De onderwerpen die heel snel in beeld verschijnen, zien er vervormd uit.
• Dit is het zogenaamde brandpuntsvlakverschijnsel. Dit duidt niet op een storing. Door de
manier waarop het beeldapparaat (CMOS-sensor) beeldsignalen leest, kunnen onderwerpen
die snel in beeld verschijnen, afhankelijk van de opnameomstandigheden er vervormd
uitzien.
Er worden horizontale strepen op het beeld weergegeven.
• Dit treedt op bij opnamen onder een fluorescerende lamp, natriumlamp of kwiklamp. Dit
duidt niet op een storing. Dit kan worden verminderd door de sluitertijd te wijzigen (p. 41).
Er worden zwarte banden weergegeven wanneer u een opname van een tv-
scherm of computerscherm maakt.
• Pas de sluitertijd aan (p. 41).
Fijne patronen flikkeren, diagonale lijnen zien er gekarteld uit.
• Pas [DETAIL] aan naar de negatieve kant (p. 56).
De tijdcode wordt niet in de juiste volgorde opgenomen.
• De tijdcode wordt mogelijk niet in de juiste volgorde opgenomen wanneer u de instellingen
van [REC FORMAT] wijzigt.
De afbeeldingskleur is niet correct.
• Annuleer NIGHTSHOT (p. 49).
Het beeld is niet zichtbaar omdat het scherm te helder is.
• Druk op de FULL AUTO-knop om de automatische modus in te schakelen.
• Annuleer NIGHTSHOT (p. 49).
Afspelen
Zie ook 'Geheugenkaarten' (p. 117).
De gewenste beelden kunnen niet worden gevonden.
Beelden kunnen niet worden afgespeeld.
• Selecteer de geheugenkaart en de beeldkwaliteit van het beeld dat u wilt afspelen in het
THUMBNAIL-scherm (p. 64).
• Beeldgegevens kunnen niet worden afgespeeld als u de naam van het bestand of de map hebt
gewijzigd of de gegevens op een computer hebt bewerkt. Dit duidt niet op een storing.
• Beelden die zijn opgenomen op andere apparaten, kunnen mogelijk niet worden afgespeeld
of worden in een onjuist formaat weergegeven. Dit duidt niet op een storing.
• Geef het THUMBNAIL-scherm weer, selecteer de miniatuurweergave die u wilt afspelen
met de V/v/B/b-knoppen en druk op de SET-knop (p. 66).
119
NL
Vervolg ,