Rendamax
- Reinig het gasfi lter
- Inspecteer alle drukmeetleidingen en meetnippels
- Na verwijdering van het plaatwerk aan de linkerzijde kan via een kijkglas aan de voorzijde wor-
den gekeken naar de ontsteking en de verbranding
- Test de unit rookgaszijdig op CO
Dit dient te gebeuren voor zowel de hoofdbrander (meting via schoorsteen) als de aansteek-
brander (meting via koperen pijpje aan de achterzij de van de unit).
- Controleer alle veiligheidsfuncties en stel deze zo nodig bij
- Meet het watertemperatuurverschil ∆T als maat voor de doorstroming
- Controleer de waterdruk
- Inspecteer waterkwaliteit: hardheid - chloride getal
- Noteer alle gegevens
- Reinig de beplating aan de buitenzijde en zorg dat deze er weer netjes uitziet.
8.3
Procedure
a) Maak de unit spanningsloos
b) Draai de gaskraan dicht.
- De ontstekingselektrode en ionisatie-elektrode zijn aan de achterzijde van de unit gemonteerd.
- Verwijder de bougiedoppen van de ontsteek- en ionisatie-elektrodes en inspecteer deze voor
mogelijke beschadiging en zoals inbrand- en vervuilingstekens (vervang de bougie doppen).
Om het volgende te kunnen uitvoeren moet de buitenbeplating eerst verwijderd worden.
- Om de luchtinlaatdemper te reinigen moet men deze eerst demonteren. Reinig deze met een
stofzuiger.
- Bij units in een stoffi ge omgeving kan het ventilatorwiel vervuilen. De luchtop brengst loopt
hierdoor terug en het wiel kan in onbalans raken. Het wiel met een borsteltje reinigen.
De balanceergewichten mogen niet verschoven of verwijderd worden.
- Voor het in specteren en eventueel reinigen van de condens bak is aan de rechterzijkant van de
condensbak een inspec tieluik aangebracht. Alle losse vervuiling kan hierdoor verwij derd worden.
- Onder de condensbak bevindt zich een sifon. Draai de sifon los en reinig deze.
- Aan het begin van de gasstraat is een gasfi lter ge monteerd.
Dit fi lter is als volgt te reinigen:
1 Draai de gaskraan van de ketel dicht
2 Draai de 6 bouten van de deksel van het gasfi lter los
3 Verwijder voorzichtig het fi lterelement
4 Reinig het fi lterelement door dit uit te schudden. Bij sterke verontreinigingen moet het fi l-
terelement vervangen worden
5 Monteer het fi lter
6 Controleer op lekkages (zeepsop)
- Alle aansluitingen van de drukmeetleidingen moeten geï nspecteerd worden.
Zorg dat deze goed bevestigd zijn; zonodig de moe ren aan draaien.
- Inspecteer de schroefjes in de meetnippels; vervang de meetnippels wanneer deze beschadigd
zijn.
- Om gas-, lucht- en rookgaszijdige metingen uit te voeren moet men gebruik maken van gekali-
breerde testapparatuur.
- Alle testgegevens moeten genoteerd worden op de desbe treffende testformulieren.
en CO en corrigeer deze zo nodig bij minimumlast en vollast.
2
Doc435/3456CV01F
53