanpassen van de stookcurve. Mogelijke keuzes zijn ”Inst. stookcurve”, "Fijne aanpassing", "Actieve curve", "Kopiëren van..." en ”Reset curve”.
Pagina 44
Max vertrek °C 55 (30...80) Maximaal toegestane temperatuur die wordt toegevoerd naar de betreffende verwarmingskring. Min vertrek °C Uit (Uit/15...65) Minimaal toegestane temperatuur die wordt toegevoerd naar de betreffende verwarmingskring. Verwarming mode Auto (Auto/Aan/Uit) Wisselen tussen verwarmingsseizoen en zomermode kan automatisch gebeuren (Auto) of er kan hier een keuze worden gemaakt om de verwarming op "Aan"...
Pagina 45
Wanneer de buitentemperatuur daalt tot de limiet waar verwarming weer nodig is, is warmte naar het huis toegestaan wanneer de temperatuur lager wordt dan (of gelijk is aan) de ingestelde waarde in het menu “Verwarming uit, buiten °C” voor het aantal minuten dat in het menu “Verwarming aan, tijd (min)”...
Pagina 46
Enkel onderladen Nee (Nee/Ja) Enkel onderladen betekent dat de warmtepomp nooit overschakelt en de bovenste tank verwarmt (laden SWW). Dit wordt alleen voorzien door de elektrische weerstand. In de zomermode, dus wanneer de buitentemperatuur boven de limiet (Verwarming uit, buiten) is, kan de warmtepomp echter wel water naar de bovenste tank sturen.
Pagina 47
11.9.2 Instellingen Warmtepomp Compressor Geblokk. (Toegest./Geblokk.) De warmtepomp heeft een geblokkeerde compressor. "Toegestaan" betekent dat de compressor kan starten. Stopt bij buiten °C -22 (-22...10) Dit menu heeft betrekking op instellingen voor de buitentemperatuur waarbij de compressor niet meer mag werken. De warmtepomp start bij 2°C boven de ingestelde waarde.
Pagina 48
Ext. Geluidsverlaging RPS 0 (20...120) Stel de compressorsnelheid in die van toepassing is voor afstandsbediening. Lees meer in de "Def. Afstandsbediening" sectie van het hoofdstuk "Installateur/Definieer ". Geluidsverlaging schema Dit menu start een schema met een begrensde compressorsnelheid voor een lager geluidsniveau. In het hoofdstuk "Schema"...
Pagina 49
's nachts, met een begrensde compressor- en ventilatorsnelheid zodat het geluidsniveau lager is. In het hoofdstuk "Schema" staat beschreven hoe u schema's kunt instellen. Uitsluitend voor CTC EcoAir 600M. Ontdooiing Temp. Min m 10 (0...360) Stel de minimale verwarmingstijd „Min m” (minuten)
Pagina 50
11.9.3 Instellingen Elektr. verwarming Tank boven add °C 57 (30...70) Temperatuur waarbij de elektrische weerstand geactiveerd wordt en EcoHeat 400 helpt met de productie van SWW wanneer er veel vraag is. De elektrische weerstand zorgt er ook voor dat het huis additionele verwarming krijgt.
Pagina 51
Omzetfactor stroomsensoren 1 (1...10) Dit menu wordt gebruikt om de conversiefactor op te geven voor de stroomsensor. Deze instelling wordt alleen uitgevoerd als de verbinding is geïnstalleerd voor een stroomsensor voor hogere stromen. Tarief EL Nee (Nee/Ja) Deze menubalk wordt getoond als er een ”Invoer” voor afstandsbediening is gespecificeerd voor de functie ”Tarief elektriciteit”...
Pagina 52
SmartGrid A als SmartGrid B een afstandsbediende invoer pomp nodig is in de onderste tank. gespecificeerd is. Geldt alleen voor CTC EcoAir 400 en CTC EcoPart 400 Lees meer in de ”Def. Afstandsbediening/SmartGrid A/B” warmtepompen. sectie van het hoofdstuk ”Installateur/Definieer ”.
Pagina 53
11.9.5 Instellingen Onderste tank SmartGrid Laagprijs °C Uit (Uit/1...30) Het instelpunt voor het verwarmen van de onderste tank wordt verhoogd met de waarde die in dit menu is ingesteld als “SmartGrid Laagprijs” actief is. Dit menu wordt alleen getoond indien zowel SmartGrid A als SmartGrid B opgegeven zijn in het afstandsbedieningsmenu.
Pagina 54
11.9.6 Instellingen Func. verschil thermostaat Instellingen kunnen pas worden ingevoerd nadat de functie is gedefinieerd. Functie verschil thermostaat wordt gebruikt om de systeemtank op te laden van een andere warmtebron. Start laden diff temp ºC 7 (3...30) Hier kunt u het temperatuurverschil instellen dat bepaalt wanneer het opladen vanaf de warmtebron wordt gestart.
Pagina 55
11.9.7 Instellingen Koeling Ruimte temp koeling °C 25,0 (18...30) Dit wordt gebruikt om de gewenste ruimtetemperatuur voor koelen in te stellen. Vertraging Actief 10 (Uit/1...600) Vertraging verwijst naar de tijd (minuten) voordat de productie van koeling is toegestaan wanneer er behoefte is aan koeling.
Pagina 56
11.9.8 Instellingen Communicatie Instellingen om het product te regelen via een besturingssysteem. 11.9.8.1 Ethernet DHCP Ja (Ja/Nee) "Ja" zorgt voor automatische verbinding met het netwerk. Bij "Nee", moeten aangepaste routerinstellingen (IP- adres, Netwerkmasker en Gateway) en DNR-instelling worden opgegeven. Menu: "Installateur / Instellingen /Communicatie". Auto DNR Ja (Ja/Nee) Bij "Ja"...
Pagina 57
Zie voor meer informatie en voorbeeld van wordt gedefinieerd als "Hoog" (in het voorbeeld is de Prijsbeheer slimme elektriciteit/SmartGrid grenswaarde SEK 3,50). Dit kan samen met de functie de website www.ctc-heating.com/Products/ voor dynamische prijsberekening worden gebruikt Download. om een ander "Hoog" prijsbereik te definiëren dan dat is bepaald door de functie voor dynamische prijsberekening.
Pagina 58
Dagen in berekening 1...10 Selecteer het aantal dagen waarop de dynamische berekening van de elektriciteitsprijs moet worden gebaseerd. Aangezien de dynamische berekening is gebaseerd op de gemiddelde prijs per dag, leiden meer dagen in de berekening tot een stabielere en betrouwbaardere waarde.
Pagina 59
11.9.9 Instellingen Stroomsensor Deze menubalken staan weergegeven indien "Stroomsensor" opgegeven is in het menu "Installateur/ Definieer s troomsensor". In het menu moeten de fasen (L1, L2 en L3) aangegeven worden waarop de stroomsensoren zijn aangesloten. In de linkerbenedenhoek van het scherm staat "Ongeldige configuratie"...
Pagina 60
11.9.11 Instellingen SmartGrid Schema Dit menu wordt gebruikt om de werkdagenperioden op te geven waarin ”SmartGrid”-functies actief moeten zijn. Dit schema wordt iedere week herhaald. ”SmartGrid” kan worden gebruikt om een functie te blokkeren (”SG Blokk.”) of om een temperatuurstijging te bereiken in perioden waarin de energieprijs laag is (”SG Laagprijs”) of (”SG Overcap.”).
Pagina 61
Er zijn twee 230 V-ingangen en twee Benaming Positie Verbindingstype laagspanningspoorten. Zie onderstaande tabel. klemmenstrook • draadloze accessoires in CTC SmartControl A14 & A25 230V serie omvatten draadloze voelers en sturingen voor signalen van temperatuur, vochtigheid en A24 & A25 230V kooldioxideniveau.
Pagina 62
11.10.1.1 De functie afstandsbediening instellen, voorbeeld 1. Een "Invoer" definiëren Eerst moet er een ingang toegewezen worden aan de functie of functies die op afstand moeten worden bediend. Dit wordt gedaan in het menu "Installateur/ Definieer/Afstandsbediening". In het voorbeeld wordt klem K24 geselecteerd als de Menu: "Installateur / ...
Pagina 63
11.10.1.2 Functies afstandsbediening Het menu "Installateur/Definieer/Afstandsbediening" definieert ingangen voor de huidige afstandsbedieningsfuncties: Ingangen K22, K23, K24, K25. • • draadloze accessoires in de SmartControl-serie (Kanaal 1A, 1B, 2A, 2B, 3A, 3B tot 7B). • BMS digitale invoer 0-7. Geef een waarde op tussen 0-255.
Pagina 64
KR1- Verwarming, Ext. mode (Uit / K 22-K25 / Kanaal 1A-7B / B MS DI0-7) Wisselen tussen verwarmingsseizoen en zomerseizoen kan bij een specifieke buitentemperatuur (Auto) gebeuren, of de verwarming kan altijd "Aan" of "Uit" staan. In het menu "Installateur/Definieer/Afstandsbediening": geef een "Invoer"...
Pagina 65
Extra SWW (Uit / K22-K25 / Kanaal 1A-7B / BMS DI0-7) Bij activering begint de productie van extra SWW. Wanneer de activering stopt, wordt gedurende 30 min extra SWW geproduceerd. De "Stoptemperatuur" voor extra SWW wordt ingesteld in het menu "Installateur/ Instellingen/SWW-tank/Programma SWW". In het menu "Installateur/Definieer/Afstandsbediening": geef een "Invoer"...
Pagina 66
Tarief EL (Uit / K22-K25 / K anaal 1A-7B / BMS DI0-7) Deze functie wordt gebruikt om de elektrische verwarming te blokkeren tijdens perioden waarin het elektriciteitstarief hoger is. In het menu "Installateur/Definieer/Afstandsbediening": geef een "Invoer" op voor de • afstandsbedieningsfunctie. In het menu "Installateur/Instellingen/Additionele Verwarming": •...
Pagina 67
SmartGrid A / SmartGrid B (Uit / K22-K25 / Kanaal 1A-7B / B MS DI0-7) In het menu “Installateur/Definieer/Afstandsbediening”: geef een “Invoer” op voor de • afstandsbedieningsfunctie. Er zijn drie SmartGrid-functies: • SmartGrid Laagprijs • SmartGrid Overcapaciteit • SmartGrid Blokkering Voorbeeld van “SmartGrid Laagprijs” voor zwembadverwarming In dit voorbeeld zijn klemstroken K22 en K23 toegewezen aan respectievelijk “SmartGrid A”...
Pagina 68
Zwembad SmartGrid Blokkering °C (Uit/−1...−50 °C) • • SmartGrid Laagprijs °C (Uit/1...50°C) • SmartGrid Overcap. °C (Uit/1...50°C) SWW-tank/ Onderste tank/Bovenste tank SmartGrid Blokkering °C (Uit/−1...−50 °C) • • SmartGrid Laagprijs °C (Uit/1...30°C) • SmartGrid Overcap. °C (Uit/1...30°C) Buffertank • SmartGrid Laagprijs °C (Uit/1...30°C) •...
Pagina 69
Functie verschil thermostaat (Uit / K22-K25 / K anaal 1A-7B / B MS DI0-7) Deze functie wordt gebruikt om de verschil thermostaatfunctie te blokkeren. In het menu "Installateur/Definieer/Afstandsbediening": geef een "Invoer" op voor de • afstandsbedieningsfunctie. In het menu "Installateur/Definieer/Functie verschil thermostaat": configureer de normale modus voor het externe •...
Pagina 70
Selecteer of de ruimtevoeler van de verwarmingskring via een draad (met kabel) of draadloos is aangesloten. • Draadloos Selecteer "Draadloos" om de draadloze ruimtevoelers van CTC met de verwarmingskring te verbinden. Kijk in de handleiding "CTC draadloze ruimtevoeler" voor informatie over het aansluiten van deze sensoren.
Pagina 71
11.10.3 Def. Warmtepomp Warmtepomp Uit (Aan/Uit) Selecteer of de warmtepomp Aan of Uit moet zijn. Debiet/niveau detectie Geen (Geen/NG/NO) Deze menubalk wordt weergegeven als een “Invoer” voor afstandsbediening is gespecificeerd voor de functie “Debiet /niveau detectie” in het menu “Installateur/ Definieer/Definieer afstandsbediening”.
Pagina 72
11.10.6 Def. Functie verschil thermostaat Functie verschil thermostaat Nee/Ja Als ”Ja” is geselecteerd, wordt het menu ”Blokkeer verschilth. ext. config.” weergegeven. Blokkeer verschilth. ext. config. Geen (NG/NO/Geen) In dit menu wordt de mode Normaal Open (NO) of Normaal Gesloten (NG) gedefinieerd voor het externe stuursignaal wanneer u de functie op afstand bestuurt.
Pagina 73
Kies de ruimtevoeler voor de verwarmingskring: • Ruimtevoeler aangesloten met kabel. • Als "Draadloos" is geselecteerd, zullen de draadloze ruimtevoelers van CTC verbinding maken met de verwarmingskring. Kijk in de handleiding "CTC draadloze ruimtevoeler" voor informatie over het aansluiten van deze sensoren.
Pagina 74
Software Versie De softwareversie van het SMS-accessoire wordt hier weergegeven. LET OP: Kijk voor meer informatie over de SMS-functie in de ”Installatie- en onderhoudshandleiding” van CTC SMS. 11.10.10 Def. SmartControl SmartControl is een aparte serie draadloze accessoires. SmartControl Nee (Ja/Nee) Als ”Ja”...
Pagina 75
11.11 Service LET OP: Dit menu is alleen bedoeld voor de installateur. Menu: "Installateur/Service". 11.11.1 Functietest Vanuit dit menu kan de installateur de verbinding en de functie testen van afzonderlijke onderdelen van de verwarmingskring. Als dit menu wordt geactiveerd, worden alle bedieningsfuncties gestopt. De enige bescherming tegen een onjuiste werking zijn de druksensoren en de oververhittingsbeveiliging van de elektrische weerstand.
Pagina 76
Ontdooiing handmatig Uit (Uit/Aan) Wanneer de functie “Ontdooiing handmatig” wordt getest, zal er een ontdooicyclus uitgevoerd worden in de lucht-water warmtepomp. Het ontdooien kan niet worden gestopt wanneer het is gestart en het ontdooiprogramma wordt voltooid. Compressorverwarmer Uit (Uit/Aan) Functietest compressorverwarmer. Verwarming condenslade Uit (Uit/Aan) Functietest van de verwarmer van de condensschaal.
Pagina 77
11.11.2 Alarm log In het alarmlogboek kunnen tot 500 alarmen tegelijkertijd worden weergegeven. Een alarm dat binnen een uur opnieuw optreedt, wordt genegeerd om het log niet te vol te maken. Klik op een alarmrij om meer informatie over een alarm te bekijken.
Pagina 78
11.11.6 Software update De displaysoftware kan worden bijgewerkt via een USB- drive of online. De rijen worden grijs weergegeven totdat de USB-drive is geïnstalleerd of het display is verbonden met het internet. Klik op OK om de upload te bevestigen. De instellingen blijven behouden tijdens het bijwerken, maar de oude waarden worden overschreven door nieuwe fabriekswaarden.
Pagina 79
12. Bediening en onderhoud Wanneer de installateur uw nieuwe systeem heeft geïnstalleerd, moet u samen met de installateur controleren of het in perfecte bedrijfsomstandigheden verkeert. Laat de installateur u aanwijzen waar de schakelaars, bedieningsorganen en zekeringen zitten zodat u weet hoe het systeem werkt en hoe het moet worden onderhouden.
Pagina 80
Als er een storing optreedt, moet u altijd contact opnemen met de installateur die uw toestel installeerde. Als de installateur denkt dat de storing te wijten is aan een materiaal- of ontwerpfout, zal hij/zij contact opnemen met CTC AB om het probleem te bestuderen en te corrigeren. Geef altijd het serienummer van het product door.
Pagina 81
Als de warmte niet gelijkmatig is, controleer dan: • of de plaats van de binnenvoelers correct is voor het huis. • of de radiatorthermostaten de binnenvoeler niet beïnvloeden. • of er geen andere warmtebronnen/koudebronnen de binnenvoeler beïnvloeden. • of de mengklep niet op de handmatige positie staat. Stroombewaking De warmtepomp heeft een geïntegreerde stroombewaking.
Pagina 82
13.1 Informatieve berichten Informatieve berichten worden weergegeven wanneer dat nodig is en zijn bedoeld om de gebruikers te informeren over verschillende bedrijfsomstandigheden. [I002] KR1 Verwarming uit [I013] Start vertraging [I005] KR2 Verwarming uit De compressor mag niet te snel starten na een stop. De Geeft aan dat het product in de zomertijdmode werkt vertraging is gewoonlijk ongeveer 10 minuten.
Pagina 83
13.2 Alarmmeldingen Als er een storing optreedt, bijv. aan een voeler, wordt er een alarm veroorzaakt. Er verschijnt een bericht op het scherm met informatie over de storing. U reset het alarm door op de toets Reset alarm op het scherm te drukken. Als er verschillende alarmen optreden, worden ze na elkaar weergegeven.
Pagina 84
[E086] Comm. fout uitbreid. Dit bericht wordt weergegeven wanneer de videokaart (A1) niet kan communiceren kaart met de CTC-zonnebesturingen/uitbreidingskaart (A3). [Exxx] 'sensor' Er wordt een alarmbericht getoond als er een fout optreedt aan een voeler die niet is aangesloten of die kortsluiting heeft en als de waarde buiten het bereik van de voeler ligt.
Pagina 85
Alarmmeldingen Beschrijving [E057] Motorbeveiliging hoge Er is een hoge stroom in de compressor gedetecteerd. Druk op reset en controleer stroom of het alarm weer optreedt. Als de storing opnieuw optreedt, neem dan contact op met uw installateur. [E058] Motorbeveiliging lage Er is een lage stroom in de compressor gedetecteerd.
Pagina 86
[E135] Kans op bevriezing Geldt voor alle lucht/water-warmtepompen die worden geregeld door CTC EcoLogic L/M/S, CTC EcoZenith i255/i360/i555 en CTC EcoVent i360F. Alarmcondities Als de temperatuur van het water dat de warmtepomp verlaat (WP uit) lager is dan 15 °C tijdens een ontdooiingsperiode of als er meer dan 15 °C verschil is...
Pagina 87
[E211] Kans op bevriezing debiet laag Geldt voor CTC EcoAir 600M met de “Stromingssensor” accessoire geïnstalleerd. Alarmcondities Het debiet is minder dan 10 l/min (EcoAir 610M/614M) of 15 l/min (EcoAir 622) gedurende meer dan 30 seconden tijdens een ontdooiingsperiode. Mogelijke oorzaak •...
Pagina 88
Start met de verwarmingsvereisten in kW (bijv. 15 kW) en ga dan verticaal naar de geselecteerde ∆t (e.g. 10°C). Ga dan horizontaal naar de regel voor de EcoZenith i255 mengklep = regel 6.3 DN20. De waarde van het drukverlies wordt afgelezen van de schaal direct eronder (4 kPa).
Pagina 89
14.1.2 Pompcurve laadpomp 15-75-130 In het onderstaande schema staat de pompcurve voor de in de fabriek geïnstalleerde laadpomp voor een warmtepomp [kPa] 0.0 0.2 0.4 0.6 0.8 1.0 1.2 1.4 1.6 1.8 2.0 2.2 2.4 2.6 2.8 3.0 3.2 3.4 Q [m³/h] Q [l/s] 0.0 0.2 0.4 0.6 0.8 1.0 1.2 1.4 1.6 1.8 2.0 2.2 2.4 2.6 2.8 3.0 3.2 3.4...
Pagina 90
14.2 Schema Dit geeft de hoofdaansluiting weer tussen de CTC EcoZenith i255 en de verwarmingskring en het SWW-systeem van het huis. Verschillende installaties en systemen kunnen er anders uitzien, bijv. een systeem met één of twee leidingen, wat betekent dat de uiteindelijke installatie anders kan zijn.
Pagina 91
Circulatiepomp, verwarmingskring (G1) (G2) De circulatiepomp wordt op de vertrekleiding van de ketel geplaatst en moet elektrisch worden aangesloten vanaf de ketel; zie het hoofdstuk over de Elektrische installatie. Mengklep SWW (65) Installeer een mengklep voor het warme kraanwater om gevaar voor verbranding te voorkomen.
Pagina 92
Waterkranen In sommige gevallen kunnen er ongebruikelijke geluiden worden voortgebracht door de leidingen van het huis en de CTC EcoZenith i255 door de druk die wordt veroorzaakt wanneer de stroom snel wordt afgesloten. Het product heeft geen storing, maar het geluid kan optreden wanneer er een ouder type mengklep wordt gebruikt.
Pagina 93
SWW-circulatiesysteem Het is mogelijk om een SWW-circulatiesysteem aan te sluiten, een voorbeeld van zo’n aansluiting zie je hieronder. (*G40 Niet geregeld door het product. Gebruik een aparte regeling of constante spanning op de circulatiepomp).
Pagina 94
(CTC EcoZenith i255H, zie afbeelding op volgende pagina). Pijpaansluiting voor CTC EcoZenith i255 L In de CTC EcoZenith i255 L is de laadpomp voor de warmtepomp in de fabriek geïnstalleerd. De CTC EcoZenith i255 L heeft leidingen aan de rechter achterrand voor aansluiting van de warmtepomp.
Pagina 95
Inkomend (verwarmd water) van warmtepomp Ø22. Uitgaand (koud water) naar warmtepomp, aansluiting 3/4. De laadpomp op CTC EcoZenith i255 H is gemonteerd op de uitgaande aansluiting naar de warmtepomp (achter de 3-wegkleppen). De afvoerklep moet op deze aansluiting worden gemonteerd. Deze fungeert als aftapkraan voor de ketel en de verwarmingskring.
Pagina 96
14.4 Principeschema Passieve koeling - Algemene koeling/verwarming...
Pagina 97
14.5 Principeschema Passieve koeling in gescheiden verwarmingskringen...
Pagina 98
14.5.1 Diff thermostaatfunctie De diff-thermostaatfunctie wordt gebruikt om warmte over te dragen van de tank met voeler (B46) naar de H-tank. De functie vergelijkt de temperaturen in de tanks en wanneer het warmer is in de tank (B46), wordt het laden naar de H-tank gestart. H-tank...
Pagina 99
15. Elektrische installatie De installatie en het aansluiten op de CTC EcoZenith i255 moeten uitgevoerd worden door een erkende elektricien. Alle bedrading moet worden aangelegd volgens de geldende bepalingen. Veiligheidsschakelaar De installatie moet worden voorafgegaan door een meerpolige veiligheidsschakelaar volgens overspanningscategorie III die zorgt voor de afsluiting van alle stroom.
Pagina 100
Groene kabel: G53 Klemmenstrook: G11-G22 Klemmenstrook: G41-G48 Klemmenstrook: G31-G40 Klemmenstrook: Klemmenstrook: A11-A20 G61-G76 Klemmenstrook: A21-A30 Contactors Elektrische installatie CTC EcoZenith i255 Onderste el. weerstand Kabelklem Voeding warmtepomp De zwarte connector die alleen stroom levert aan een aangesloten warmtepomp wordt hier aangesloten.
Pagina 101
De in de fabriek geïnstalleerde laadpomp voor warmtepompen is intern Laadpomp Molex schakelaar aangesloten in de CTC EcoZenith i255 L. De laadpomp is aangesloten op de CTC EcoZenith i255 H in de vooraf gemonteerde connector (Molex en PWM) onder de schakelkast. Bij werkzaamheden aan de warmtepomp...
Pagina 102
De warmtepomp kan worden gevoed vanaf de CTC EcoZenith i255 met de meegeleverde zwarte connector in de onderkant van de elektrische kast. (NB! Geldt niet voor de CTC EcoAir 614M, 622M en 700M series, deze producten worden afzonderlijk aangedreven. Alleen stroombedrading tussen de producten).
Pagina 103
15.4 Extra laagspanningsbeveiliging De volgende uitgangen en ingangen hebben extra laagspanningsbeveiliging: stroomvoeler, buitenvoeler, ruimtevoeler, vertrekvoeler, retourvoeler, NR/SO, temperatuurvoeler, niveau detectie en PWM-signalen. Aansluiting van buitenvoeler (B15) De voeler moet worden aangebracht op de noord-west- of noordzijde van het huis, zodat er geen ochtend- en avondzon op kan vallen. Als de kans bestaat dat de voeler wordt beïnvloed door de zon, moet er een scherm voor de voeler worden geplaatst.
Pagina 104
15.4.1 Aansluiting stroomsensor De drie stroomvoelers, één voor iedere fase, zitten op de volgende manier op het zekeringenpaneel: Elke fase van het elektriciteitsverdeelbord dat het product voedt, wordt door een stroomsensor geleid voordat deze eindigt op de bijbehorende klem. Hierdoor kan de fasestroom altijd worden gedetecteerd en vergeleken met de ingestelde waarde voor de overbelastingsschakelaar van de warmtepomp.
Pagina 105
15.5 Instellingen die door de installatie- elektricien uitgevoerd moeten worden De volgende instellingen moeten worden door de installatie-elektricien worden gemaakt na de installatie: • Selecteer de grootte van de hoofdzekering. • Selecteer de vermogensbeperking voor de elektrische weerstand. • Controleer de aansluiting van de ruimtevoeler. •...
Pagina 106
15.5.2 Overschakelen naar 18 kW vermogen elektrische weerstand Waarschuwing Sluit eerst CTC EcoZenith i255 400 V 3N~ kan opnieuw worden aangesloten op een 18 kW de voeding naar het elektrische weerstand. product af. De installatie LET OP: De installatie moet worden uitgevoerd door een erkende elektricien.
Pagina 107
Op de zwarte draden staat een code die het kabelnummer en de aansluitpositie aangeeft, bijvoorbeeld 46 K2:1, waarbij de 1 op schroefverbinding 1 aangeeft. - Begin met het losmaken van de schroefverbinding op positie 1 en het vrijmaken van de bruine draad. Plaats de bruine en zwarte draden op dezelfde schroefverbinding.
Pagina 108
15.6 Aansluiting van pomp (G46) op differentiële thermostaatfunctie 230V 1N~ De circulatiepomp (G46) wordt aangesloten op de volgende klemmenstroken: Relaiskaart in de EcoZenith i255 (zie bedradingsschema). Let op de kabelkleuren! Fase: bruin Klemmenstrook A11 Neutraal: blauw Aarding: geel/groen Givare 22kΩ, framledning/ retur 2,5m Givare 22kΩ, framledning/ retur 2,5m...
Pagina 109
15.9 Onderdelenlijst, bedradingsschema Component Display Relais/hoofdkaart CTC-zonnebesturingen/uitbreidingskaart Soft-startkaart met motorbeveiliging en contactorfunctie WP-besturingskaart Vertrekvoeler 1 NTC 22 Vertrekvoeler 2 NTC 22 Sensor bovenste tank NTC 22 Sensor onderste tank NTC 22 Retourvoeler NTC 22 Binnenvoeler 1 NTC 22 Binnenvoeler 2...
Pagina 110
15.10 Aansluitschema 400V 3N~ 586241...
Pagina 111
15.11 Aansluitschema 230V 1N~ 586595...
Pagina 113
“Ja” maakt verbinding met de app Router mogelijk. Internet myUplink (app) CTC product Definieer Web: “Ja” maakt netwerkverbinding, de “CTC Remote” schermspiegelfunctie en BMS*-functie met afstandsbediening Router via netwerkkabel naar lokaal netwerk CTC Remote (schermspiegeling voor telefoon/ mogelijk. tablet/computer) CTC product Poort 3.
Pagina 114
16.1 Het installeren van de netwerkkabel Schakel de hoofdschakelaar van het product uit voordat u de voorkant opent. 1. Verwijder de voorplaat. Leg de netwerkkabel voor de bovenste afdekkingsrand van het product volgens de pijlen. 2. Open het ferriet van de verpakking, klem rond de ethernetkabel met de connector.
Pagina 115
16.2 Remote - Schermspiegeling • Sluit de ethernetkabel aan, zie de vorige pagina. Installateur/Definieer/Communicatie/Web – Ja. • Hiermee kan het product verbinding maken met onversleuteld webverkeer op lokale netwerken. Internet router en firewall vereist. Installateur/i – Scan de QR-code met •...
Pagina 116
17. Eerste opstart Bij levering van de warmtepomp is de compressor geblokkeerd om onbedoeld opstarten te voorkomen. De warmtepomp kan geïnstalleerd en opgestart worden voordat de gesteente/aardwarmtepomp of de lucht/water- warmtepomp in bedrijf is genomen. De warmtepomp kan ook opgestart worden zonder dat de ruimtevoeler geïnstalleerd is, aangezien de ingestelde curve de verwarming zal regelen.
Pagina 120
CTC AB Box 309 SE-341 26 Ljungby info@ctc.se +46 372 88 000 www.ctc.se...