Lichtmeting
■ Als u geen geschikte belichtingscondities kunt vinden, kunt u de meetmethode
wijzigen om helderdere opnamen te maken.
[MULTI] : De belichting wordt berekend op basis
van een gemiddelde van de beschikbare
hoeveelheid licht in het
afbeeldingsgebied. Bij de berekening ligt
de nadruk echter op het midden van het
afbeeldingsgebied. Deze methode is
geschikt voor algemeen gebruik.
[SPOT] : Alleen in het rechthoekige gebied in het
midden van het LCD-scherm vindt lichtmeting plaats.
Dit is een geschikte methode als het onderwerp in het midden correct
wordt belicht, ongeacht de achtergrondverlichting.
※ Als het onderwerp zich niet in het midden van het scherpstellingsgebied
bevindt, maakt u geen gebruik van spotmeting aangezien andere een
belichtingsfout kan optreden. Maak in dat geval liever gebruik van
belichtingscorrectie.
■ U kunt het juiste type automatische scherpstelling selecteren op basis van de
opnameomstandigheden.
- [MULTI-AF]
L.METING
MULTI
SPOT
- [CENTRUM-AF] : Er wordt scherpgesteld op het
[PROGRAMMA-modus]
※ Als de camera scherpstelt op het onderwerp, wordt het kader voor automatische
scherpstelling groen. Als de camera niet scherpstelt op het onderwerp, wordt het
kader voor automatische scherpstelling rood.
Type automatische scherpstelling
: De camera selecteert een punt
voor automatische scherpstelling
(AF) uit vijf AF-punten.
rechthoekige gebied in het
midden van het LCD-scherm.
[MULTI-AF]
AUTOFOCUS
MULTI-AF
CENTRUM-AF
[PROGRAMMA-modus]
[CENTRUM-AF]]
[37]