Multi RS Solar
Als de PV-lader sneller opwarmt dan verwacht, let dan op de manier waarop deze is gemonteerd. Monteer hem zo dat de
opgewekte warmte kan worden afgevoerd.
Monteer de PV-lader idealiter op een verticaal oppervlak met de klemmen naar beneden.
Als de PV-lader zich in een gesloten behuizing bevindt, zoals een kast, zorg er dan voor dat koude lucht kan binnenkomen en
warme lucht de behuizing kan verlaten. Maak ventilatieopeningen in de behuizing.
Overweeg voor zeer warme omgevingen mechanische luchtafzuiging of zorg voor airconditioning.
6.8.3. Gemengde PV-paneeltypes
Het is niet aanbevolen een mix van verschillende PV-paneeltypes aan te sluiten op dezelfde PV-lader.
Gebruik alleen zonnepanelen die hetzelfde merk, type en model zijn.
6.8.4. MC4-Connectoren verkeerd aangesloten
Voor een gedetailleerde uitleg over het aansluiten van MC4-connectoren, MC4-splitters en MC4-combiners, raadpleeg het
Wiring
unlimited
boek, hoofdstuk: "PV-panelen".
6.8.5. PV-Verbindingen verbrand of gesmolten
Verbrande of gesmolten PV-kabels of verbindingen vallen over het algemeen niet onder de garantie. In de meeste gevallen is dit
te wijten aan een van de volgende redenen:
Zonnekabel
• Kabels met vaste kern of stijve aders gebruikt.
• Kabels waar de kern is gesoldeerd.
• Kabel te dun - onthoud dat de stroom hoger zal zijn als het PV-spanning lager is. Voor meer informatie over kabeldiktes zie het
Wiring Unlimited
boek.
MC4-klemmen
• Stroom is hoger dan 30 A per connectorpaar.
• Verkeerd gekrompen MC4-connectoren.
• Slechte kwaliteit MC4-connectoren gebruikt
6.8.6. Optimizers kunnen niet worden gebruikt
Gebruik geen zonnepanelen met optimizers samen met de PV-lader.
Bijna alle optimizers bevatten een MPPT of andere volgmechanismen en dit hindert het MPPT-algoritme in de PV-lader.
6.8.7. Aardingsstroom
Het systeem mag bij normaal gebruik geen stroom naar aarde laten lopen.
Als er een aardstroom wordt gedetecteerd, onderzoek dan eerst alle apparatuur die op dat systeem is aangesloten en controleer
op aardingsfouten.
Controleer vervolgens hoeveel aardeaansluitingen het systeem heeft. Er mag maar één punt in het systeem zijn dat met aarde is
verbonden. Dit zou bij de accu moeten zijn.
Zie hoofdstuk voor meer informatie over systeemaarding "Systeemaarding" in het
Wiring Unlimited
boek.
De Multi RS Solar-aansluiting tussen PV-DC en accu-DC is volledig galvanisch geïsoleerd.
De aansluiting tussen PV-DC en AC-uitgang is niet geïsoleerd.
6.8.8. PV-spanning te hoog
De PV-spanning zou nooit hoger moeten zijn dan de maximale gespecificeerde PV-spanning van de PV-lader. De maximale
PV-spanning is afgedrukt op de voorkant of op de zijkant van de behuizing van de regelaar en op de productgegevensbladen.
De PV-lader stopt met opladen als het PV-spanning hoger is dan het maximale gespecificeerde PV-spanning. Tegelijkertijd zal er
een te hoge spanningfout # 33 weergeven worden en snel knipperen met de absorptie- en druppel-LED.
Laden zal niet verder gaan totdat het PV-spanning 5 V lager is dan het gespecificeerde maximum.
Pagina 42
Gids voor probleemoplossing - MPPT