Voorbereiding: Verwijder de lensdop aan de achterkant van de lens.
•
Als de toesteldop op het toestel zit, verwijder deze dan.
Lijn de pasmarkeringen voor de lens B (rode markeringen) uit en draai
vervolgens aan de lens in de richting van de pijl totdat deze klikt.
•
Druk niet op de vrijgaveknop van de lens A als u een lens aanbrengt.
•
Probeer de lens niet te bevestigen wanneer u deze in een hoek met het toestel vasthoudt
omdat er zo krassen op de lensstructuur zouden kunnen komen.
•
Zorg ervoor de lensdop te verwijderen wanneer u opneemt.
Aantekening
•
Breng uw vingers niet in de structuur wanneer de lens- en de
toesteldop van het toestel verwijderd zijn.
•
Om te voorkomen dat er stof of vuil op de interne onderdelen van het
toestel komen, dient of de toesteldop of een lensdop op het toestel
gezet te worden.
•
Om krassen te voorkomen op de contactpunten, dient u de lensdop
aan de achterkant van de lens erop te zetten wanneer deze er niet
op zit of de lens op het toestel te doen.
•
Er wordt aanbevolen om de lensdop of de (optionele) MC Protector
aan te brengen, om het lensoppervlak te beschermen, wanneer u het toestel met u meeneemt.
14
VQT3Q82 (DUT)
Bevestigen van de lens