Buisleidingen Voor Collectorvloeistof; Eigenschappen Van De Collectorvloeistof; Vorst- En Corrosiebeveiliging Van Het Zonnecircuit - Vaillant auroSTEP plus 1.150 M Bedieningshandleiding
Verberg thumbnails
Zie ook voor auroSTEP plus 1.150 M:
- Installatie- en onderhoudshandleiding (36 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
De opwarming van het drinkwater gebeurt als volgt:
De zonnewarmtewisselaar is in het onderste, koude ge-
deelde van de boiler gemonteerd en ondersteunt met
zijn horizontaal lopende buisspiralen de stuwing van de
warmte naar boven. De relatief lage watertemperatuur
in het onderste gedeelte van de boiler garandeert ook
bij geringe zonne-energie een optimale warmteovergang
van het zonnecircuit naar het boilerwater.
2.6
Buisleidingen voor collectorvloeistof
Het Vaillant-zonnesysteem is een gesloten hydraulisch
systeem waarin de warmteoverdracht op de verbruikers
door de speciale warmtedragervloeistof van het zonne-
systeem alleen via warmtwisselaars kan gebeuren. Neem
de volgende voorwaarden in acht om een perfecte wer-
king met een maximale energiebenutting te garanderen:
- Voor het zonnesysteembuizenwerk mag alleen koper-
buis met een binnendiameter van 8,4 mm gebruikt
worden.
Voor een eenvoudige en snelle montage raden we aan
om de optimaal op het totale systeem afgestemde
"zonnekoperbuis 2 in 1", dat als toebehoren op 10 m
lengte (artikelnummer 302359) voor zolderinstallatie
of op 20 m lengte (artikelnummer 302360) voor de
kelderinstallatie verkrijgbaar is. Bij de "zonnekoperbuis
2 in 1" zijn de beiden koperen buizen van de aanvoer-
en retourleiding al geïsoleerd en bijkomend is ook nog
de leiding voor de collectorvoeler geïntegreerd.
- Er mogen alleen klemringschroefverbindingen ge-
bruikt worden waarvoor een temperatuurvrijgave van
de fabrikant tot 200 °C aanwezig is.
Ook hier raden we aan om de bij de accessoires "zon-
nekoperbuis 2 in 1" 10 m lang (artikelnummer 302359)
en "zonnekoperbuis 2 in 1" 20 m lang (artikelnummer
302360) bijgeleverde klemschroefverbindingen te ge-
bruiken!
Gevaar!
e
Levensgevaar door elektrische schok!
Voor de potentiaalvereffening moet u het zon-
necircuit aarden. Breng hiervoor bijvoorbeeld
aardklemmen aan de collectorcircuitbuizen aan
en verbind de aardklemmen via 16-mm2-kabels
met een potentiaalrail.
Is er een bliksembeveiliging op het huis aanwezig, sluit
de collectors dan daarop aan.
Systeembeschrijving auroSTEP plus 0020111136_00
Systeembeschrijving 2
2.7
Eigenschappen van de collectorvloeistof
Deze gegevens hebben betrekking op Vaillant
collectorvloeistof.
De Vaillant collectorvloeistof is een gebruiksklaar anti-
vries- en anticorrosiemiddel. Deze beschikt over een
zeer hoge temperatuurbestendigheid en kan in verbin-
ding met Vaillant vlakkeplaatcollectoren gebruikt wor-
den.
De collectorvloeistof heeft bovendien een hoge
warmtecapaciteit.
De inhibitoren garanderen bij het gebruik van verschil-
lende metalen (gemengde installaties) een betrouwbare
corrosiebeveiliging.
a
Attentie!
Gevaar voor beschadiging.
Als aan Vaillant collectorvloeistof water of an-
dere vloeistoffen toegevoegd worden, kunnen
collectoren of andere delen van de installatie
door vorst of corrosie vernietigd worden.
Vul de installatie alleen met originele Vaillant
collectorvloeistof.
Collectorvloeistof van Vaillant is in een luchtdicht geslo-
ten verpakking onbeperkt houdbaar.
Huidcontact is gewoonlijk ongevaarlijk, bij oogcontact
zijn weliswaar slechts lichte irritaties te verwachten, toch
moet u de ogen onmiddellijk uitwassen. Neem goed nota
van het blad met veiligheidsgegevens in paragraaf 3.1.2
van de installatie- en onderhoudshandleiding.
2.8
Vorst- en corrosiebeveiliging van het zonne-
circuit
Om het zonnesysteem op een betrouwbare manier tegen
vorst en corrosie te beschermen, moet u de installatie
met onverdunde Vaillant collectorvloeistof vullen.
Aanwijzing!
h
Door het voorvullen van de installatie met Vail-
lant collectorvloeistof bereikt u een vorstbe-
stendigheid tot ca. -28 °C. Ook bij lagere buiten-
temperaturen ontstaat echter niet onmiddellijk
vorstschade, omdat het uitzettingseffect van
het water verlaagd wordt. Controleer het anti-
vrieseffect na het vullen van de installatie en
dan een keer per jaar.
Voor de snelle en eenvoudige controle raden we de Vail-
lant refractometer aan.
Verder kan een klassieke antivriestester ingezet worden.
Neem de bijbehorende gebruiksaanwijzingen in acht.
7
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
