Hoofdstuk 2
Papier en andere media
die u kunt gebruiken
De afdrukkwaliteit kan worden beïnvloed
door het soort papier dat u in de machine
gebruikt.
Om de beste afdrukkwaliteit te krijgen voor de
instellingen die u hebt gekozen, moet u de
papiersoort altijd instellen op het type papier
dat u plaatst.
U kunt normaal papier, inkjetpapier (gecoat
papier), glanzend papier, transparanten en
enveloppen gebruiken.
Wij raden u aan om verschillende soorten
papier te testen, alvorens een grote
hoeveelheid aan te schaffen.
Voor de beste resultaten dient u het Brother-
papier te gebruiken.
Wanneer u afdrukt op inkjetpapier
(gecoat papier), transparanten en
fotopapier, moet op het tabblad 'Normaal'
van de printerdriver of voor de instelling
Papiersoort in het menu altijd het juiste
type papier zijn geselecteerd
(zie Papiersoort op pagina 32).
Wanneer u op Brother-fotopapier afdrukt,
plaats dan eerst het instructieblad dat met
het fotopapier wordt geleverd in de
papierlade, en plaats vervolgens het
fotopapier boven op het instructieblad.
Als u transparanten of fotopapier gebruikt,
dient u elk vel onmiddellijk te verwijderen
om te voorkomen dat de inkt gaat vlekken
of de vellen vastlopen.
Raak het afgedrukte oppervlak van het
papier niet aan vlak na het afdrukken; de
inkt kan nog nat zijn en op uw vingers
vlekken.
12
Aanbevolen media
Om de beste afdrukkwaliteit te verkrijgen
2
raden wij u aan Brother-papier te gebruiken.
(Zie onderstaande tabel.)
Als er in uw land geen Brother-papier
beschikbaar is, raden wij u aan verschillende
soorten papier te testen voordat u grote
hoeveelheden papier koopt.
Wij adviseren '3M Transparency Film' te
gebruiken wanneer u op transparanten
afdrukt.
Brother-papier
Papiersoort
A4 Normaal
A4 Glanzend Foto
A4 Inkjet (Mat)
10 x 15 cm Glanzend
2
Item
BP60PA
BP61GLA
BP60MA
BP61GLP