6.4.4 Uitleesmode
(gebruikersniveau)
Cijfer met knipperende stip.
In de uitleesmode kunnen diverse waarden uitgelezen
worden.
- Druk de 'mode'-toets in totdat op het 'code'-venster
1. verschijnt (stip knippert).
- Kies nu met de 'step'-toets de gewenste code.
Code
Omschrijving
1.
Aanvoertemperatuur
2.
Retourtemperatuur
3.
Boilertemperatuur
4.
Buitentemperatuur
5.
N.v.t.
6.
Setpoint aanvoertemp. (berekend)
7.
Status warmtevraag
en luchtdrukschakelaar
8.
Aanvoersensortemperatuur
9.
N.v.t.
6.4.5 Geforceerde mode 'HOOG'
Door in de bedrijfsmode de 'mode'- en de 's'-toets tege-
lijkertijd in te drukken, gaat het toestel branden op het
maximale vermogen.
De aanvoertemperatuur kan echter niet boven het
ingestelde maximum komen. Dit om het toestel en de
installatie te beveiligen.
Door tegelijkertijd de 's'- en 't'-toetsen in te drukken,
gaat het toestel terug naar de bedrijfsmode, of automa-
tisch na 15 minuten.
6.4.6 Geforceerde mode 'LAAG'
Door in de bedrijfsmode de 'mode'- en de 't'-toets tege-
lijkertijd in te drukken, gaat het toestel branden op het
minimale vermogen.
De aanvoertemperatuur kan echter niet boven het
ingestelde maximum komen. Dit om het toestel en de
installatie te beveiligen.
Door tegelijkertijd de 's'- en 't'-toetsen in te drukken,
gaat het toestel terug naar de bedrijfsmode, of automa-
tisch na 15 minuten.
6.4.7 Toerentalmode
(service niveau)
Alleen voor de installateur.
In de toerentalmode kan het toerental van de ventilator
in delen uitgelezen worden.
- Stel eerst de servicecode C 1 2 in (zie par. 6.4.9,
alleen voor de installateur).
- Druk de 'mode'-toets in totdat op het 'code'-venster
verschijnt (beurtelings half cijfer).
Code
Omschrijving
Toerental ventilator
Toerental ventilator
Uitlezing (bijvoorbeeld)
- 8 0
- 7 0
- 6 5 - alleen met boilersensor
- 0 5 - alleen met buitensensor
- 4 0
- 2 0 t/m 9 0
- 0
-
0 open
- 8 0
- 3 6.
V.b. 4350 omw./min.
- 4 3 honderdtallen
- 5 0 eenheden
open 1
gesloten
1 gesloten
6.4.8 Storingsmode
op service niveau (code-venster knippert)
Een actuele storing wordt kenbaar gemaakt via de uit-
leesvensters (knipperende cijfers, zie storingstabel in
hoofdstuk 11).
De laatst opgetreden storing en de daarbij heersende
temperaturen worden opgeslagen in het geheugen van
de microprocessor en kunnen in de storingsmode als
volgt uitgelezen worden:
- Stel de servicecode C 1 2 in (zie par. 6.4.9).
- Druk de 'mode'-toets in totdat op het 'code'-venster 1
verschijnt (cijfer knippert).
- Kies nu met de 'step'-toets de gewenste code.
Code
Omschrijving
1
3 7
Storingscode (hoofdstuk 11)
2
3
Bedrijfscode tijdens storing (par. 6.4.2)
3
5 3
Aanvoertemperatuur
4
4 0
Retourtemperatuur
5
6 0
Boilertemperatuur (alleen met
boilersensor)
6
1 0
Buitentemperatuur (alleen met
buitensensor)
In dit voorbeeld 3 7 en
Retourtemperatuursensor is defect geraakt tijdens bran-
den op c.v. bij een aanvoertemperatuur van 53˚C,een
retourtemperatuur van 40˚C, een boilertemperatuur van
60˚C en een buitentemperatuur van 10˚C.
13
3 :