123B/124B/125B
Gebruiksaanwijzing
Relatieve metingen
De nulreferentie toont het actuele meetresultaat ten
opzichte van de gedefinieerde waarde. Gebruik deze
functie om de gemeten waarde te controleren ten
opzichte van een bekende goede waarde.
Instellen:
1.
Druk op om de knoppenbalk voor Oscilloscoop
en Meter te openen.
2.
Druk op 1 om de knoppenbalk voor METEN A te
openen.
3.
Druk op 2 om de relatieve meting
(Nulstellen Aan) in te schakelen.
4.
Druk op 4 om het menu METEN A en de
bijbehorende knoppenbalk te sluiten.
De relatieve meting is nu de hoofduitlezing, terwijl de
vorige hoofdmeting is verplaatst naar de kleinere,
secundaire uitlezingpositie.
5.
Herhaal stap 1 t/m 4 om de relatieve meting uit te
schakelen.
22
hzn14.eps