MENU 1.9.4 - INSTELLINGEN RUIMTESENSOR
factor systeem
verwarming
Instelbereik: 0,0 - 6,0
Fabrieksinstelling verwarming: 1,0
koeling
Instelbereik: 0,0 - 6,0
Fabrieksinstelling koeling: 1,0
Ruimtevoelers voor het regelen van de kamertemperatuur kunnen hier worden geactiveerd.
LET OP!
Een langzaam verwarmingssysteem, zoals bijvoorbeeld een vloerverwarming, is mogelijk niet geschikt
voor regeling met behulp van de ruimtesensoren van de installatie.
Hier kunt u een factor instellen (een numerieke waarde), die bepaalt in welke mate een over- of subnormale tem-
peratuur (het verschil tussen de gewenste en de huidige kamertemperatuur) in de ruimte van invloed is op de
aanvoertemperatuur naar het afgiftesysteem. Een hogere waarde levert een grotere en snellere verandering van
de stooklijnverschuiving op.
Voorzichtig!
Een te hoog ingestelde waarde voor "factorsysteem" kan (afhankelijk van uw afgiftesysteem) resulteren
in een instabiele kamertemperatuur.
Indien er meerdere afgiftesystemen geïnstalleerd zijn, kunnen de bovengenoemde instellingen worden verricht
voor de betreffende systemen.
MENU 1.9.5 - INSTELLINGEN KOELING
delta op +20 °C
Instelbereik: 3 – 10 °C
Fabrieksinstelling: 3
delta op +40 ℃
Instelbereik: 3 – 20 °C
Fabrieksinstelling: 6
koel/verw-sensor
Instelbereik: BT74 (BT50)
Fabrieksinstelling: BT74
inst pt-wrd koel/verw-sensor
Instelbereik: 5 – 40 °C
Fabrieksinstelling: 21
22
Hoofdstuk 3 | SMO 20 – tot uw dienst
instellingen ruimtesensor 1.9.4
instellingen ruimtesensor1.9.4
controlekamer sensorsyst.
koeling 1.9.5
delta op +20 °C
delta op +40 ℃
koel/verw-sensor
BT74
inst pt-wrd koel/verw-sensor
verw. bij ondertemp. kamer
°C
°C
°C
GM
NIBE SMO 20