TA-SCOPE
Troubleshooting
Uitleg van de functie
Bij een Troubleshooting gaat het vooral om het meten van de belang zijnde waterzijdige gegevens, en aan de hand
hiervan de oorsprong tot de storing op te sporen. Het is één van de sleutelfuncties die bij TA-SCOPE is inbegrepen.
De TA-Diagnostic methode is een verdere ontwikkeling van de bekende TA Balance methode en leidt u afsluiter voor
afsluiter, module voor module door het hele project. Gemakkelijk te volgen stapsgewijze instructies die voortdurend
op de display van TA-SCOPE worden getoond. De TA-Diagnostic methode geeft een Dp-overzicht voor het opsporen
en diagnosticeren van problemen in de waterzijdige module waarop het instrument wordt toegepast.
De TA-SCOPE beschikt over softwarewizards waarmee u stap voor stap door de procedure voor de diagnose van
problemen en storingen in een waterzijdige schema wordt geleid.
Diagnose van een waterzijdige systeem met TA-Diagnostic
De TA-Diagnostic methode wordt gebruikt voor inregeling en storingsanalyse. Dit programma kan worden gestart
vanuit het hoofdmenu via Troubleshooting en Inregeling, zie pagina 25 voor meer gedetailleerde informatie.
De methode en de vereiste handelingen zijn verder hetzelfde.
Troubleshooting Wizzard, benodigde Dp in een regelkring
Deze Troubleshooting -wizard moet worden gebruikt wanneer het niet lukt om in een bepaalde groep het
ontwerpdebiet te realiseren. Gebaseerd op twee metingen is het mogelijk om het drukverschil (∆p) in een
circuit vast te stellen dat in een groep moet worden toegepast om het gewenste ontwerpdebiet te realiseren.
De benodigde uitrusting bestaat uit een inregelafsluiter in de groep die aan aanvoer- of retourzijde kan worden
geïnstalleerd, en een meetnippel aan de andere zijde.
1
Selecteer vanuit het hoofdmenu de optie
Druk op enter.
2
Selecteer
3
Zorg ervoor dat de vereiste uitrusting die op de display wordt aangegeven
in de kring aanwezig is en druk daarna op de functietoets Doorgaan.
4
Sluit de Dp-sensor aan zoals op de display wordt aangegeven. Neem
in acht dat u bij de volgende stap de afsluiterinstelling moet wijzigen om
een minimum Dp in te stellen, meestal op 3 kPa. Druk op de functietoets Doorgaan.
5
U bevindt zich nu op de displaypagina Meet debiet. Hier kunt u ontwerpdebiet aangeven, het type afsluiter en de
diameter wijzigen, afsluiterinstelling aangeven en het medium bepalen. Volg punt 4 tot en met 14 in het hoofdstuk
Meet debiet op pagina 18.
6
Nadat de kalibratie cyclus is voltooid start de meting en de waarden
worden aangegeven in de vorm van drukverschil (∆p), Debiet en
eventueel Temperatuur onder voorwaarde dat er een temperatuursensor
is aangesloten.
7
Stel de van toepassing zijnde afsluiteropening zo in totdat u meer dan
3 kPa in de afsluiter verkrijgt. Druk op de functietoets Doorgaan.
8
Sluit de Dp-sensor aan zoals op de display wordt aangegeven om
het huidige drukverschil (∆p) in de kring te meteen, druk op de functietoets
Doorgaan.
9
Nadat de kalibratie cyclus is voltooid start de meting, waarna de waarde voor
het drukverschil (∆p) op de display wordt weergegeven. Druk op de functietoets
Doorgaan.
10
De gegevens van de storingsanalyse worden op de display weergegeven.
Het gemeten Dp in de kring en het gemeten debiet zijn de twee metingen die
u zojuist heeft verricht. Het vereiste Dp in de kring is het drukverschil (∆p) dat
nodig is om ervoor te zorgen dat de kring het gewenste ontwerp bereikt.
U kunt een ander ontwerpdebiet invoeren om het overeenkomstige vereiste
drukverschil te bekijken.
Vereist Dp in
kring. Druk op enter.
Troubleshooting.
Troubleshooting
29