Werking
Stroom aan/uit en volume-aanpassing
Draai de Stroom/Volumeknop met de klok mee om de radio in te schakelen.
Draai de knop met de klok mee/tegen de klok in om het volume naar wens aan te
passen. Draai de knop tegen de klok in tot u een mechanische klik hoort om de radio
uit te schakelen.
Transmissie
Om te communiceren moeten alle radio's in uw groep op hetzelfde kanaal ingesteld
zijn. Druk kort op Functietoets 1 om de monitorfunctie in te schakelen om ervoor te
zorgen dat de frequentie niet bezet is, druk dan op de knop PTT .
Laat de knop PTT los om te ontvangen.
Er kan slechts één gebruiker tegelijkertijd spreken tijdens radiocommunicaties. Het is
daarom belangrijk om niet te zenden wanneer u een communicatie ontvangt en om de
transmissiemodus spaarzaam te gebruiken zodat andere gebruikers de functie ook kun-
nen gebruiken. De transmissie verbruikt een aanzienlijke hoeveelheid energie en moet
daarom spaarzaam gebruikt worden om de autonomie van de batterij te verlengen. Indien
u geen station kunt contacteren dat u wel kunt ontvangen, gebruikt het station mogelijk
CRCSS tonen of DCS codes.
Monitor
De Monitorfunctie dient om tijdelijk de ruisonderdrukking te openen, ten einde te
luisteren naar signalen die te zwak zijn om de ruisonderdrukking permanent open
te houden. Houd op Functietoets 1 ingedrukt om zulk een functie in te schakelen.
Scannen
Deze functie kan, met de als optie leverbaar programmeerset, worden geactiveerd.
Als u de Scan-functie wilt inschakelen, moeten alle 16 kanalen worden geprogram-
meerd. Als u de radio aanzet op kanaal 16, het scannen zal automatisch starten.
Wanneer er een signaal wordt waargenomen, het scannen zal op het bezette kanaal
stoppen.
Als de PTT-toets wordt ingedrukt, zal u op het laatst bezette kanaal uitzenden.
Kanaal 16 is het voorrang kanaal, dus als er geen signaal wordt opgehaald, wanneer
u op de PTT-toets drukt, zal de radio uitzenden op kanaal 16.
6 |
Midland G10
Gebruikers handleiding