Inhoudsopgave
Advertenties
Het diafragma instellen (diafragmavoorkeuzestand A)
In de stand A stelt u het diafragma in en past de camera automatisch de sluitertijd aan
voor een optimale belichting. Draai de functieknop naar A en gebruik vervolgens de
achterste regelaar om een diafragmawaarde te selecteren.
• Met de voorste regelaar kunt u belichtingscorrectie
selecteren.
• Een groter diafragma (lager F-nummer) vermindert
de scherptediepte (het gebied voor of achter het
scherpstelpunt waarop is scherpgesteld), waardoor
de achtergrond waziger wordt weergegeven. Een
kleiner diafragma (hoger F-nummer) verhoogt de
scherptediepte.
5
De diafragmawaarde instellen
De diafragmawaarde verlagen
• De aanduiding voor de sluitertijd knippert als de camera geen optimale belichting kan
verkrijgen.
Waarschuwingsindicatie
(knippert)
60" F5.6
60"
4000 F5.6
4000
• Welke diafragmawaarde hierbij gaat knipperen, hangt af van het type lens en de
brandpuntsafstand van de lens.
• Wanneer u een vast ingestelde [ISO]-waarde gebruikt, moet u de waarde veranderen.
g [ISO] (Blz. 73)
%
Tips
• Om de functies te wijzigen die aan de voorste en de achterste regelaar zijn toegewezen:
g [Dial Function] (Blz. 90)
40 NL
F2.8
F4.0
Status
Het onderwerp is
F5.6
onderbelicht.
Het onderwerp is
F5.6
overbelicht.
400
A
De diafragmawaarde verhogen
F5.6
F8.0
F11
Remedie
• Verlaag de diafragmawaarde.
• Verhoog de diafragmawaarde.
• Als de waarschuwingsindicatie niet
verdwijnt, is het lichtmeetbereik van de
camera overschreden. Een in de handel
verkrijgbaar grijsfi lter (ND-fi lter) om de
hoeveelheid licht te beperken, is vereist.
R R
Wi-Fi
I S O
0.0
0.0
250 F5.6
250
Diafragmawaarde
Bij het fotograferen met
live view
S-IS AUTO
S-IS AUTO
L
N
FullHD
F
01:02:03
01:02:03
38
38
Advertenties
Inhoudsopgave
