7. Open de pendelbeschermkap door hem weg te draaien en verwijder het zaagblad.
Zo nodig kan de bevestigingsflens worden verwijderd om deze te reinigen.
5.1.5
Zaagblad monteren
ATTENTIE
Gevaar voor beschadiging! Ongeschikte of foutief aangebrachte zaagbladen kunnen de zaag beschadigen.
▶ Alleen zaagbladen gebruiken, die voor deze cirkelzaag geschikt zijn. Let op de pijl op het zaagblad die
de draairichting aangeeft.
▶ Gebruik alleen zaagbladen, waarvan het toegestaan toerental minstens zo hoog is als het maximumtoe-
rental dat op het product is aangegeven.
Zorg ervoor dat het op te spannen zaagblad voldoet aan de technische vereisten en goed
geslepen is. Een scherp zaagblad vormt de voorwaarde voor een correcte zaagsnede.
1. Reinig de opnameflens en de spanflens.
2. Breng de bevestigingsflens in de juiste oriëntatie aan op de aandrijfspindel.
3. Open de pendelbeschermkap.
4. Breng het nieuwe zaagblad aan.
Let op de pijlen op het zaagblad en op het apparaat die de draairichting aangeven. Deze moeten
overeenstemmen.
5. Plaats de buitenste spanflens in de juiste oriëntatie.
6. Breng de spanbout aan.
7. Plaats de inbussleutel in de spanbout van het zaagblad.
8. Druk op de spindelblokkeerknop.
9. Bevestig de spanflens met de spanbout door de inbusbout tegen de draairichtingspijl in te draaien.
➥ De spindelblokkeerknop vergrendelt.
10. Controleer voor gebruik of het zaagblad goed en correct bevestigd is.
14
Nederlands
Printed: 06.06.2019 | Doc-Nr: PUB / 5075244 / 000 / 05