Hoofdstuk 7
Tijdens reinigen en ontsmetten
Volg altijd de plaatselijke
gezondheidsregels.
De frequentie van reinigen en ontsmetten wordt
door de plaatselijke overheden bepaald en moet
worden aangehouden. Tijdens het reinigen en
ontsmetten zijn de volgende controlepunten van
groot belang.
Reinigen en ontsmetten moet om de
twee weken worden uitgevoerd.
Probleemoplossing bacterietelling
1. Reinig en ontsmet de machine regelmatig,
inclusief volledige demontage en borstelen.
2. Gebruik voor grondige reiniging alle
meegeleverde borstels. De borstels zijn
speciaal ontworpen voor het bereiken van alle
doorgangen.
3. Gebruik de witte borstel voor het reinigen van
de menginvoer die van de mengkoeler naar
beneden loopt naar de achterkant van de
vriescilinder.
4. Gebruik de zwarte borstel voor het grondig
reinigen van de lagers aan de achterkant van
de vriescilinder en van de aandrijfnaafopening
achterin de mengkoeler. Zorg ervoor dat de
borstel een ruime hoeveelheid
reinigingsoplossing bevat.
5. Maak de reinigings- en
ontsmettingsoplossingen op de juiste manier
klaar. Lees de instructies op het etiket
nauwkeurig en volg deze op. Een te sterke
oplossing kan de onderdelen beschadigen,
terwijl een te zwakke oplossing niet
voldoende reinigt of desinfecteert.
6. De temperatuur van het mengsel in de
mengkoeler en de invoerkoeler moet lager
zijn dan 4,4°C.
Model C708 en C716
Belangrijk: controlelijst bediener
43
7. Haal tijdens het reinigen het overgebleven
mengsel uit de vriezer.
Regelmatige onderhoudscontrole
1. Vervang schraapmessen die beschadigd of
verbogen zijn. Verzeker u er voordat u het
roermechanisme plaatst van, dat de
schraapmessen goed op de roerder zijn
aangebracht.
2. Controleer de lagers op tekenen van slijtage
(uitzonderlijk lekken van mengsel in de
lekbak), en verzeker u ervan dat deze goed
zijn gereinigd.
3. Houd met een schroevendraaier en een doek
de lagers en de hexagonale
bevestigingsplaats voor de aandrijving en de
lagers op de achterkant van de vriezer
schoon en vrij van smeermiddel en
mengselafzettingen.
4. Verwijder o-ringen die versleten, kapot of te
slap zijn, en vervang deze door nieuwe.
5. Volg alle smeringsprocedures op, zoals
beschreven onder "Montage".
6. Als de machine met lucht wordt gekoeld,
controleert u de condensoren op aangekoekt
vuil en stof. Vuile condensoren verlagen de
efficiëntie en de capaciteit van de machine.
Condensoren moeten maandelijks worden
gereinigd met een zachte borstel. Gebruik
nooit schroevendraaiers of ander
gereedschap van metaal tussen het rooster.
Opmerking: bij machines met een luchtfilter
moet het filter maandelijks worden
gestofzuigd.
Let op: verbreek altijd eerst de
elektrische verbinding voordat u de
condensor reinigt. Als u dit niet doet, kan dit
elektrocutie tot gevolg hebben.
7. Als uw apparaat watergekoeld is, controleert
u de waterleidingen op knikken en lekken.
Knikken kunnen optreden als het apparaat
heen en weer wordt geschoven voor reiniging
of onderhoud. Verouderde of kapotte
waterleidingen moeten direct worden
vervangen door een erkende distributeur van
Taylor.
Belangrijk: controlelijst bediener