Plaats [naam van aangepast papierformaat] [afdrukstand] in [papierbron]
- Aan
- Aan
Voer een of meer van de volgende handelingen uit als de volgorde waarin de lampjes op het bedieningspaneel van de
printer branden, overeenkomt met de volgorde van de lampjes in de voorgaande afbeelding:
•
Plaats papier van het juiste formaat en de juiste soort in de lade of invoer.
•
Druk op het bedieningspaneel van de printer op
Opmerking: Als de printer een lade vindt met papier van het juiste formaat en de juiste soort, wordt het papier
uit die lade ingevoerd. Als de printer geen lade met papier van het juiste formaat en de juiste soort kan vinden,
wordt de taak afgedrukt op het papier uit de standaardpapierbron.
•
Druk op
om de afdruktaak te annuleren.
om door te gaan met afdrukken.
59