8. KOOKPLAAT - ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
8.1 Algemene informatie
• Reinig de kookplaat na elk gebruik.
• Gebruik altijd kookgerei met een schone
bodem.
• Krassen of donkere vlekken op het
oppervlak hebben geen invloed op de
werking van de kookplaat.
• Gebruik een specifiek schoonmaakmiddel
voor het oppervlak van de kookplaat.
• Gebruik altijd een schraper die wordt
aanbevolen voor kookplaten met een
glazen oppervlak. Gebruik de schraper
alleen als extra hulpmiddel voor het
reinigen van het glas na de standaard
reinigingsprocedure.
WAARSCHUWING!
Gebruik geen messen of ander
scherp, metalen gereedschap om het
glasoppervlak te reinigen.
9. OVEN - DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
9.1 Ovenfunctie
Uit-positie
De oven staat uit.
Hetelucht
Om te bakken op maximaal twee rekposities te‐
gelijk en om voedsel te drogen.
Stel de temperatuur 20 tot 40°C lager in dan
voor Boven + onderwarmte.
Pizza-functie / AirFry
Om pizza en andere gerechten te bakken die
van onderaf meer warmte nodig hebben. /
Om voedsel te bakken met minder olie of zonder
bakpapier. Voor gerechten zoals friet/patat of
pizza.
14
NEDERLANDS
8.2 Het kookplaat reinigen
• Verwijder onmiddellijk: gesmolten
kunststof, plastic folie, zout, suiker en
suikerhoudend voedsel, anders kan dit
schade aan de kookplaat veroorzaken.
Doe voorzichtig om brandwonden te
voorkomen. Gebruik de speciale schraper
op de glazen plaat en verwijder resten
door het blad over het oppervlak te
schuiven.
• Verwijder dit als de kookplaat
voldoende afgekoeld is: kalkringen,
waterringen, vetvlekken, glanzende
metaalverkleuring. Reinig de kookplaat
met een vochtige doek en een beetje niet-
schurend reinigingsmiddel. Veeg de
kookplaat na het reinigen droog met een
zachte doek.
• Verwijder glanzende metaalverkleuring:
reinig het glazen oppervlak met een doek
en een oplossing van water met azijn.
Boven + onderwarmte
Voor het bakken en roosteren op één ovenni‐
veau.
SteamBake
Om tijdens de bereiding vocht toe te voegen.
Om tijdens het bakken de juiste kleur en knap‐
perigheid te krijgen. Om bij het opwarmen meer
sappigheid te geven.
Grill intens
Voor het roosteren van grote hoeveelheden
dunne stukken voedsel en voor het maken van
toast.
Circulatiegrill
Voor het braden van grote stukken vlees of ge‐
vogelte met bot op één niveau. Voor gratineren
en bruinen.