Opname via een microfoon (vervolg)
„ Starten wanneer geluidsignaal wordt ont-
vangen (microfoon-synchroonopname)
1
Druk op de REC toets.
2
Druk op de
te stellen.
3
Druk herhaaldelijk op de MODE/CHRG toets om de
opnamefunctie te kiezen (bladzijde 17).
4
Druk op de ENTER/SYNC toets om de opname-ge-
voeligheid te kiezen.
MIC SYNC H :
MIC SYNC L :
5
De opname start automatisch zodra een geluids-
signaal, bijvoorbeeld de stem van een persoon,
door de microfoon wordt opgepikt.
N-25
NEDERLANDS
of
toets om het opnameniveau in
Niveaumeter-indicator
Opname start wanneer signalen
van -24 dB of meer worden ontvan-
gen. (Het starten van de opname
op basis van zachte geluiden is nu
mogelijk.)
Opname start wanneer signalen
van -12 dB of meer worden ontvan-
gen.
Meer over de pauzefunctie
Deze draagbare MD-recorder pauzeert automatisch de
opname indien de microfoon gedurende 3 seconden of
langer geen geluidssignaal oppikt. (De pauzefunctie
werkt niet gedurende de eerste 10 seconden na het star-
ten van een opname.) De opname wordt automatisch
weer gestart zodra er een geluidssignaal wordt ontvan-
gen.
Opmerkingen:
z Voor opname via een microfoon dient er niets op de
OPTICAL/LINE IN aansluiting van de draagbare MD-
recorder te zijn aangesloten.
z Gebruik een microfoon van het type dat stroom ont-
vangt na het aansluiten ("plug-in power type").
- Indien een plug-in power type microfoon wordt aan-
gesloten, zal de draagbare MD-recorder stroom naar
de microfoon voor de werking leveren.
- Bij het gebruik van een ander type microfoon, zal de
microfoon mogelijk onjuist functioneren of de draag-
bare MD-recorder niet goed werken.
z Steek de stekker goed in de aansluiting. Er wordt
geen opname gemaakt indien de stekker niet goed is
aangesloten.
z Gebruik een microfoon met een stereo ministekker
met een diameter van 3,5 mm.
z Stel de gevoeligheid op "MIC SYNC L" indien de
opname te vaak door ongewenste ruis en dergelijke
wordt gestart.
z U kunt de opnamegevoeligheid ook tijdens de opname
nog veranderen.