Bediening van de installatie
►
Eerste inwerkingsstelling
De installatie en de eerste inwerkingsstelling van het
toestel moeten uitgevoerd worden door een vakman
die u alle nodige informaties zal verschaff en over de
ontsteking en de regeling van de ketel.
Verzeker u ervan dat er minstens een radiator permanent
open staat.
Verzeker u ervan dat de installatie met water gevuld
is, correct ontlucht en dat de druk op de manometer
voldoende hoog is.
1 bar
Plaatsing op
één niveau
De druk varieert afhankelijk van het hoogteverschil
tussen de ketel en het verwarmingssysteem
Af te stellen parameters worden beschreven in het hoofdstuk
Basisweergave
►
Werking van de verwarming
- ketel MET Navilink 105 of 128
▼ Wijzig het instelpunt van de begintemperatuur
Raadpleeg de handleiding van Navilink 105.
▼ Langdurige afwezigheid
In
geval
van
langdurige
vakantiemodus alleen ingesteld worden op de voeler
of de thermostaat (Raadpleeg de instructies van het
accessoire).
6
BEDIENING VAN DE INSTALLATIE
Waterdruk:
1.3 bar
1.6 bar
Huis met een
Huis met twee
verdieping
verdiepingen
Weergave
gebruikers-
niveau
Druk
N°XX
afwezigheid,
►
Waakmodus
De
waakmodus zorgt ervoor dat:
- het toestel beveiligd blijft,
- het toestel vorstvrij blijft,
- de kamers kunnen wel aanvriezen.
Op de ketel: Druk 5 seconden op de toets
Om de Waakmodus af te zetten, druk op de
toets
Keuze
van de
Bevestiging
parameter
▼ Uurprogramma
Verzeker u ervande ketel in te stellen met de parameters
kan
de
7 (en 8*) op 3.
Het uurprogramma verschijnt niet op de
gebruikersinterface van de ketel.
Het uurprogramma wordt enkel afgesteld met de
omgevingsvoeler van de betreff ende zone.
of
.
Menu regeling
bladzijde
Keuze
Bevestiging
van de waarde
105 / 128
.
14.
Terug naar de
basisweergave
NL