Aansluitingen
Belangrijke informatie
Voer de aansluitingen uit voordat u dit toestel gebruikt.
Om een thuisbioscoop te maken die video en audio met hogere kwaliteit kan afspelen door optimaal
gebruik te maken van de capaciteiten van dit toestel en uw videoapparatuur, moet u dit toestel op
elk van uw videoapparaten aansluiten met HDMI-kabels.
n HDMI-apparaten
vblz. 9
vblz. 10
vblz. 10
Als uw videoapparaat geen HDMI-aansluitingen ondersteunt, moet u de volgende aansluiting
gebruiken.
n Andere apparatuur
vblz. 13
vblz. 16
vblz. 18
vblz. 20
Dit toestel kan de bron wijzigen die is toegewezen aan de DIGITAL AUDIO IN-, ANALOG AUDIO IN-,
COMPONENT VIDEO IN- en VIDEO IN-aansluitingen.
Voor het toewijzen van een bron aan aansluitingen, zie "Zo wijzigt u de bron die aan aansluitingen
is toegewezen" (vblz. 12). Raadpleeg "Ingang toewijzen" (vblz. 119) voor de instelmethode.
DVD
vblz. 10
vblz. 10
vblz. 10
vblz. 10
vblz. 14
vblz. 15
vblz. 17
vblz. 17
vblz. 19
vblz. 80
OPMERKING
• Steek de stekker van het netsnoer pas in het stopcontact nadat alle verbindingen zijn gemaakt.
Als de "Setup assistent" echter actief is, moet u de aanwijzingen in het scherm "Setup assistent"
(C blz. 7) volgen voor het maken van verbindingen. (Tijdens de werking van de "Setup assistent"
wordt er geen stroom via de in- en uitgangsaansluitingen geleverd.)
• Schakel alvorens de "Setup assistent" (C blz. 7) te starten, de stroom van andere aangesloten
apparaten uit.
• Lees tijdens het aansluiten ook de gebruiksaanwijzingen van de andere componenten die u aansluit.
• Zorg dat u de linker en rechter kanalen juist aansluit (links op links, rechts op rechts).
• Bind netsnoeren en aansluitsnoeren of verschillende aansluitsnoeren niet samen tot een bundel. Dat kan
brom of ruis veroorzaken.
5