2 Inbedrijfstelling
2
Inbedrijfstelling
2.1
Uitvoeren vollasttest
Afb.1
Vollasttest
2.2
Uitvoeren laaglasttest
Afb.2
Laaglasttest
2.3
De instellingen voor inbedrijfstelling opslaan
4
1. Selecteer het pictogram [
Het Verander de belastingteststand menu verschijnt.
2. Selecteer de test Maximaal vermogen CV.
A Verander de belastingteststand
B Maximaal vermogen CV
A
De vollasttest begint. De geselecteerde laadtestmodus wordt
weergegeven in het menu en het pictogram
rechtsboven in het scherm.
3. Controleer de lasttestinstellingen en stel indien nodig bij.
Alleen de parameters die vet worden weergegeven, kunnen worden
gewijzigd.
B
AD-3000941-02
1. Druk, terwijl de vollasttest nog bezig is, op de knop
lasttestmodus te veranderen.
2. Als de vollasttest was beëindigd, kiest u het pictogram [
schoorsteenvegermenu te herstarten.
A Verander de belastingteststand
B Minimaal vermogen
A
3. Selecteer de Minimaal vermogen test in het menu Verander de
belastingteststand.
De deellasttest begint. De geselecteerde laadtestmodus wordt
weergegeven in het menu en het pictogram
rechtsboven in het scherm.
4. Controleer de lasttestinstellingen en stel indien nodig bij.
Alleen de parameters die vet worden weergegeven, kunnen worden
gewijzigd.
5. De deellasttest afsluiten door op de knop
B
AD-3000941-02
De melding De lopende belastingtest(s) zijn gestopt!wordt
weergegeven.
U kunt alle huidige instellingen op het bedieningspaneel opslaan. Deze
instellingen kunnen indien nodig worden hersteld, bijvoorbeeld na de
vervanging van de besturingseenheid.
1. Druk op de toets
2. Selecteer > Geavanceerd servicemenu > Opslaan als
inbedrijfstellingsinstellingen.
3. Selecteer Bevestigen om de instellingen op te slaan.
Als u de instellingen voor inbedrijfstelling hebt opgeslagen, wordt de optie
Terug naar instellingen bij inbedrijfstelling beschikbaar in de Geavanceerd
servicemenu.
].
te drukken.
.
verschijnt
om de
] om het
verschijnt
7716072 - v.01 - 17072018