Inhoudsopgave
Advertenties
De rolstoelen van Etac zijn getest volgens ISO 7176-19
(zie 'Testen en garantie' in deze handleiding).
Etac raadt de volgende volgorde aan:
1) De gebruiker gaat in het voertuig zitten en gebruikt
de driepuntsgordel van het voertuig tijdens het rijden.
De rolstoel wordt in de bagageruimte of veilig op de
achterbank geplaatst, zodanig dat de rolstoel niet kan
omvallen of wegrollen.
2) De rolstoel wordt naar voren gericht in het voertuig
bevestigd, zoals beschreven in deze handleiding, en de
gebruiker gebruikt een aparte driepuntsgordel, die in
het voertuig is bevestigd. Dit is de manier waarop de
rolstoel is getest en goedgekeurd.
Bevestiging
•
De bevestigingspunten achterin moeten worden gebruikt.
•
De bevestigingsvoorziening mag niet door de wielen of
rond de rugleuningbuizen worden gestoken.
3) Volgens richtlijn 2001/85/EG, bijlage VII, punt 3.8.3.,
zijn er speciaal gemarkeerde rolstoellocaties in voertui-
gen waarvoor transport is toegestaan met de rolstoel
tegen de rijrichting in geplaatst. Als deze vervoersme-
thode wordt gebruikt, moet de gebruiker/verzorger
tijdens het rijden goed opletten, zijn voorbereid op
plotselinge bewegingen en in staat zijn tijdens de
volledige reis een veilige zitpositie aan te houden. De
handicap van de gebruiker mag niet zodanig zijn dat
hij/zij niet in staat is de handgrepen in het voertuig vast
te houden bij wijzigingen in snelheid of rijrichting.
Gebruikershandleiding
Transport in voertuigen
21
Etac / Cross 5 / www.etac.com
•
Waar mogelijk moet de rolstoel in de bagageruimte
worden geplaatst.
•
Als de rolstoel op de achterbank wordt geplaatst, zorg
dan dat de rolstoel niet kan omvallen of wegrollen. Zet de
rolstoel waar mogelijk vast met de veiligheidsgordel van
het voertuig.
•
De parkeerrem moet worden gebruikt.
•
De antikiepvoorzieningen moeten omlaag worden gezet.
•
Accessoires/onderdelen die zonder gereedschap kun-
nen worden verwijderd, moeten worden verwijderd en
vastgezet.
•
Er moet een goed afgestelde hoofdsteun worden gebruikt.
•
De rugleuning moet op gelijke hoogte of hoger dan de
schouders van de gebruiker staan.
•
Er moet een rugfixatiebeugel of hoofdsteunhouder 3A
worden gebruikt (Cross 5, Cross 5 re:vive).
•
De rugfixatiebeugel moet worden gebruikt (Cross 5 XL).
•
Achterwielen moeten zijn voorzien van grijphoepels.
•
De parkeerrem moet worden gebruikt.
•
De antikiepvoorzieningen moeten omlaag worden gezet.
•
Accessoires/onderdelen die zonder gereedschap kun-
nen worden verwijderd, moeten worden verwijderd en
vastgezet.
•
Er moet een goed afgestelde hoofdsteun worden gebruikt.
•
De rugleuning moet op gelijke hoogte of hoger dan de
schouders van de gebruiker staan.
•
De positioneringsband moet worden gebruikt.
3
Advertenties
Inhoudsopgave
