Inhoudsopgave
Advertenties
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Doel van het product
Dit product is geschikt voor thuis- en
kampeertoepassingen. Hiermee kunt u
buitenverlichting, een geluidsinstallatie, een kleine
televisie van stroom voorzien en de accu van uw
auto opladen.
WAARSCHUWING: Lees alle instructies
Een stroomaggregaat kan gevaren met zich
meebrengen die niet door een leek en met name
door kinderen niet worden onderkend. Veilige
bediening is mogelijk met voldoende kennis van
de werking van de generatorset.
a) Algemene veiligheidsinformatie
1) Bescherm kinderen door ze op een veilige
afstand van de generator te houden.
2) Brandstof is brandbaar en ontbrandt gemakkelijk.
Voeg tijdens het gebruik geen brandstof toe. Voeg
geen brandstof toe terwijl u rookt of in de buurt van
open vuur bent. Mors geen brandstof.
3) Bepaalde onderdelen van de verbrandingsmotor
zijn heet en kunnen brandwonden veroorzaken.
Neem de waarschuwingen op het stroomaggregaat
in acht.
4) Uitlaatgassen van motoren zijn giftig. Gebruik het
stroomaggregaat niet in ongeventileerde ruimtes. Bij
installatie in een geventileerde ruimte moeten
aanvullende brand- en explosiebeveiligingseisen
worden nageleefd.
b) Elektrische veiligheid
1) De elektrische apparatuur (inclusief leidingen en
stekkerverbindingen) moet vrij zijn van defecten.
2) Het generatoraggregaat mag niet worden
aangesloten op andere stroombronnen, zoals een
stopcontact van een energiebedrijf. In bijzondere
gevallen waarbij een reserveaansluiting op
bestaande elektrische installaties is voorzien, zal
deze alleen worden uitgevoerd door een
gediplomeerde elektricien die rekening dient te
houden met de verschillen tussen de werking van
de apparatuur op het openbare elektriciteitsnet en
de werking op het groepsaggregaat.
3) De bescherming tegen elektrische schokken is
afhankelijk van stroomonderbrekers die speciaal zijn
aangepast aan het stroomaggregaat. Als de
stroomonderbrekers moeten worden vervangen,
moeten ze worden vervangen door een
stroomonderbreker van hetzelfde vermogen met
dezelfde prestatiekenmerken.
4) Vanwege de hoge mechanische spanningen mag
alleen een sterke flexibele kabel met rubberen
mantel (volgens IEC 245-4) of gelijkwaardig worden
gebruikt.
5) Als er verlengkabels of mobiele
distributienetwerken worden gebruikt, mag de totale
lengte van de kabels voor een sectie van 1,5 mm²
niet langer zijn dan 60 m; voor een doorsnede van
2,5 mm² mag deze niet meer dan 100 m bedragen.
NL GENERATOR
c) Voordat u begint
Voor een veilige bediening moet de bediener
voldoende kennis hebben van de functies en
posities van de bedieningselementen en indicatoren
of instrumenten.
1) Er wordt een beschrijving gegeven van de
locatie, functies en posities van
bedieningselementen, indicatoren en instrumenten.
2) Indien nodig moet een grafische weergave van
de labels op de generatorset en een gedetailleerde
uitleg van hun betekenis worden verstrekt.
3) Er zullen aanwijzingen worden gegeven over de
controles die nodig zijn voor gebruik, inclusief de
plaatsing van het stroomaggregaat.
d) Starten van de motor
1) Er dienen speciale richtlijnen te worden gegeven
met betrekking tot het gebruik van vluchtige
brandstoffen en starters, indien het gebruik hiervan
gepast is.
2) Motoren met handmatige startapparatuur (bijv.
handstartapparatuur, trekstarter) moeten voorzien
zijn van waarschuwingsborden voor het gevaar van
letsel veroorzaakt door de plotselinge verandering
van de draairichting van de motor.
e) Gebruik van het stroomaggregaat
Generatorsets kunnen alleen onder de opgegeven
omgevingsomstandigheden tot hun nominale
vermogen worden belast. Als het stroomaggregaat
wordt gebruikt onder omstandigheden die niet
voldoen aan de referentievoorwaarden zoals
bepaald in dit deel van de ISO 8528-norm en als de
koeling van de motor of de alternator wordt
belemmerd, b.v. ex. vanwege het gebruik in
besloten ruimtes is vermogensreductie vereist. Er
moet informatie worden verstrekt om de gebruiker te
informeren over de noodzakelijke vermindering van
het vermogen als gevolg van gebruik in
omstandigheden met een hogere temperatuur,
hoogte en vochtigheid dan die vermeld in de
referentieomstandigheden.
f) Onderhoud
Voordat u met onderhoudswerkzaamheden begint,
moet u ervoor zorgen dat een onbedoelde start niet
mogelijk is. Er moet worden voorzien in een
routineonderhoud en een uitgebreid
onderhoudsprogramma. Het programma moet
aangeven welke items de expertise van
professioneel onderhoudspersoneel vereisen. Er
dienen specificaties te worden gegeven voor de
apparatuur die nodig is om onderhoud uit te voeren
dat door de leek kan worden uitgevoerd.
Uw stroomaggregaat moet te allen tijde schoon en
droog worden gehouden. Het stroomaggregaat mag
niet worden opgeslagen of gebruikt in omgevingen
g) Instructies voor transport en opslag
Transport van het stroomaggregaat
Brandstof of olie kan lekken of morsen en brand of
gevaar voor verstikking, ernstig letsel of de dood
veroorzaken. Brandstof- of olielekken kunnen
tapijten, verf en andere oppervlakken in voertuigen
of aanhangwagens beschadigen. Het
stroomaggregaat is uitgerust met een
4
Advertenties
Inhoudsopgave
