Dioptriecorrectie met twee verstelbare oculairs
Als u de dioptrieën van de verstelbare
oculairs precies instelt zoals hier beschre-
ven, blijft de scherpte van de maximale tot de
minimale vergroting constant (parfocaal). Dat
wil zeggen dat u bij het wijzigen van de vergro-
ting niet nog een keer scherp hoeft te stellen.
De focus hoeft pas te worden aangepast, als u
een hoger of lager gelegen punt van het object
wilt bekijken. Dit is een voordeel dat niet elke
stereomicroscoop u kan bieden.
De dioptrieën kunnen worden ingesteld
tussen +5 en -5.
Leica S-serie
De volgende instellingen hoeft iedere
gebruiker maar één keer uit te voeren. Bij
het gebruik van rasterplaten zijn de instellingen
enigszins afwijkend, wat in de gebruiksaanwi-
jzingen van de rasterplaten (meten) wordt
beschreven.
Gebruiksaanwijzing
Dioptrieën instellen
1. Draai bij de Leica S6 D en de Leica S8 APO
de draaiknop in de stand "Vis".
2. Draai van beide verstelbare oculairs de
dioptriecorrectie in de middelste stand.
Vervolg op de volgende pagina
40