Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Aansluiting Op De Afvoer Grijs Water; Gasaansluiting; Kenmerken Van De Plaats Van Installatie; Aansluiting Gas Type A3 - Diamond G9/M10I8 Installatie-Instructies

Verberg thumbnails Zie ook voor G9/M10I8:
Inhoudsopgave

Advertenties

4.
AANSLUITING ENERGIEBRONNEN
4.2 AANSLUITING OP DE AFVOER
GRIJS WATER
Voor een correcte installatie is het van essentieel belang dat:
1.
De verbinding met de afvoer moet van het type "OPEN NIET GE-
HEVELD" zijn overeenkomstig de plaatselijk geldende hygiëne-
vooraschriften. Het materiaal voor aan- en insluiting moet bestand
zijn tegen uitgaande temperaturen van ongeveer 100°C van de
apparatuur.
2.
Controleer de correcte helling van de inrichting voor insluiting en
afvoer van grijs water. De inrichting moet het grijze water gemak-
kelijk naar de afvoer van het riool laten stromen.
3.
Voor een correcte afvoer van het water in het riool moet men de
gehele leiding op obstakels of andere belemmeringen controleren.
Increase the angle of incidence (from 3° to 5° ap-
proximately) of the drain into the system whenever
any backwater occurs.)
Connect an edge of the drain pipe to the appliance connection;
Convey the opposite edge of the pipe to the open drain (with
no trap).
Make a visual check of the connection seal and of the drain
water downflow.
See schematic drawing (Afb. 5).

4.3 GASAANSLUITING

Kenmerken van de plaats van installatie

De ruimte voor de installatie van de apparatuur moet beschikken over de volgende kenmerken:
Geventileerde ruimte, volgens de voorschriften van de plaatselijk geldende regelgeving.
De afzuigkap boven de apparatuur moet gedurende de werking van de apparatuur functioneren.
De afstand tussen de apparatuur en het filter van de afzuigkap moet ten minste 20 cm zijn.
Eenmaal aangesloten op de energiebronnen en de afvoer moet de apparatuur statisch blijven (niet
verplaatsbaar) op de voor het gebruik en onderhoud gekozen plek

Aansluiting gas type A3

Op het netwerk moet stroomopwaarts van de algemene voedingsleiding een veiligheidsklep
geïnstalleerd worden, gemakkelijk herkenbaar en toegankelijk voor de operator (afb. 3)
Voor het uitvoeren van de verbinding met het netwerk moet men gebruik maken van een
gastoevoerslang, niet langer dan 1,5 m (in overeenstemming met de schroefdraden vermeld in EN
ISO 228-1 of EN 10226-1/-2).
De gastoevoerslang moet voldoen aan de plaatselijk van kracht zijnde regelgeving en moet
regelmatig gecontroleerd worden en/of vervangen worden door geautoriseerd technisch personeel
in overeenstemming met de plaatselijk geldende normen.
De koppeling van de apparatuur is van het type buitendraads 1/2"G. De pijp voor de verbinding
moet van het type binnendraads 1/2 "G zijn.
DEZE HANDLEIDING IS HET EIGENDOM VAN DE FABRIK ANT EN ELKE, OOK GEDEELTELIJKE, REPRODUCTIE IS VERBODEN
Min. 500 mm
Max. 2000 mm
- 14 -
14
Ø 1"
≥ 20 mm
min. 3°÷5°
Afb. 5
Fig. 5

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave