Alvorens op een minidisc op te nemen
Verschillen met opnemen op een cassette
■
U kunt geen geluidssignalen op de achterkant van een minidisc opnemen.
Minidiscs kunnen niet omgekeerd worden geplaatst en moeten dus met de juiste kant
boven in het toestel liggen.
U hoeft niet het startpunt voor opname te zoeken.
Het toestel zoekt automatisch het punt vanaf waar een opname kan worden gestart.
De opname wordt vanaf dat punt gemaakt.
U kunt de totale of resterende opnametijd (voor mogelijke opname) controleren
alvorens het opnemen te starten.
U kunt zo vooraf bepalen welke fragmenten u op wilt nemen zodat bijvoorbeeld het
laatste fragment niet halverwege wordt onderbroken.
Schrijven van gegevens op een minidisc
■
(TOC)
Minidisks hebben een TOC (Table of Contents) waarop de informatie aangaan
defragmentnummers, fragmentnamen en de disknaam wordt opgenomen.
De minidisc werkt op basis van deze TOC. Een bepaald fragment kan aan de hand
van de TOC bijvoorbeeld snel worden gevonden en fragmenten worden op lege ge-
deelten opgenomen.
"TOC" zal op het display verschij-
nen wanneer u een opname of
montage start.
Dit toont dat de informatie in de
TOC wordt veranderd op basis
van de opname of montage. (De
veranderingen zijn echter nu nog
niet in de TOC van de minidisc-
vastgelegd.)
De TOC wordt bijgewerkt en vastgelegd wanneer
● de opname wordt gestopt.
● naar een andere ingangsbron wordt geschakeld.
● de minidisc wordt uitgeworpen.
● de standbyfunctie wordt geactiveerd.
Trek de stekker NIET uit het stopcontact wanneer de TOC data worden bijgewerkt
("TOC" knippert) en stel het toestel NIET aan trillingen bloot, daar de TOC data
anders mogelijk niet juist op de minidisk worden vastgelegd met als gevolg dat de
weergave niet juist zal worden uitgevoerd.
N-29
*06-N29-33-MD9000H(SEEG)
29
Gedeelte voor TOC (frag-
Gedeelte voor op-
mentnummers, namen, etc.)
name van geluid
Meer over fragmentnummers
■
Bij opname van een CD
Fragmentnummers worden automatisch in overeenstemming met de originele
fragmenten aangebracht (synchroon-markeringsfunctie).
CD
Eerste fragment Tweede fragment Derde fragment
Fragment A
Fragment B
Minidisc
Tweede
Eerste fragment
fragment
Fragment A
Fragment B
● Bij opname van een CD op een minidisc komen de op de minidisc aangebrachte
fragmentnummers mogelijk niet overeen met de nummers op de CD.
U moet in dat geval later de fragmentnummers met DIVIDE (blz. 36) en COMBINE
(blz. 36) corrigeren.
Opname is in de volgende gevallen niet mogelijk.
● wanneer u probeert op een minidisc op te nemen die uitsluitend voor weergave
geschikt is (in de handel verkrijgbare voorbespeelde minidiscs)
● wanneer een minidisc tegen wissen (en dus opname) is beschermd (blz. 42)
● wanneer er geen ruimte voor opname meer is (blz. 43)
● wanneer "TOC FULL" op het display wordt getoond (blz. 43)
● wanneer de TOC van de minidisc is beschadigd.
Opmerkingen:
● Alvorens een belangrijke opname te maken wordt het sterk aanbevolen om eerst
even een test te maken om te bevestigen dat alles correct is ingesteld.
● De VOLUME, X-BASS en EQUALIZER bedieningsorganen kunnen worden
ingesteld zonder invloed op het opgenomen signaal. (Variabele geluidsmonitor)
Over ATRAC 3
■
Het ATRAC (Adaptive TRansform Acoustic Coding) systeem comprimeert de
geluidsgegevens tot 1/5 van de oorspronkelijke grootte door onhoorbare geluiden te
verwijderen. Aangezien de weergave gebaseerd is op psychoakoestische analyse,
wordt de geluidskwaliteit hierdoor niet aangetast.
Dit toestel is uitgerust met het ATRAC 3 compressiesysteem dat de geluidsgegevens
kan reduceren tot 1/10 of 1/20 van de oorspronkelijke grootte.
Door middel van dit systeem is het toestel in staat met 2 of 4 keer de normale
opnameduur in stereo op te nemen.
01.9.13, 16:20
Fragment C
Derde fragment
Fragment C